Aanleg 100.000 hectare extra bos goed voor mens, natuur én portemonnee

07 februari 2018 Consultancy.nl

Meer bos zal Nederland goed doen, want meer bos creëert extra ruimte voor ontspanning en veroorzaakt positieve ecologische effecten. Zo verbetert het de lucht- en waterkwaliteit. Bovendien kan de geplande aanleg van 100.000 hectare extra bos worden uitgedrukt in geld: meer bos blijkt een positief economische effect te hebben.

Het Nederlandse grondgebied is voor zo’n 10% voorzien van bebossing. In 2016 werd besloten dat dit percentage de komende jaren flink omhoog moet. Sharon Dijksma, staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu, tekende op 26 oktober van dat jaar met achttien partijen de intentie-overeenkomst Actieplan Bos en Hout. In het manifest werd de ambitie uitgesproken om 100.000 hectare aan extra bos in Nederland te planten, waarmee het vaderlandse grondgebied voor ruim 25% uit bos zou bestaan.

Een groen streven op het eerste oog, maar duurzaamheid en economische baten blijken hierbij hand in hand te gaan. Dat blijkt uit het onderzoeksrapport ‘100.000 hectare extra bos in Nederland’, uitgevoerd door CE Delft in opdracht van het Ministerie van Rijkswaterstaat. Het advies- en onderzoeksbureau heeft ruim vijfendertig jaar ervaring op het gebied van economische milieuvraagstukken. Recent nog kreeg het twee opdrachten toegewezen op dit gebied door de Europese Commissie.

Drie opties

In het rapport staat de vraag centraal of – en zo ja, op welke wijze – de aanleg van de 100.000 hectare extra bos in Nederland het beste gerealiseerd kan worden. Daartoe is een maatschappelijke kosten-batenanalyse uitgevoerd om zo de kosten en de welvaartseffecten van drie verschillende aanlegplannen in kaart te brengen. In de eerste variant wordt gehoord gegeven aan de locaties die zijn gesuggereerd door het Actieplan Bos en Hout. Volgens die invulling wordt het nieuwe bos voornamelijk aangelegd in bestaande natuur- en recreatiegebieden. 

Optie 1: Actieplan Bos en Hout

Volgens het tweede alternatief wordt de 100.000 hectare aan extra bos aangelegd langs Nederlandse rijkswegen en snelwegen. De cumulatieve lengte van rijkswegen in Nederland was in 2015 meer dan 3.000 kilometer. Daaruit volgt dat, indien alle grond naast de Rijkswegen beschikbaar en geschikt is voor bebossing – om aan de doelstelling van 100.000 hectare bos te voldoen – een almaar doorlopende, 325 meter brede strook bos zou moeten ontstaan aan een van de zijden van de wegen. 

Niet alle locaties zijn echter beschikbaar voor aanplanting van nieuw bos. Enerzijds omdat op sommige locaties al bebossing is, anderzijds vanwege een ongeschikte ondergrond door bijvoorbeeld de aanwezigheid van waterpartijen; de A7 beslaat bijvoorbeeld een deel van de afsluitdijk, waardoor de aanleg van een beboste strook van enkele honderden meters breed hier logischerwijs geen serieuze optie is. Voor de goede orde: een zogenaamde ‘habitatstrook’, zoals de voorgenomen strook voor een bos langs een weg in het rapport wordt aangeduid, kan ook aan weerskanten van een rijksweg worden geplaatst, zodat het in de praktijk zeker niet nodig is overal de genoemde 325 meter breedte te realiseren. Daarom kan de feitelijke invulling van zo'n strook dus per plek verschillen. 

In het derde alternatief wordt gesteld dat de 100.000 hectare aan extra bos moet worden aangeplant als ‘habitatbos’, waarbij de nieuwe bebossing meer geconcentreerd wordt aangelegd rond de ‘verzorgingsplaatsen’ van Rijkswaterstaat. Verzorgingsplaatsen zijn plekken langs de snelweg waar automobilisten de gelegenheid wordt geboden hun reis te voorzien van een onderbreking. In de volksmond worden dergelijke plekken ook wel parkeerplaatsen of tankstations genoemd. 

Nederland telt ruim 300 van dat soort plekken, wat erop neerkomt dat er om de doelstelling te behalen per verzorgingsplaats drie vierkante kilometer bos moet worden aangelegd. Omdat niet iedere verzorgingsplaats echter in haar directe omgeving deze ruimte beschikbaar heeft voor bebossing, zal de feitelijk invulling van de habitatbossen per locatie verschillend uitpakken. 

Groene kosten

Aan de hand van de drie opties analyseerde CE Delft de verschillende kosten en baten. In de eerste variant, waarin gehoor wordt gegeven aan het Actieplan Bos en Hout, zijn de kosten omtrent de afwaardering van de grond en de aanleg van het bos minimaal €3 miljard. Dat is een heel stuk goedkoper dan in het tweede en het derde alternatief, waarbij de kosten omtrent de afwaardering van de grond en de aanleg van het bos in beide gevallen ruim €5 miljard bedragen. 

Optie 2: Habitatsrook

Dat grote verschil is verklaarbaar. Het nieuwe bos wordt volgens de eerste variant voornamelijk aangelegd in bestaande natuur- en recreatiegebieden, waardoor de verbouwingskosten relatief laag zullen zijn. Daarnaast is de opgeofferde landbouwgrond in de tweede en de derde variant prijziger dan de grond uit de eerste variant. Gelet op de kosten lijkt de eerste optie dus voor de hand te liggen, maar om een eindoordeel te kunnen vellen moeten ook de baten worden bekeken.

Groene baten

Er worden zeven verschillende baten genoemd door de onderzoekers: CO2-opslag, recreatie & toerisme, uitzicht omwonenden, effecten geluidshinder, effecten op waterkwaliteit, uitzicht automobilisten en impact op ecologie & biodiversiteit. Ten aanzien van de laatste twee genoemde baten bestaat volgens de onderzoekers nog geen uitsluitsel hoe groot deze zullen zijn. Op grond van wat al wel duidelijk is, blijkt de habitatstrook vooralsnog uit de bus te komen als de optie die de meeste baten oplevert, gevolgd door de habitatbossen. Het Actieplan Bos en Hout lijkt daarmee de minste baten te hebben. Het is nu de vraag of de positieve effecten opwegen tegen de kosten en dus of het überhaupt een vruchtbaar plan is om 100.000 hectare aan bos aan te leggen. En, mocht het rendabel zijn om extra bos aan te leggen, welke variant is dan het meest geschikt?  

Een belangrijk aspect van een boom is dat hij zuurstof produceert door CO2 op te nemen. Op grond daarvan biedt 100.000 hectare aan extra bos een helpende hand omtrent klimaatdoelstellingen. Indien de zogeheten 'twee graden-doelstelling’ wordt nagestreefd, dan moet in 2050 de CO2-uitstoot met zo’n zo’n 80% tot 95% zijn gereduceerd. Het verminderen van kilogrammen uitstoot aan koolstofdioxide kost veel geld.

Ten aanzien van de variant Actieplan Bos en Hout is in het rapport te lezen dat de kosten voor de aanleg van 100.000 hectare extra bos in dat scenario lager zijn dan de kosten van alternatieve maatregelen om de twee graden-doelstelling te behalen. Als de overheid zich serieus bekommert om het klimaat dan kan de aanleg van 100.000 hectare aan extra bos dus zelfs worden gezien als een kostenefficiënte maatregel: extra bebossing kan dan als een doelmatige investering worden beschouwd.   

Optie 3: habitatbos bij verzorgingsplaatsen

Welvaartseffecten

Omdat de varianten habitatbos en habitatstrook om €2 miljard extra initiële investering vragen en de omvang van alle baten nog niet volledig helder is, stellen de onderzoekers van CE Delft dat aanvullend onderzoek noodzakelijk is om te bepalen in hoeverre de positieve welvaartseffecten opwegen tegen de extra kosten. Ondanks dat de kosten hoger zijn, staat hier als belangrijke baat tegenover dat de overlast voor omwonenden van snelwegen afneemt. Het kan hierbij om een groot welvaartseffect gaan, gegeven het aantal woningen in Nederland dat hinder ondervindt van snelweggeluid en een – daarmee vaak samengaand – onaantrekkelijk uitzicht

Vlaams onderzoek laat zien dat woningen langs de snelweg 4,2% minder waard zijn. Als dit ook in Nederland geldt, dan kan het verduurzamen van woning en omgeving financieel gezien extra gunstig uitpakken. Op termijn, wanneer de bomen zijn volgroeid, gaat het dan mogelijk om meer dan €10.000 waardestijging per woning. Nader onderzoek is gewenst om te bepalen wat de totale stijging in woningwaarde is bij de aanleg van 100.000 hectare bosaanplant langs snelwegen en verzorgingsplaatsen. 

Staatssteun

Mochten woningen nabij snelwegen en verzorgingsplaatsen inderdaad flink in waarde stijgen als gevolg van de extra bebossing, dan is hierbij mogelijk wel sprake van staatssteun. Dit geldt sowieso niet voor een woning die toebehoort aan een particuliere eigenaar die er zelf woont: het gaat in zo’n geval per slot van rekening niet om een onderneming die een economische activiteit verricht en via een overheidsinvestering voordeel verkrijgt. Daarentegen behalen grote commerciële partijen die in het bezit zijn van meerdere woningen bij de varianten habitatbos en habitatstrook mogelijk een groot economisch voordeel. 

Als een vastgoedmagnaat bijvoorbeeld een aantal wijken bezit die binnen de geplande bebossingsgebieden vallen, dan zal de woningwaardestijging ten gevolge van extra bebossing een aanzienlijke winst opleveren waarover stilzwijgend geen belasting wordt betaald. Bovendien zou een vastgoedtycoon dat voordeel niet via de normale commerciële weg hebben verkregen (hetgeen al dan niet bepaalt of er sprake is van staatsteun), simpelweg omdat extra bebossing voor een commerciële partij geen rendabele investering is. Nader onderzoek is gewenst om te bepalen of grote commerciële partijen volgens de beplantingsplannen een groot commercieel voordeel behalen en of dit voordeel (middels belasting) gecompenseerd dient te worden.   

More on: CE Delft
Netherlands
Company profile
CE Delft is not a Netherlands partner of Consultancy.org
Partnership information »
Partnership information

Consultancy.org works with three partnership levels: Local, Regional and Global.

CE Delft is a not a partner of Consultancy.org.

Upgrade or more information? Get in touch with our team for details.