ATK: Nederland koploper met kleine schaduweconomie
Nederland heeft na Zwitserland en Oostenrijk de kleinste schaduweconomie* van Europa. Met name de hoge penetratie van e-commerce in ons land leidt ertoe dat wij het beste jongetje van de klas zijn. Dit blijkt uit het rapport ‘The Shadow Economy in Europe 2013’ van A.T. Kearney en creditcardmaatschappij Visa.
De Europese schaduweconomie wordt op €2.1 biljoen geschat, wat vergelijkbaar is aan 18,5% van Europa’s BBP. Bijna tweederde van de schaduweconomie is geconcentreerd in Europa’s vijf grootste economische machten – Duitsland, Frankrijk, Italië, Spanje, en het Verenigd Koninkrijk. Echter, in Oost-Europa is de schaduweconomie veel groter in verhouding tot de grootte van de officiële economie dan in West-Europa. In Oostenrijk en Zwitserland bedraagt de schaduweconomie zo’n 7% à 8% van de grootte van het officiële BBP in die landen. Ter vergelijking, in Polen, die een schaduweconomie heeft van €95 miljard, is dit met een geschatte BBP van €400 miljard, zelfs 24%. In Oost-Europese landen als Bulgarije, Kroatië, Litouwen, en Estland, is de schaduweconomie bijna 30% van de grootte van de officiële economie.
Een vergelijking van de grootte van de schaduweconomie per land:
Hoe komt het dat Nederland de op een na kleinste schaduweconomie van Europa heeft? Uiteraard heeft het met factoren te maken zoals de volwassenheid van de belastingdienst en wetshandhaving, maar de sleutelfactor is volgens de consultants de hoge penetratie van elektronische betalingen, zoals pinnen en chippen. “Er is een duidelijke correlatie tussen de aanwezigheid van elektronische betalingen in een land en de schaduweconomie” aldus de onderzoekers.
Finland is het land met het hoogste aantal electronische betalingen per inwoner. Zwitserland, Oostenrijk en Nederland hebben in verhouding met het BBP de kleinste schaduweconomieën.
* De schaduweconomie bestaat uit wettelijke bedrijfsactiviteiten die worden uitgevoerd buiten het bereik van de overheidsautoriteiten. Deze activiteiten vallen binnen Europa over het algemeen binnen twee categorieën. De eerste categorie omvat niet-aangegeven arbeid, en vormt zo’n tweederde van de schaduweconomie. Het gaat hier om salaris dat werknemers of bedrijven niet aangeven bij de overheid om belasting of papierwerk te vermijden. Binnen de bouw bijvoorbeeld is niet-aangegeven werk zeer wijdverspreid. De resterende eenderde komt van incomplete aangifte, wanneer bedrijven – voornamelijk diegenen die handelen met grote geldbedragen, zoals kleine winkels, bars, en taxi’s – slechts een deel van hun inkomsten aangeven om zo een deel van de belastingplicht te vermijden.