Maak onderscheid tussen Chief Executives in het IT-domein
Door het toenemende belang van digitalisering nemen de IT-verantwoordelijkheden in de bestuurskamer toe. Het gevolg is dat er steeds meer zware IT-toptitels hun opwachting maken. Waar vroeger de IT-directeur de baas was over de informatievoorziening, lopen er vandaag de dag ook Chief Information Officers, Chief Technology Officers, Chief Digital Officers en Chief Data Officers rond.
Jessica van Beek, die vanuit Qhuba dagelijks te maken krijgt met het recruiten en plaatsen van bestuurders met expertise in IT, geeft aan dat de sleutel ligt in weten wat zo’n bestuurder achter de schermen precies uitspookt. “Functietitels in de IT zeggen over het algemeen heel weinig over de functie-inhoud”, stelt van Beek, die managementteamlid is bij het adviesbureau. Ze geeft een voorbeeld: “Er zijn IT-managers met een voornamelijk strategische rol en CIO’s die 90% van hun tijd bezig zijn met de operatie. Of er zijn CTO’s die zich stiekem toch net iets liever met strategie bezig houden.”
Volgens haar is het voor bestuurders en recruiters, bij het invullen van dergelijke rollen, belangrijk om een laag dieper te kijken dan enkel de titel op het visitekaartje of de beschrijving op LinkedIn. Die informatie zou afgezet moeten worden tegenover wat die rollen volgens het boekje behelzen. Van Beek zet de verschillende functies en rollen op een rij:
Chief Information Officer
Een Chief Information Officer (CIO) maakt doorgaans deel uit van het bestuur en is eindverantwoordelijk voor alles wat met IT te maken heeft, legt Van Beek uit. “Hij of zij ziet IT als integraal onderdeel van de bedrijfsvoering en heeft daarbij vaak een inside-out focus” – ‘waar moet IT goed in zijn om de business succesvol te maken of te houden?’
De CIO is niet alleen een leider die de IT-strategie van een organisatie uitstippelt, maar zorgt ook dat de IT-architectuur goed wordt ingericht. Van Beek: “De CIO weet goed in te schatten wat voor mensen nodig zijn op welke posities en regelt de governance op de juiste manier in.” Maar bovenal, legt Van Beek uit, stelt de CIO zich op als dienstverlener richting de business en richting de klanten van het bedrijf: “Hij weet wat er in de business speelt en kent zowel de uitgesproken als de latente behoeften.” Een CIO heeft bij voorkeur veel ervaring met visievorming en strategieontwikkeling, maar hoeft niet per se een technische achtergrond te hebben.
Onder een CIO is in sommige bedrijven, al naar gelang de grootte, een IT-manager of IT-directeur actief. In kleinere bedrijven bekleden zij doorgaans de hoogste functie en zijn zij verantwoordelijk voor vraag en aanbod en operationele aangelegenheden. “Te denken valt aan opstellen van een roadmap, het bemensen van de IT-organisatie, of overzicht houden over de projecten”, aldus Van Beek.
In kleinere organisaties is de IT-manager veelal ook verantwoordelijk voor strategiebepaling, vervolgt ze. De Qhuba-partner stelt dat het voor sommige van deze bestuurders een uitdaging kan zijn, wanneer zij zowel strategisch als operationeel verantwoordelijk moeten zijn. In dat geval, zo legt Van Beek uit, “doen deze IT-directeuren er verstandig aan zich op strategisch vlak te laten bijstaan door een externe sparring partner die ervoor zorgt dat strategie een continu aandachtspunt blijft.” Zeker omdat in de huidige tijd de strategie voortdurend moet worden bijgesteld, het is al lang geen eenmalige jaarlijkse exercitie meer.
Chief Technology Officer
Een Chief Technology Officer (CTO) geldt als een echte technisch expert die de CIO van advies voorziet ten aanzien van technische zaken en die tevens technische teams aanstuurt. Van Beek licht toe: “De CTO kijkt vooral naar wat er technisch allemaal kan en minder naar wat de organisatie nodig heeft. De kansen die technologie biedt zijn voor de CTO immers leidend.”
In eerdere rollen hebben CTO’s veelal functies vervuld als ontwikkelaar of technisch architect en door hun sterke leiderschapsvaardigheden komen zij uiteindelijk in deze leidende rol terecht. CTO’s zijn vaak te vinden binnen pure techorganisaties, zoals de telecom of e-business, legt Van Beek uit. Voor CTO’s is de technische achtergrond veel meer van belang dan bijvoorbeeld voor CIO’s. De reden ligt in het feit dat de technische teams graag worden geleid door iemand die precies weet wat er op de werkvloer speelt en begrijpt wat de huidige ontwikkelingen binnen het technische landschap zijn, “Een CTO aannemen zonder technische achtergrond kan binnen technische teams tot weerstand leiden, tenzij hij of zij nog een manager als tussenlaag heeft die de laag van de technische teams wel spreekt ”, stelt Van Beek.
“De CTO kijkt vooral naar wat er technisch allemaal kan en minder naar wat de organisatie nodig heeft. De techniek is voor de CTO immers leidend.”
– Jessica van Beek, Qhuba
Chief Digital Officer
De Chief Digital Officer (CDO) is een relatief nieuwe rol binnen organisaties, die volgens Van Beek niet in de IT-organisatie thuishoort. Waar CIO’s een inside-out focus hanteren richt een CDO zich doorgaans outside-in – ‘Wat willen klanten en hoe kan de organisatie daar met een door technologie gefaciliteerd businessmodel invulling aan geven?’. “De CDO geeft richting aan de digitale transformatie”, licht Van Beek toe.
CDO’s houden zich vooral bezig met de voorkant van het bedrijf. Dat wil zeggen met de waardepropositie en het businessmodel. Dat in tegenstelling tot IT-managers en CTO’s die juist aan de achterkant opereren. Zij stellen zich vragen als: ’Met welke technologie geven we invulling aan het businessmodel?’. Van Beek: “De CDO heeft veelal ervaring met marktontwikkeling, beschikt over het vermogen vooruit te kijken en snapt de ontwikkeling van klantbehoeften en markten.”
Chief Data Officer
Ten slotte is er de rol van Chief Data Officer (ook afgekort als CDO), die zich vooral bezighoudt op het snijvlak van datamanagement. Van Beek legt uit dat digitale transformaties van organisaties vaak betekent dat bedrijven de transformatie maken naar een datagedreven organisatie: “Hierdoor wordt de rol van CDO’s steeds belangrijker.” Ondanks het groeiende belang van deze functie, beschikten organisaties tot enkele jaren geleden terug nog nauwelijks over een CDO functie. Tegen 2021 zal dit beeld echter totaal veranderd zijn, dan zal naar verwachting zo’n 70% van organisaties een CDO hebben aangesteld.
CDO’s dienen zich in toenemende mate ook bezig te houden met taken die passen in het takenpakket van de zogeheten functionaris gegevensbescherming, een functie die in het kader van de AVG-wetgeving is ontstaan. Van Beek benadrukt dat deze functie in de meeste organisaties echter “geen rol op C-level” is. “Wij spreken bij Qhuba liever van een datamanager. Hij of zij rapporteert vaak aan de Chief Digital Officer.
Van Beek vat de verschillende bestuurlijke rollen en hun specifieke focus samen: “De focus van de CIO ligt op ‘capabilities’, die van de IT-directeur op ‘reliability’, die van de CTO op ‘availability’ en die van de CDO op ‘possibilities’.”Bij het beoordelen van de verschillende rollen, is het volgens Van Beek relevant om in het achterhoofd te houden wat deze rollen binnen organisaties precies beslaan: “Er staat natuurlijk geen muur tussen deze verantwoordelijkheden. Ze lopen in elkaar over.”
De grootte van een organisaties kan hier wel een rol in spelen, legt Van Beek uit. “In grote organisaties is de scheiding tussen deze rollen vaak duidelijk aanwezig, in kleinere niet. Daar komen vaak combinatiefuncties voor.” Zo kan het dus zijn dat in een kleine organisatie de CIO en CTO een en dezelfde persoon zijn, en dat de CDO-rol in deze bedrijven geen formele functie is, maar vaak vervuld wordt door de algemeen directeur, soms ondersteund door de marketing manager.