Skal Biocontrole functioneerde redelijk gedurende roerige jaren

Het functioneren van Skal Biocontrole biedt ruimte voor verbetering, zo blijkt uit een evaluatie door Andersson Elffers Felix (AEF). Gezien de vele uitdagingen en snelle groei gedurende de onderzochte periode is het volgens de onderzoekers echter niet verwonderlijk dat de toezichthouder beperkt doeltreffend en doelmatig was in zijn taakuitvoering.
Je ziet ze de laatste jaren steeds meer liggen in de supermarkt: biologische producten. In ruil voor een hogere prijs krijg je levensmiddelen die (onder andere) zijn geproduceerd zonder kunstmest en chemische bestrijdingsmiddelen en mét oog voor dierenwelzijn – zo is de belofte. Maar wie houdt in de gaten of de producent deze belofte ook nakomt?
In Nederland is dat de taak van Skal Biocontrole. De toezichthouder certificeert bedrijven, controleert het gebruik van het Europese biologische keurmerk en ziet toe op de import van biologische producten. Zo waarborgt Skal dat alleen producten die voldoen aan alle eisen het label ‘biologisch’ dragen – en dat consumenten kunnen vertrouwen op wat zij kopen.
Als zelfstandig bestuursorgaan wordt Skal vijfjaarlijks geëvalueerd. De evaluatie – uitgevoerd door AEF in opdracht van het ministerie van Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur – beslaat de periode 2018-2022 (en waar relevant ook 2023). Daarbij beoordeelden de onderzoekers de doeltreffendheid en doelmatigheid van Skal.
Roerige periode
AEF stelt vast dat de taakuitvoering “in beperkte mate doeltreffend” was en gedurende de geëvalueerde periode “niet doelmatiger” werd. Gezien de vele ontwikkelingen die de afgelopen jaren speelden, is dat echter geen grote verrassing.
In 2019 verscheen een kritisch rapport van de afdeling Health and Food Audit and Analysis van de Europese Commissie, waardoor Skal flink aan de bak moest met de aanbevelingen. Ook moest de toezichthouder een nieuwe Europese bio-verordening implementeren.
Ondertussen groeide Skal flink – de omzet verdubbelde (ruim), evenals het aantal fte. De groei van de organisatie was deels het gevolg van de vereiste investering in de kwaliteit. Ook zorgde stijgende populariteit van biologische producten voor een groei van de markt en daarmee een toename in het aantal gecertificeerde bedrijven, en dus meer werk voor Skal.
Tel daarbij op uitdagingen als de coronapandemie en ICT-problemen, en het moge duidelijk zijn dat de toezichthouder een “roerige periode” beleefde, aldus AEF.
Logisch en begrijpelijk
De onderzoekers achter het dan ook “logisch en begrijpelijk” dat de aandacht van Skal minder uitging naar kostenefficiëntie en een doelmatige taakuitvoering.
“Het aanpassen en opzetten van de processen en werkwijzen binnen Skal heeft het grootste deel van de evaluatieperiode geduurd en is ook nog niet overal afgerond”, verklaart AEF. “Inmiddels is de taakuitvoering beter op orde, maar er staan nog enkele belangrijke punten open.”
Terwijl het aantal fte’s bij Skal verdubbelde, steeg het aantal inspecties niet significant. Naast de druk van de reorganisatie wijst AEF hierbij op de knelpunten die gepaard gaan met snelle groei: “Nieuwe medewerkers moeten bekend worden met de biologische sector en wet- en regelgeving. Dit vergt, gezien het grote aantal nieuwe medewerkers, veel capaciteit van de organisatie.”
Wankele financiën
Kijkend naar de toekomst, blijft de financiële positie van Skal kwetsbaar. De omzet is de afgelopen jaren meegegroeid door hogere tarieven, extra ministeriële bijdragen en meer gecertificeerde bedrijven, maar het draagvlak voor verdere tariefverhogingen is beperkt. Bovendien is onzeker of het ministerie structureel aanvullende kosten blijft dekken.
AEF waarschuwt: “We voorzien dat het relatieve weerstandsvermogen van Skal zal afnemen als de organisatie verder in omvang toeneemt, wat als risico heeft dat financiële tegenvallers in de toekomst niet voldoende kunnen worden opgevangen.”
Het bureau benadrukt dat een goede samenwerking tussen Skal, het ministerie en andere ketenpartners cruciaal is om de huidige en toekomstige uitdagingen het hoofd te bieden.
In een schriftelijke reactie op de evaluatie laat verantwoordelijk staatssecretaris Jean Rummenie de Tweede Kamer weten dat hij de conclusies van AEF onderschrijft en Skal heeft verzocht “om de ingezette koers tot verdere professionalisering met de blik naar de toekomst voor te zetten”.