‘Jeugdzorgplannen van arbitragecommissie slecht onderbouwd’
De plannen van de arbitragecommissie voor flinke besparingen in de jeugdzorg zijn bijna allemaal slecht onderbouwd, zo concludeert adviesbureau It’s Public op basis van een analyse. Financiële effecten zijn onvoldoende gefundeerd en de timing van de invoering van veel maatregelen is te optimistisch.
De arbitragecommissie werd ingeschakeld om zich te buigen over het langlopende conflict tussen het Rijk en gemeenten. Sinds de decentralisaties van 2015 zijn gemeenten verantwoordelijk voor de uitvoering van de jeugdzorg. De tekorten liepen de laatste jaren echter fors op en de gemeenten eisten compensatie van het Rijk.
De arbitragecommissie stelde de gemeenten in het gelijk, waardoor de komende jaren elk jaar €1,8 miljard extra naar de gemeenten zou moeten. Tenminste, dat was de uitgangspositie. De compensatie wordt namelijk meteen verminderd met verschillende besparingen waarover het Rijk en de gemeenten het in arbitrage eens zijn geworden.
Eerste inschattingen
Die besparingen lopen volgens de plannen de komende vijf jaar stapsgewijs op tot €1 miljard per jaar, oftewel zo’n 17% van het totale budget van zo’n €6 miljard. Het probleem is echter, zo waarschuwt It’s Public, dat het nog maar de vraag is of de plannen daadwerkelijk zo’n forse besparing gaan opleveren.
Zo stelt de Commissie Sint – die de maatregelen heeft gekwantificeerd – zelf notabene dat de cijfers slechts “eerste inschattingen” zijn, die nog verder moeten worden uitgewerkt vóór ze kunnen worden ingevoerd. Desondanks worden de plannen nu al gebruikt als onderbouwing om gemeenten in 2022 met €214 miljoen te korten.
Roze bril
Voor zijn analyse nam It’s Public de verschillende geplande maatregelen onder de loep en concludeert dat bijna geen enkele maatregel voldoende is onderbouwd.
Soms worden de opbrengsten optimistisch ingeschat, zoals bij de invoering van praktijkonderzoekers jeugd bij huisartsen (poh’s). Daarbij wordt volgens It’s Public ook een besparing toegeschreven aan gemeenten die nu al een poh hebben, waardoor een extra besparing daar uiteraard niet te verwachten valt.
En ook waar berekeningen van anderen worden overgenomen gaat de arbitragecommissie soms uit van het meest rooskleurige scenario. Zo berekende adviesbureau AEF dat de landelijke invoering van poh’s een besparing van €62 miljoen tot €88 miljoen zou kunnen opleveren. De arbitragecommissie heeft dat maximale bedrag overgenomen in zijn berekeningen.
‘Zeer onrealistisch’
Door dezelfde roze bril lijkt te worden gekeken naar de ‘versterking bestaanszekerheid’, een maatregel die ervan uitgaat dat jeugdproblematiek vaak samenhangt met andere gezinsproblemen zoals werkloosheid en schulden. Pak je die problemen aan, dan hoef je minder jeugdzorg te bieden, zo is de gedachte.
Geen gekke gedachte misschien, maar volgens de plannen moet dit vanaf 2022 jaarlijks al €101 miljoen opleveren. Dat deze besparing al volgend jaar volledig wordt behaald noemen de onderzoekers “zeer onrealistisch”, aangezien “voor ontwikkeling en implementatie meerdere jaren nodig zijn”. Bovendien is helemaal niet duidelijk of er voldoende capaciteit is, bijvoorbeeld bij de benodigde procesbegeleiders.
Herhaling van 2015 voorkomen
Al met al is volgens It’s Public géén één van de maatregelen waaraan al voor komend jaar een gekwantificeerd effect is toegekend voldoende onderbouwd. “Voor de volledigheid: dat wil niet zeggen dat het niet mogelijk is, maar dat de onderbouwing nu ontbreekt”, aldus de onderzoekers.
De wenselijkheid van zo’n onderbouwing spreekt voor zich. It’s Public waarschuwt dan ook voor het risico op nieuwe tegenvallers, indien de huidige plannen dienen als onderbouwing van een korting op de compensatie vanuit het Rijk.
Dat deze waarschuwing nodig is kan als opmerkelijk worden gezien, want als de gemeenten en het Rijk de waarschuwing naast zich neerleggen stoten ze zich mogelijk voor een tweede maal aan dezelfde steen: ook toen de decentralisatie in 2015 gepaard ging met flinke bezuinigingen werd gewaarschuwd dat de verwachte besparingen allerminst voldoende waren onderbouwd. Nu dreigt de wens opnieuw de vader van de gedachte te worden.
Om zo’n herhaling van fouten te voorkomen, pleit It’s Public voor een uitvoerbaarheidstest door een onafhankelijke partij, zoals het CPB. “Hoewel er zeker aanleiding is om te stellen dat jeugdzorg in Nederland mogelijk met minder zou kunnen, is een besparing van meer dan 17% een immense verandering waar een goed plan voor benodigd is, wil het enige kans van slagen hebben”, aldus de onderzoekers.