‘Zet eigen vermogen van €17 miljard op agenda Provinciale Statenverkiezingen’
Op 15 maart vindt de Provinciale Statenverkiezing plaats. Thema’s als stikstof, klimaat, migratie en woningbouw zijn het gesprek van de dag. Volgens Exilo is het hoog tijd dat ook het thema ‘financiën’ op de verkiezingsagenda komt.
Met het oog op de verkiezingen heeft Exilo, een financieel adviesbureau voor het publieke domein, onderzoek gedaan naar de provinciale jaarrekeningen over de periode 2012-2021. Het bureau bracht in kaart hoe de financiën van de provincies zich in deze periode hebben ontwikkeld. Daarnaast zijn ruim 30 verkiezingsprogramma’s onderzocht.
Uit het onderzoek komt naar voren dat het eigen vermogen van provincies maar liefst €17 miljard bedraagt (wat zich doorvertaalt naar een reserve van gemiddeld €2.100 per huishouden). De vraag is: hoe kunnen provincies zo doelgericht en verantwoord omgaan met hun financiële positie?
Erik Koster, partner bij Exilo, voerde het onderzoek uit. We stelden hem vijf vragen over de opzet van het onderzoek, de belangrijkste bevindingen, en waar volgens hem de kansen liggen voor provinciale ambtenaren.”
Hoe heeft het resultaat zich ontwikkeld over de afgelopen 10 jaar?
“Wij hebben integraal alle provinciale jaarrekeningen van de afgelopen 10 jaar geanalyseerd. In deze analyse hebben we gekeken naar het saldo van de jaarrekening.”
“Aangezien nagenoeg altijd voorafgaand aan het jaar sprake is van een sluitende begroting, is dit resultaat dus de positieve afwijking ten opzichte van de oorspronkelijke begroting zoals vastgesteld door Provinciale Staten. Gezamenlijk hebben de provincies een positief resultaat van €3,1 miljard in de afgelopen 10 jaar behaald.”
“Opvallend is dat vanaf 2017 alleen nog maar positieve jaarresultaten door de provincies zijn gepresenteerd. In de jaren daarvoor is ook maar door vier provincies een keer een (beperkt) negatief jaarresultaat gepresenteerd. Gemiddeld houdt een provincie €25 miljoen per jaar over. We zien in de afgelopen jaren een aantal grote uitschieters, maar zeer duidelijk is dat provincies structureel de begroting niet volledig uitgeven.”
En het eigen vermogen?
“Provincies hebben door de verkoop van energiebedrijven aanzienlijke financiële reserves opgebouwd. Het eigen vermogen van provincies is geen spaarrekening waarop het geld staat: veelal is het eigen vermogen bestemd voor maatschappelijke investeringen.”
“We verwachtten dan ook dat het eigen vermogen van de provincies in de afgelopen jaren zou afnemen, dit is echter niet het geval. In de jaarrekeningen van de provincies zien we dat de reserves stabiel blijven rond de €17 miljard. Per huishouden hebben provincies gemiddeld dus ruim €2.000 aan eigen vermogen.”
Staat financiën wel op de agenda van de verkiezingsprogramma’s?
“In ruim 30 verkiezingsprogramma’s hebben wij gezocht naar de plannen van de politieke partijen met het eigen vermogen van de provincie. Hierbij hebben we gekeken naar de verkiezingsprogramma’s van de huidige grootste partijen, de grootste partijen in de peilingen en de lokale partijen.”
“Opvallend is dat in deze verkiezingsprogramma het eigen vermogen van de provincie geen onderwerp is. In een aantal gevallen kiezen partijen ervoor om als het nodig is te gaan bezuinigen. Het inzetten van de reserves wordt bij geen een van de geanalyseerde programma’s genoemd.”
€17 miljard, dat is veel geld. Waarom is het zo lastig voor provincies om het eigen vermogen te investeren in tijden grote maatschappelijke opgaven?
“Onze analyse laat zien dat het niet om een regionaal tijdelijk probleem gaat. Wij zien bij alle provincies de moeilijkheid om de investeringen in de maatschappij uit te voeren zoals ze gepland en begroot zijn.”
“Vaak komt dit doordat provincies samen met gemeenten of andere partijen investeren. Als een investering van de andere partij vertraging oploopt, dan heeft dit direct effect op de bijdrage vanuit de provincie. Daarnaast is veelal sprake van begrotingsoptimisme. De geplande projecten zijn meer dan de provincie met eigen beschikbare capaciteit aan kan.”
“Met de energietransitie en vooral de stikstofaanpak wordt het takenpakket van de provincies in de aankomende jaren fors uitgebreid. De afgelopen jaren laten zien hoe lastig het is om de geplande investeringen daadwerkelijk uit te voeren. De realisatiekracht van de provincies moet vergroot worden.”
“Wij adviseren provincies dan ook om de realisatiekracht te vergroten door te investeren in de ambtelijke organisaties, zodat deze meegroeien met het extra takenpakket van de provincie. Of het nu gaat om de energietransitie of grote investeringen in de infrastructuur, dit vraagt om een volgende stap voor de ambtelijke organisatie.”
“Het inzetten van het eigen vermogen van de provincies is overigens geen doel op zichzelf, het realiseren van extra investeringen in de maatschappij zou dit wel moeten zijn! Juist hier ligt de grootste uitdaging voor de provincies. Provincies hebben het eigen vermogen om te investeren en het resultaat om de bijbehorende kosten voor afschrijving, beheer en onderhoud te dekken.”
Tot slot, wat willen jullie met dit onderzoek bereiken?
“We hopen dat het eigen vermogen van de provincie alsnog op de agenda voor 15 maart verschijnt. Het realiseren van investeringen is een concrete opdracht voor de toekomstige bestuurders.”