Vrouwen bekleden 20% van topfuncties in financiële sector
Het aantal vrouwen in de top van de financiële sector neemt mondjesmaat toe, volgens een nieuw Oliver Wyman-rapport. Toch blijft er een grote kloof te overbruggen voordat er sprake is van echte gendergelijkheid.
Het is al tijden een punt van discussie binnen de Nederlandse samenleving: het wil maar niet vlotten met een gelijke man-vrouwverdeling in de top van in het bedrijfsleven. Na jaren van veel discussie en weinig vooruitgang lijken er nu dan echt concrete maatregelen te komen vanuit Den Haag: sinds gisteren steunt een Kamermeerderheid een vrouwenquotum voor grote bedrijven.
De wet moet gaan regelen dat de RvC van een beursgenoteerd bedrijf voortaan minimaal voor 30% uit vrouwen bestaat. Totdat dit het geval is moeten er vacatures blijven openstaan. Minister Van Engelshoven, die onder meer gaat over emancipatie en als zodanig de wet mag gaan uitwerken, reageert enthousiast: “We schrijven geschiedenis. We doorbreken het old boys-netwerk en zetten een grote stap naar gelijkheid en diversiteit in de top van het bedrijfsleven.”
Mondjesmaat
De studie van Oliver Wyman laat zien dat er ook wereldwijd nog een achterstand te overbruggen is, maar dat er wel enige vooruitgang is geboekt. Het adviesbureau ondervroeg 9.000 (senior) leidinggevenden van financiële instellingen uit meer dan dertig landen en interviewde meer dan 100 senior executives uit de wereldwijde financiële sector.
Uit het onderzoek blijkt dat het aantal vrouwen in de hogere regionen van het personeelsbestand sinds 2013 met meer dan 5% is toegenomen. Vandaag de dag wordt 23% van de boardroomplekken en 20% van de executive committee-rollen vervuld door vrouwen.
Daarnaast is er een groeiende voorhoede in de financiële sector: 26% van de financiële instellingen heeft meer dan 30% vrouwen op executive committee-niveau, terwijl de boardroomposities binnen verschillende organisaties voor 37% worden vervuld door vrouwen.
In termen van landen loopt Israël voorop, daar worden executive committees voor 38% vertegenwoordigd door vrouwen, gevolgd door Australië, Zweden, Finland, Thailand, Noorwegen, Canada en Zuid-Afrika. Saoedi-Arabië, China, Japan en Zuid-Korea scoren volgens het onderzoek het laagst op dit vlak. De opmerkelijke kloof tussen leiders en achterblijvers kan volgens de auteurs deels worden toegeschreven aan het verschil in culturele normen en economische toestanden van landen.
Een aanjager van de positieve verandering is een groeiend bewustzijn van het belang van diversiteit. “Het is niet langer een vinkje: genderdiversiteit wordt nu erkend als een strategisch probleem dat de bedrijfsresultaten beïnvloedt”, zegt Jessica Clempner, hoofdauteur van het rapport van Oliver Wyman.
Ook begint de toenemende druk van toezichthouders en aandeelhouders om diversiteit en inclusie serieus te nemen een grotere rol te spelen, legt Clempner uit: “Senior leiders worden steeds meer verantwoordelijk gehouden voor dit soort kwesties doordat resultaten op dit gebied zijn gekoppeld aan beloningen. Hierdoor beginnen tactische initiatieven al echt veranderingen op te leveren.”
Geen ruimte voor vooringenomenheid
De financiële dienstverleningssector heeft echter nog een lange weg te gaan, geeft Ted Moynihan aan, die leiding geeft aan de Financial Services-praktijk van Oliver Wyman. “Gendergelijkheid is van invloed op heel veel verschillende stakeholders in de financiële sector. Als de industrie vooruitgang op het gebied van genderdiversiteit wil blijven boeken, moeten bedrijven dit erkennen, een passende strategie ontwikkelen en deze waarmaken.”
Een van de uitdagingen die moet worden overwonnen is het vergroten van het aandeel vrouwen in de meer strategische posities binnen de financiële sector. De meeste functies die door vrouwen worden bekleed in directiecomités zijn namelijk corporate-rollen. Zo is slechts 6% van de CEO’s vrouwen, terwijl maar 21% van de divisies door vrouwen wordt geleid. Voor boardrooms is het verhaal niet anders: daar is slechts 9% van de functies in handen van vrouwen.
Ter vergelijking: respectievelijk 58% en 46% van de HR- en marketingdirectorrollen is in handen van vrouwen. “Sommigen beschouwen het plaatsen van een vrouw in een boardroom- of in een executive committee-rol nog steeds als een riskantere optie. Het is tijd dat daar verandering in komt”, laat Moynihan weten.
Ook andere gebieden van de financiële sector zijn voor verbetering vatbaar. Ondanks dat ze met een schone lei zijn begonnen, worstelen fintech-bedrijven eveneens met genderdiversiteit op directieniveau. Maar wat misschien nog belangrijker is, is dat ook grote spelers zoals banken en verzekeringsmaatschappijen er nog steeds niet in zijn geslaagd om 20% van de boardroom- en executive committee-rollen te laten vervullen door vrouwen, aldus de onderzoekers van Oliver Wyman.
Toch kijken de experts van Oliver Wyman met een positieve blik naar de toekomst en voorzien ze een ontwikkeling naar meer genderdiversiteit op directieniveau: “De industrie worstelt al jaren met gendergelijkheid. De laatste jaren is daarom is veel ‘low-hanging fruit’ geplukt. Nu arriveren de moeilijkere tijden waarin een culturele verandering moet worden gerealiseerd, waarin onbewuste vooringenomenheid moet worden aangepakt en waarin mensen hun gedrag op de werkvloer definitief moeten veranderen. En hoe langer organisaties daarmee wachten, hoe moeilijker de uitdagingen worden.”
