Extra inspanningen nodig om waterkwaliteit in Nederland te verbeteren

Nederland dreigt de Europese waterkwaliteitsdoelstellingen voor 2027 niet te halen, zo blijkt uit onderzoek van AT Osborne, Witteveen+Bos en FLO Legal in opdracht van het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat. Met name op het gebied van chemicaliën en meststoffen gaat het nog niet goed.
In 2000 werd de Europese Kaderrichtlijn Water (KRW) opgesteld. Het belangrijkste doel van de richtlijn is om de kwaliteit van oppervlakte- en grondwater op peil te krijgen en houden. Landen zijn verplicht om de richtlijn te vertalen in beleid, regels en maatregelen om de doelen te realiseren.
Zo ook Nederland. Dit heeft de afgelopen jaren al gezorgd voor een verbetering van de waterkwaliteit, maar tegelijk is er nog veel te doen. Daarom startte het Rijk samen met regionale overheden in 2023 met het KRW-impulsprogramma.
Uit de tussenevaluatie van AT Osborne, Witteveen+Bos en FLO Legal blijkt echter dat de huidige inspanningen nog altijd onvoldoende zijn om het hoofddoel vóór 2027 te bereiken.
One out-all out
Bij het meten van de waterkwaliteit komt nogal wat kijken. Nederland telt 745 oppervlaktewaterlichamen en 23 grondwaterlichamen, samen goed voor meer dan 100.000 waterkwaliteitsparameters waarmee de chemische en ecologische toestand wordt gemeten.
Van de 23 grondwaterlichamen worden er momenteel 4 gekwalificeerd als in een ‘goede toestand’.
De oppervlaktewateren voldoen volgens de meest recente meetgegevens aan 80% van de normen. Maar die resterende 20% zorgt ervoor dat geen enkel oppervlaktewaterlichaam in Nederland op dit moment in goede ecologische toestand verkeert.
Om het predicaat ‘goede toestand’ te verdienen, moet een waterlichaam namelijk voldoen aan álle chemische en ecologische normen, zo schrijft het ‘one out-all out’-principe van de KRW-beoordelingssystematiek voor.
“Bij de chemische toestand zien we ditzelfde beeld terug”, aldus de onderzoekers. “In 97% van het oppervlaktewater wordt niet aan alle kwaliteitseisen voor de goede chemische toestand voldaan.”
Een heleboel, maar niet genoeg
Met de huidige koers zullen de Nederlandse wateren voor 42 chemische stoffen niet aan de normen voldoen in 2027, zo verwachten de onderzoekers. Ook de extra maatregelen om de hoeveelheid meststoffen terug te brengen zijn voorlopig onvoldoende om de deadline te halen.
“Er gebeurt een heleboel, maar dat is niet genoeg en dat heeft meerdere oorzaken”, zegt Leen Oosterom, consultant bij AT Osborne. “Vervuiling blijft een probleem, klimaatverandering maakt het lastiger en maatregelen komen traag van de grond. Vooral op het gebied van terugdringen van nutriëntenvervuiling uit de landbouw is er veel in voorbereiding, maar de uitvoering blijft achter. De politieke context speelt hierin ook een rol.”
Vergaande maatregelen
De onderzoekers doen verschillende aanbevelingen om de achterstand op de doelstellingen in te lopen. Zo kunnen normeringen voor nutriënten, gewasbeschermingsmiddelen en andere chemische stoffen meer in lijn worden gebracht met de KRW-normeringen.
“Daarop aansluitende maatregelen zijn onder andere de actualisering, specificering en aanscherping van vergunningen voor directe en indirecte lozingen en het versterken van toezicht en handhaving”, aldus het rapport.
Om de grondwaterkwaliteit te verbeteren kunnen bestaande maatregelen worden uitgebreid, zoals bronaanpak van industriële stoffen, gewasbeschermingsmiddelen en nutriënten en de beperking van grondwateronttrekkingen en het bevorderen van infiltratie.
Ook het in beweging krijgen van “relevant actoren” is belangrijk. “Dit kan bijvoorbeeld door gerichter aan te spreken, het actief delen van kennis en verder inzetten van juridisch instrumentarium.”
PFAS-schuimparty
Leen wijst op de complexiteit van de benodigde maatregelen. “Voor oplossingen kun je niet alleen naar het water kijken, je moet ook naar de ruimtelijke ordening kijken, de bedrijfsactiviteiten die tot het lozen van stoffen leiden, de toelating en regulering van stoffen enzovoort.”
“In deze systemen ingrijpen – ten behoeve van een verbetering van waterkwaliteit – vraagt om pijnlijke keuzes en voor uitvoering van maatregelen is vergaande samenwerking tussen verschillende partijen essentieel”, benadrukt hij.
Daarbij gaat het soms om “grote structurele ingrepen”, maar soms ook hele kleine praktische oplossingen. “Een goed voorbeeld is een campinghouder die onbewust een zware PFAS-vervuiling veroorzaakte door schuimparty’s te organiseren. Voor het voorkomen van zulke situaties is bewustwording en communicatie minstens zo belangrijk als regelgeving.”
Deadline met consequenties
Barry Madlener, minister van Infrastructuur en Waterstaat, laat in een brief aan de Tweede Kamer weten dat de Kamer dit voorjaar zal worden geïnformeerd over de aanvullende maatregelen en vervolgstappen die genomen zullen worden naar aanleiding van deze tussenevaluatie.
Leen benadrukt dat schoon water niet alleen belangrijk is voor de dieren en planten, maar ook voor de mens. Zeker ook wat betreft het grondwater. “Dit gaat niet alleen over stofjes, planten en waterbeestjes in de sloot. Het raakt uiteindelijk ook de kwaliteit van onze drinkwaterbronnen en het water waarin we onze kinderen laten zwemmen.”
Zo is schoon water belangrijk voor ons drinkwater, recreatie, de landbouw en de industrie. Worden de doelen in 2027 niet gehaald, dan kan dat gevolgen hebben voor individuele projecten en activiteiten.
Nederland blijkt binnen Europa overigens geen uitzondering: ook alle andere Europese lidstaten zijn nog ver verwijderd van het geheel voldoen aan de KRW.