STAD 2019: Kan de overheid gebruikmaken van digitale platformen?

01 juli 2019 Consultancy.nl

Elke twee jaar brengen de bijzondere leerstoelen van het Centrum Arbeidsverhoudingen Overheidspersoneel (CAOP)* de Staat van de Ambtelijke Dienst (STAD) uit. Aan de vijfde editie van STAD hebben verschillende auteurs onder begeleiding van Jaap Uijlenbroek – bijzonder hoogleraar Albeda Leerstoel Universiteit Leiden – en Zeger van der Wal – bijzonder hoogleraar Ien Dales Leerstoel, Campus Den Haag – meegewerkt aan het thema ‘technologische en sociale innovatie’. 

STAD biedt volgens de initiatiefnemers onafhankelijke en kritische beschouwingen over de ontwikkelingen in de overheid, waarbij ervaringen uit de praktijk worden gecombineerd met wetenschappelijke bevindingen. In de vijfde editie – STAD 2019 – wordt inzicht gegeven in de effecten van technologie op het openbaar bestuur en hoe deze effecten het best beïnvloed kunnen worden.

De auteurs concluderen dat technologische innovaties absoluut niet nieuw zijn in het publieke domein. Zo hebben de drie vorige industriële revoluties een grote impact gehad op de manier waarop de overheid functioneert en dienstverlening aan burgers/bedrijven levert. Inmiddels wordt gesproken over de vierde industriële revolutie: data science, robotisering en kunstmatige intelligentie. Kenmerkend voor deze vierde revolutie is echter dat technologie gepaard gaat met sociale innovatie. De overheid heeft meer dan ooit een rol als aanjager en facilitator, en het bedrijfsleven en burgers zorgen voor de netwerkeffecten.

In het 384 paginas tellend rapport geven de 30+ auteurs elk vanuit een verschillend perspectief hun visie op het thema. Een van de auteurs is in het dagelijks leven actief als consultant. Guido Bayens, partner bij Novius en autoriteit op het gebied van bedrijfs- en informatie-architectuur, schreef het hoofdstuk ‘De Platformoverheid’. De vraag die hij in dit hoofdstuk onderzoekt is: kan ook de overheid gebruikmaken van digitale platformen om op moderne en efficiënte wijze sturing te geven aan maatschappelijke ontwikkelingen en tevens op moderne wijze haar taken en doelen te realiseren? 

STAD 2019: Kan de overheid gebruikmaken van digitale platformen?

De opkomst van grote internationale platformen als Facebook, Instagram, Airbnb, Uber, Coursera en Wikipedia, maar ook de oer-Nederlandse spelers Marktplaats, Funda en Werkspot, toont aan hoe effectief platformen kunnen zijn. Deze partijen hebben – elk op hun eigen manier – een dominante positie in de markt weten te bemachtigen en hebben daarmee een sturende invloed op de samenleving. Volgens een schatting is de marktomvang van de mondiale platformeconomie inmiddels door de grens van $7 biljoen gebroken. 

Kans voor de overheid?

Voor de overheid zijn er tal van gebieden waar platformen van waarde zouden kunnen zijn. Denk aan de arbeidsmarkt (UWV en werkzoekenden, matchen voor werk en re-integratie binnen gemeenten), wetenschap (wetenschappelijke publicaties en (herbruikbare) data beschikbaar stellen), ondergrondse infrastructuur (inzicht in kabels, leidingen etc), zorg (uitwisseling van medische gegevens tussen zorginstanties) of wonen (inzicht in woonmogelijkheden). 

In zijn hoofdstuk concludeert Bayens dat de overheid het werken met platformen wel degelijk onder de loep moet nemen. “Het biedt nieuwe instrumenten om beleidsdoelen te realiseren.” Echter, de vraag rijst hoever de overheid hierin moet gaan. “Het idee dat de overheid mede via platformen haar bestuurlijke verantwoordelijkheid en dienstverlening op moderne wijze kan realiseren, kan ook de vraag oproepen of de overheid daarmee niet te veel macht naar zich toe trekt,” schrijft de Novius-partner.

Hij stelt dat de overheid selectief tewerk zou moeten gaan, en te allen tijde de nadruk zou moeten leggen op de kwaliteit. “De platformen die de overheid mogelijk maakt, zullen van een onbesproken kwaliteit moeten zijn, zowel inhoudelijk als wat betreft toegankelijkheid en beveiliging. Het dient volkomen transparant te zijn op welke wijze informatie op het platform toegevoegd en gedeeld wordt. Beslisregels en algoritmen dienen aan te sluiten op wetgeving en afgesproken beleid.”

Bayens vervolgt: “De overheid als regisseur en beheerder van een reeks platformen waarvan burgers en bedrijven gebruik kunnen maken, kan een nieuwe balans opleveren tussen sturing en zorg door de overheid enerzijds en individuele vrijheid en verantwoordelijkheid voor burgers en bedrijven anderzijds.” 

* De CAOP is in 1989 opgericht als zelfstandige organisatie binnen het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK). Sinds 1995 opereert CAOP als een onafhankelijk dienstverlener, los van het ministerie. Belangrijkste taken van de CAOP zijn het uitvoeren van onderzoek, het bekleden van secretariaatfuncties binnen commissies en het ondersteunen van arbeidsmarktfondsen.

More on: Adviesgroep Novius
Netherlands
Company profile
Adviesgroep Novius is a Netherlands partner of Consultancy.org