TU Delft en Royal HaskoningDHV onderzoeken herintroductie posttrein
Posttreinen kunnen het pakketvervoer in ons land aanzienlijk verduurzamen. Dat zeggen studenten van de TU Delft, die in opdracht van Royal HaskoningDHV een onderzoek uitvoerden.
Mede door de populariteit van de fax en de opkomst van de e-mail begon het aantal brieven dat in ons land werd verzonden vanaf het einde van de 20e eeuw af te nemen. Onder andere hierom stopte postbedrijf PTT in 1997 met de posttrein: het werd steeds minder rendabel om deze te laten rijden.
In de daaropvolgende jaren zette de daling van het aantal verzonden brieven zich voort. Terwijl met name technologische ontwikkelingen hiervoor verantwoordelijk waren, creëerden deze eveneens een nieuwe postbehoefte: het online shoppen is de afgelopen jaren geëxplodeerd, en daarmee ook het aantal pakketverzendingen.
Een duidelijk verschil met vroeger is natuurlijk dat er heel wat meer brieven in een busje passen dan pakketten. Dus zijn er vandaag de dag veel meer busjes en vrachtwagens nodig, en die brengen uiteraard een hoop extra CO2-uitstoot met zich mee: een ongunstige ontwikkeling in het licht van de Parijse klimaatdoelstellingen.
Daarbij speelt vandaag de dag ook mee dat de benzine- en dieselprijzen – door de oorlog in Oekraïne – zijn gestegen naar recordhoogtes. En dat maakt het vervoer van pakketjes per brandstofslurpende bestelbussen en vrachtwagens er allerminst goedkoper op.
Lees ook: Bij benzineprijs boven de €2 is de trein meestal voordeliger.
Een herintroductie van de posttrein
Tegen de achtergrond van de gigantische groei van de pakketbezorging en de bijbehorende CO2-uitstoot benaderde ingenieurs- en adviesbureau Royal HaskoningDHV een groep masterstudenten (studie: Transport, Infrastructure & Logistics) van de TU Delft met een duidelijke vraag: is dit niet hét moment om de posttrein (voor pakketvervoer) te herintroduceren in ons land?
De groep studenten ging aan de slag en bracht de pakketstromen in ons land in kaart. Uit die analyse blijkt dat de hoofdstromen zich bevinden tussen Rotterdam en het Duitse Ruhrgebied en tussen Amsterdam en Eindhoven. En dat biedt perspectief, aldus de studenten.
Rond de belangrijkste pakketstromen is namelijk voldoende treinspoor. Daarbij ligt in de buurt van de spoorlijn in Rotterdam een groot distributiecentrum van PostNL, terwijl in Amsterdam vlakbij het spoor weer een groot verdeelcentrum zit van pakketbezorger DHL.
Voor hun onderzoek gingen de studenten ook in gesprek met PostNL en DHL. Deze partijen waren enthousiast, maar wierpen wel een voorwaarde op: het mag slechts tien minuten duren om pakketten vanuit een trein naar een distributiecentrum te verplaatsen.
De masterstudenten gingen na de gesprekken aan de slag met de harde eis van de twee pakketbezorgers. Conclusie: ze rekenden uit dat bijna op alle locaties kan worden voldaan aan de strenge voorwaarde.
Daarnaast brachten de studenten ook de milieuwinst in kaart. Een gedeeltelijke invoering van de posttrein – die 84% minder CO2-uitstoot veroorzaakt dan wegvervoer – leidt tot 5% minder bussen en vrachtwagens van pakketbezorgers, en zelfs tot 15% als enkele infrastructurele aanpassingen worden gedaan.
Goede basis voor verder onderzoek
Net als de studenten is ook Peter Boom van Royal HaskoningDHV positief over de herinvoering van de posttrein. “De studie is een goede basis voor verder onderzoek. In een vervolgonderzoek moet onder andere nog een uitgebreide kostenanalyse worden uitgevoerd.”
Daarbij is het volgens Boom mooi dat organisaties als DHL en PostNL hebben meegewerkt aan het onderzoek door mee te denken over de mogelijkheden van het herintroduceren van de posttrein. “Als die bereidheid er is bij partijen, dan blijkt vaak veel meer haalbaar.
