Twynstra Gudde kiest voor vastgoed as a service in De Nieuwe Stad
Over zo’n anderhalf jaar verhuist Twynstra Gudde naar een nieuw kantoor. Het organisatieadviesbureau blijft Amersfoort trouw en kiest voor De Nieuwe Stad, een gebied in het Oliemolenkwartier dat momenteel wordt getransformeerd tot een vernieuwende en bruisende plek voor bedrijven en startups. Terwijl de verhuizing vanuit hun huidige en iconische kantoor naast Amersfoort Centraal Station op zichzelf al groot nieuws is, springt vooral de innovatieve aanpak die Twynstra Gudde hanteert bij de organisatie van hun toekomstige huisvesting in het oog.
De afgelopen jaren hebben tal van adviesbureaus hun vastgoed(-beleid) voor diverse redenen onder een vergrootglas gehouden. Allereerst is kantoorruimte voor veel spelers vaak een grote kostenpost – voor bureaus zijn het naast salarissen vaak de kantoren die het grootste onderdeel uitmaken van het totale kostenplaatje. Sommige adviesbureaus blijven trouw aan het idee dat een toplocatie belangrijk is, zoals bijvoorbeeld een kantoor aan de Zuidas (onder meer The Boston Consulting Group (BCG), Roland Berger, BearingPoint) of hartje Amsterdam (zoals McKinsey & Company, gevestigd aan de Amstel, of Strategy&, gevestigd aan de Apollolaan). Anderen zweren juist bij het idee van het werken in een onderscheidend kantoor buiten de gangbare business hotspots – zo zijn vooral boutique adviesbureaus veelal gevestigd in bijvoorbeeld monumentale villapanden verspreid over de Randstad.
Daarnaast speelt mee dat het advieslandschap aan het veranderen is en dat kantoren dienen mee te veranderen. Lessen uit de crisisjaren hebben laten zien dat flexibiliteit in kantooroppervlakte en dus de kosten van groot belang is. De problematiek van te grote kantoorruimte staat bij diverse grote adviesorganisaties in het geheugen gegrift, met destijds KPMG (in Amstelveen), Ordina (in Utrecht), Atos (in Papendorp), BMC (in Amersfoort) en Berenschot (in Utrecht) als enkele voorbeelden. Met de alsmaar sneller veranderende markt en de daarmee gepaarde onzekerheid wijken bureaus steeds vaker af van het afsluiten van 5- tot 10-jaars vastgoedcontracten, iets dat voor de crisis nog de norm was. Tegen deze achtergrond en in het ‘nieuwe normaal’, lijkt flexibiliteit het toverwoord te zijn geworden.
Daar komt bij dat consultants bij het bepalen van hun huisvestingstrategie te maken krijgen met een eeuwenoud vraagstuk. Aan de ene kant hebben adviesbureaus nauwelijks bedrijfsruimte nodig aangezien ze meestal werkzaam zijn voor en bij klanten op locatie. Anderzijds hebben ze echter voldoende ruimte nodig voor een goede werkomgeving voor de adviseurs, wanneer ze toch op kantoor aanwezig zijn (bijvoorbeeld voor een teammeeting). Voor partners en professionals in de organisatie verantwoordelijk voor huisvesting is dit misschien wel de meest uitdagende beslissing om te nemen.
Tegelijkertijd veranderen ook de eisen die consultants stellen aan hun kantoren, een trend die zichtbaar is binnen het bredere landschap voor zakelijke dienstverlening. In Deloitte’s kantoren in Amsterdam bijvoorbeeld, kunnen adviseurs hun telefoon gebruiken om het licht of de temperatuur te regelen, terwijl het Digital Lab bij Capgemini in Utrecht hun klanten en adviseurs door middel van digitale tools en snufjes laat experimenteren met allerlei nieuwe technologieën. Met digital en Internet of Things nog maar in de kinderschoenen, vragen adviseurs steeds vaker om innovatieve kantooromgevingen, waarmee ze hun klanten het nieuwste van het nieuwste kunnen tonen.
Een ander aspect dat zorgt voor een veranderd gebruik van kantoorruimte, is hoe consultants tegenwoordig samenwerken met andere partijen. Het alsmaar complexer wordende businesslandschap ziet in toenemende mate samenwerkingsverbanden tussen bedrijven ontstaan, waarbij bureaus doorgaans partnerships aangaan met externe partijen als ingenieursbureaus, advocatenkantoren, innovatiespecialisten, digitale bureaus en ZZP’ers. Zo kunnen zij een completer pakket aan diensten aan hun klanten bieden. Dit betekent tegelijkertijd dat gezamenlijke werkplekken, en ‘innovatiespots’, steeds belangrijker worden voor adviseurs, en dat de manier waarop kantoren worden ingericht fundamenteel verandert.
Van Stationsplein naar De Nieuwe Stad
Bovengenoemde factoren staan allemaal aan de basis van het besluit van Twynstra Gudde om van hun huidige locatie aan het Stationsplein 1 te verhuizen naar het nieuw ontwikkelde De Nieuwe Stad. Het organisatieadviesbureau is jarenlang gehuisvest geweest in het oude kantoor, en verlengde in de zomer van 2012 nog hun huurovereenkomst (met Hanzevast) tot en met eind 2018. Sinds het ondertekenen van het contract is er echter veel veranderd. Anno 2017 heeft Twynstra Gudde ongeveer 40 partners en ruim 250 werknemers, terwijl het in 2012 nog beschikte over ruim 400 professionals. Om de uitdaging van de ontstane, ongewenste kantoorruimte het hoofd te bieden – Twynstra Gudde heeft 7.750 m2 tot zijn beschikking in het kantoor – werd in 2012 besloten om een etage te verhuren aan het Ronald McDonald Kinderfonds.
Twynstra Gudde staat er vandaag de dag weer goed voor – na het aanscherpen van hun strategie en businessmodel en volgend op het herstel van de overheidsmarkt voor consultancy. Toch zijn de partners van het bureau realistisch genoeg om in te zien dat in het nieuwe normaal in de adviesbranche, een terugkeer naar het aantal consultants – zoals in de hoogtijddagen – naar alle waarschijnlijkheid niet gehaald zal worden. En terwijl Twynstra vandaag de dag steeds vaker samenwerkingen aangaat met partijen* en associates (freelancers die zich verbinden aan het bureau), is het duidelijk dat het bureau – in navolging van veel branchegenoten – naar een kleiner kantoorpand op zoek moest gaan.
Verbinding en co-creatie
“Wij en vele andere bedrijven hebben de behoefte aan meer verbondenheid met elkaar, aan meer ontmoeting en samenwerking. Van daaruit ontstaan immers nieuwe dingen. De Nieuwe Stad draagt bij aan nieuwe dynamiek in de organisatie en stimuleert onderlinge samenwerking en synergie”, licht Joost Voerman, mededirecteur van Twynstra Gudde, toe. De Nieuwe Stad is voor deze doelstelling een ideale keuze, geeft hij aan.
Het Oliemolenkwartier wordt ontwikkeld tot innovatieve microstad met kantoorruimte, innovatieplekken, hubs voor ontmoetingen en horecagelegenheden, of zoals de ontwikkelaars het noemen: “het creëren van een ‘levendige en sociale plek met festivals, een poppodium, restaurants, gedeelde moestuinbakken en een sterke lokale gemeenschap.” De ‘bewoners’ van het gebied bestaan uit grote en kleine bedrijven, afkomstig uit verschillende sectoren, variërend van zakelijke dienstverlening en onderwijs tot horeca en cultuur. Bij de ontwikkeling van de stad vormt ‘Innovatieve duurzaamheid’ (duurzame concepten, energieneutraal en zelfvoorzienend) een van de belangrijkste pijlers. “Met De Nieuwe Stad willen we bijdragen aan een duurzame ontwikkeling, waar van onderop wordt gebouwd aan een zo veel mogelijk zelfvoorzienend stuk stad”, aldus de ontwikkelaars.
Bij het ontwerpen en ontwikkelen van het gebied staat ‘co-working’ centraal. Zo biedt De Nieuwe Stad een veelsoortigheid aan werkplekken, met als doelstelling het verbinden van grote organisaties met kleine partijen en startups, allemaal met de gedachte dat kruisbestuiving van ideeën en producten/diensten leidt tot een win-win van alle partijen. “We zijn heel blij met deze duurzame, innovatieve en gezonde huisvesting voor onze werknemers”, zegt Voerman.
Voorloper in ‘vastgoed as a service’
‘Uniek’ aan Twynstra’s nieuwe werklocatie is het feit dat het adviesbureau een ‘vastgoed as a service’ overeenkomst heeft gesloten met de verhuurder. Dit betekent dat er geen ouderwetse vierkante meters kantoorruimte worden gehuurd, maar dat werkplekken worden afgenomen als een ‘service’. Wanneer consultants in het kantoor zijn, gebruiken ze kantoorruimte, die Twynstra Gudde betaalt, maar wanneer ze bij klanten verblijven wordt als het ware de ‘teller stopgezet’. Er worden dus geen vierkante meters gehuurd, maar er wordt juist van een totaalconcept gebruik gemaakt: voor een vast bedrag krijgt Twynstra een werkplek inclusief alle diensten en services. Er is zowel flexibiliteit in gebruik gedurende de week als gedurende de jaren.
“Dit sluit enorm goed aan bij de flexibiliteit waarnaar we op zoek zijn”, zegt Voerman, die sinds de zomer van 2015 deel uitmaakt van het bestuur van Twynstra Gudde. Op dagen dat Twynstra Gudde geen gebruik maakt van ruimte, kunnen andere ondernemers deze werkplekken huren. Het adviesbureau mag zich daarmee een voorloper noemen in de branche. Terwijl startende en kleine ondernemingen het ‘vastgoed as a service;’ model bij talloze verzamelpanden met flexibele kantoorruimte in snel tempo omarmen, is het concept van ‘Real Estate as a service’ als complete huisvestingsoplossing bij de grotere partijen vooralsnog nauwelijks doorgedrongen. “Deze unieke manier van het benaderen van huisvesting is vernieuwend, huisvesting en service bewegen continu mee met een organisatie”, licht Voerman toe.
In zekere zin is het concept zelfs voortgekomen uit de eigen koker van Twynstra Gudde, aangezien het bureau het concept samen met de De Nieuwe Stad heeft vormgegeven. Twynstra bouwt daarmee voort op hun ervaringen die ze in hun eigen adviespraktijk hebben opgedaan. Eerder dit jaar stipte Twynstra in hun jaarlijkse Facility Management marktonderzoek ‘vastgoed as a service’ al aan als een grote trend. Een trend, die een enorme impact op de kantorenmarkt zal hebben, en een die kan leiden tot meer toegevoegde waarde in zowel de private als publieke sector. Zo heeft Twynstra de afgelopen jaren bijvoorbeeld verschillende gemeenten geholpen hun vastgoedmix te optimaliseren, onder meer door het beschikbaar stellen van ruimte aan sociaal ondernemers.
Bijkomend voordeel van Twynstra Gudde’s keuze voor De Nieuwe Stad is dat het adviesbureau trouw blijft aan Amersfoort, waar het al sinds begin jaren negentig is gevestigd. “We hebben een grote verbondenheid met de stad en staan midden in de maatschappij”, aldus Voerman. Voor de gemeente Amersfoort zelf is het belangrijk dat een grote partij als Twynstra Gudde behouden blijft voor de stad, terwijl voor het Oliemolenkwartier de toevoeging van Twynstra Gudde een enorme mijlpaal vormt. “Wij zijn trots dat een gerenommeerd bedrijf als Twynstra Gudde aansluit”, zegt Bart Schoonderbeek, ontwikkelaar van De Nieuwe Stad. Dat Twynstra binnenboord is, is zelfs zo belangrijk dat hij het beschrijft als “de volgende stap in de herontwikkeling van het Oliemolenkwartier tot innovatieve microstad”. Om goed voorbereid te zijn op de komst van Twynstra Gudde zal Hal 6 worden opgehoogd met twee verdiepingen. De werkplekken komen in het hart van De Nieuwe Stad, bovenop de biomassaketel en gelegen aan de Oliemolenhof.
De komende maanden, zal Twynstra Gudde nauw betrokken zijn bij de verdere ontwikkeling van De Nieuwe Stad. Voerman sluit af door aan te geven dat hij nu al uitkijkt naar het moment waarop de verhuizing een feit zal zijn: “We willen ons onderscheiden met onze kantoorruimte, zowel met een innovatief werkconcept als met de locatie. We hebben elkaar in dat opzicht echt gevonden in de wijze waarop we de toekomst in willen gaan: vooruitstrevend, flexibel en duurzaam.”
* De afgelopen periode heeft Twynstra onder meer partnerships afgesloten met PSO-Nederland (landelijk meetinstrument en keurmerk voor sociaal ondernemen), Qoin (not-for-profit gespecialiseerd in community currencies), Planmen (gespecialiseerd in Workforce Management), Maastricht School of Management (gericht op executive opleidingen) en veiligheidscluster The Hague Security Delta.