Eurogroup: De effecten van het Nieuwe Marktmodel

01 juli 2014 Consultancy.nl

Op 1 augustus 2013 is de energiesector overgegaan op het Nieuwe Marktmodel, waarmee problemen na de liberalisatie van de consumentenmarkt in 2004 zouden worden opgelost. Het Nieuwe Marktmodel zou de consumenten energiemarkt vereenvoudigen, maar heeft tegelijkertijd verantwoordelijkheden in de sector flink opgeschud. Wat zijn precies de effecten voor de energiesector en de consument? En hoe is de invoering hiervan verlopen? Eurogroup Consulting ondervroeg 38 experts die betrokken waren bij de invoering van het sector-brede programma Stroomopwaarts. De conclusie: hoewel netbeheerders profiteerden van de kostenbesparingen, hebben leveranciers de commerciële kansen gekregen. 

Drie belangrijke veranderingen
Na de liberalisatie in 2004 en de splitsing van energiebedrijven in aparte netbeheer­ders en leveranciers in 2008 ontstond er een complexe energiemarkt, met name voor consumenten. Er ontstonden communicatieproblemen tussen marktpartijen en waren er grote afhankelijkheden in de processen tussen netbeheerders en leveranciers. Met als gevolg onder meer onjuiste facturen en problemen bij over­stappen en verhuizingen. Het Nieuwe Marktmodel zou verantwoor­delijkheden binnen de sector verscherpen en helderheid creëren voor consumen­ten. Hiervoor is Stroomopwaarts gestart, een sector-breed verbeteringsprogramma waarin meer dan 100 marktpartijen sa­menwerkten. Het programma voerde drie belangrijke veranderingen door, die per 1 augustus 2013 zijn ingegaan. 

Verplicht leveranciersmodel
Het verplichte leveranciersmodel heeft de energiemarkt versimpeld voor de consument. Sinds 1 augustus 2013 is de leverancier het gezicht van de ener­giesector in de consumentenmarkt. Inhoudelijk betekent dit dat de leveran­cier verantwoordelijk is voor de commu­nicatieve en administratieve processen richting de consument. Een concreet voorbeeld is de gecombineerde factuur, waarin de leverancier naast de eigen leveringskosten ook de netwerkkosten namens de netbeheerder factureert. 

Metermarktmodel
Door het metermarktmodel is de vrije markt van meetverantwoordelijken ko­men te vervallen. Deze verantwoordelijk­heid, die in de meeste gevallen werd uit­gevoerd door de netbeheerders, ligt nu grotendeels bij de energieleveranciers. Energieleveranciers zijn nu verantwoor­delijk voor het collecteren, valideren en vaststellen van meterstanden. De net­beheerders zijn verantwoordelijk voor het beheer van de meters en in het geval van de slimme meter, voor de infrastruc­tuur om deze uit te lezen. Naast deze herverdeling van verantwoordelijkheden, heeft de uitwerking van het metermarkt­model ook gezorgd voor afspraken voor het gebruik van de slimme meter, die in de periode 2015-2020 grootschalig zal worden uitgerold. 

Centralisatie en normalisatie
Om de bovengenoemde veranderingen in de praktijk te kunnen realiseren, is een aantal markt­processen genormaliseerd en gecentra­liseerd. Het belangrijkste voorbeeld van de normalisatie is het capaciteitstarief, waardoor de netwerkkosten niet meer af­hankelijk zijn van het verbruik, maar wor­den gebaseerd op de capaciteit van een aansluiting. Er zijn ook centrale databases gerealiseerd, waarmee gegevens over on­der meer aansluitingen en meters worden gecommuniceerd en gedeeld. Deze regis­ters worden beheerd door de netbeheer­ders en worden gefaciliteerd door EDSN.  

Voor- en nadelen voor netbeheerders en leveranciers
De effecten van het Nieuwe Marktmodel op netbeheerders en leveranciers zijn zowel positief als negatief. Zo hoeven de netbeheerders geen klantcontact, -facturatie en incasso meer uit te voeren voor de consumentenmarkt. Hierdoor kunnen netbeheerders jaarlijks tientallen miljoen besparen. Wel zijn zij afhankelijker geworden van de kwaliteit die energie­leveranciers leveren in het innen van netwerkkosten en het opnemen van meterstanden. Maar doordat de net­werkkosten op capaciteit worden afge­rekend, en niet meer op verbruik, spelen de meterstanden een minder grote rol. Daarnaast hebben de afspraken over slimme meters netbeheerders zekerheid gegeven over de uitrol daarvan en de bijbehorende investeringen.

Bij de leveranciers zijn er dus verantwoorde­lijkheden bijgekomen, zoals het factureren van de netwerkkosten namens de netbe­heerders. Hierdoor dragen leveranciers ook het incassorisico. Leveranciers hebben ook het opnemen van meterstanden overge­nomen. En zolang het merendeel van de meters nog analoog is, blijft het opnemen van meterstanden erg kostbaar. Toch heeft het zelf opnemen van meterstanden ook voordelen. Disputen over meter-standen met consumenten kunnen een­voudiger worden beslecht omdat de net­beheerder uit de keten is verdwenen. Het geeft leveranciers ook de kans nieuwe afrekenmomenten aan te bieden en beter afgestemd advies te geven over zonne­panelen, isolatie of andere besparende producten. 

Eurogroup - Nieuwe Marktmodel

Positieve impact op de consument
Ook de consument profiteert van het Nieuwe Marktmodel. Consumenten ontvangen nu één factuur in plaats van twee, waarin zowel leveringskosten als netwerkkosten in rekening worden gebracht. Disputen over meterstanden kunnen gemakkelijker worden opgelost en zij kunnen vaker zelf het moment van afrekening kiezen. Bovendien hebben consumenten weinig tot geen hinder ondervonden van de veranderingen; de sector is nagenoeg geruisloos overge­stapt. In tegenstelling tot marktliberalisatie in 2004, toen consumenten veel last hadden van falende systemen bij overstappen.  

Het Stroomopwaarts programma
De soepele overgang voor de consument heeft energiesector zelf veel moeite ge­kost. De oorspronkelijke planning van het Stroomopwaarts-programma is bijvoor­beeld niet gehaald. De aanvankelijke live-gang van 1 april 2013 werd uitgesteld tot 1 augustus 2013. Men had de complexiteit van Stroomopwaarts onderschat; een veelheid aan taken en systemen werd gelijktijdig aangepast. Daarnaast was het (centrale) projectmanagement bij EDSN niet goed op orde. Dit zorgde ervoor dat meer mankracht nodig was om tot een succesvol resultaat te komen, zowel centraal bij EDSN als bij de verschillende marktpartijen. Dit heeft geleid tot een kostenover­schrijding voor de sector van >€100 miljoen. 

Geen antwoord op de nieuwe marktontwikkelingen
De energiesector heeft de afgelopen jaren duidelijk een inhaalslag gemaakt en daarmee de consumentenmarkt aanzienlijk verbeterd en gemoderniseerd. De netbeheerders hebben daarbij veel financieel profijt van het Nieuwe Marktmodel. De energieleveran­ciers hebben er een hoop taken, maar ook veel commerciële kansen bijgekregen. Slimme leveranciers benutten deze kansen om hun positie in de consumentenmarkt te verstevigen. Kan de sector nu achteroverleunen? Wij vinden van niet! Het Stroomopwaarts-programma werkte vooral aan problemen uit het verleden; er blijven genoeg uitdagingen voor de toekomst over. De sector zal zich moeten voorbereiden op nieuwe veranderingen zoals smarts grids, decentrale opwekking, elektrisch vervoer en lokale opslag. Het volgende sector-brede programma, Pantheon, is hiervoor al in gang gezet. Wij kijken hier met interesse naar: nog meer betrokkenen en nog meer onzekerheden over (toekomstig) consumenten­gedrag, technologische oplossingen en wet- en regelgeving. 

Een artikel van Alexander van der Mark en Ruud Bouwhuis, energieadviseurs bij Eurogroup Consulting.