Europese leiders in automotive zien meer beren op de weg
Leidinggevenden uit de automobielsector zijn dit jaar een stuk minder positief gestemd dan een jaar geleden, zo blijkt uit onderzoek van KPMG onder 1.000 executives uit de branche.
Wereldwijd geeft ruim een derde (34%) van de bestuurders aan dat ze verwachten dat de auto-industrie de komende vijf jaar verder kan groeien en daarbij winstgevend kan zijn. Onder Europese leiders is dit slechts een kwart (25%).
Europese leiders zeggen last te hebben van verschillende uitdagingen, waaronder aanhoudende geopolitieke spanningen, bezorgdheid over rentes, energieprijzen en inflatie, uitdagingen in supply chains, en een schaarste aan belangrijke materialen en onderdelen, zoals zeldzame aardmetalen en halfgeleiders.
“We zien dat Europese executives in de auto-industrie iets pessimistischer zijn geworden”, zegt Stijn de Groen, die leidinggeeft aan de Automotive-praktijk van KPMG. “Het is belangrijk dat zij hun strategieën gaan herzien en kritische strategische vragen stellen om voorop te blijven lopen. De antwoorden op deze vragen zijn bepalend voor het succes van de (Europese) industrie in de komende jaren.”
De groei van EV’s
Eén van de pijnpunten ligt volgens het onderzoek in de ontwikkeling van de markt voor elektrische auto’s. Dit segment wordt steeds belangrijker voor autobedrijven: de Europese Unie wil ervoor zorgen dat alle nieuwe auto’s die vanaf 2035 worden verkocht elektrisch zijn.
Lees ook: Studie: Nederlands wagenpark vóór 2050 volledig elektrisch.
Het probleem is echter dat Amerikaanse en Chinese autofabrikanten er op dit moment beter voor staan in dit segment van de markt. Amerikaanse spelers krijgen door de verduurzaming van de Amerikaanse economie en infrastructuur (Inflation Reduction Act) een grote impuls, waardoor ze hun productievolumes en efficiency flink kunnen opschroeven.
Chinese autofabrikanten blinken uit in hun aantrekkelijkheid voor de consument. Voordelige elektrische voertuigen van Chinese makelaardij winnen snel aan terrein. Volgens cijfers van marktonderzoeker Inovev zijn Chinese autofabrikanten nu goed voor 8% van alle verkochte elektrische auto’s in Europa. Slechts een paar jaar geleden lag het aandeel nog onder de 1%.
Deze trend baart ook zorgen. De Europese Commissie vindt zelfs dat er sprake is van oneerlijke concurrentie, omdat Chinese autofabrikanten allerlei subsidies krijgen.
In september vorig jaar kondigde commissievoorzitter Ursula von der Leyen aan onderzoek te doen naar de mogelijke oneerlijke concurrentie. “Elektrische voertuigen zijn cruciaal voor een schone economie. Maar wereldwijd worden de markten nu overspoeld met goedkopere Chinese elektrische wagens. De prijs van die wagens wordt met gigantische staatssubsidies kunstmatig laag gehouden. Dit verstoort onze markt.”
Vanuit onverwachte hoek
Maar het zijn niet alleen branchegenoten die een bedreiging vormen voor de traditionele automerken uit Duitsland, het Verenigd Koninkrijk, Zweden of Spanje. Een relatief groot aantal bestuurders houdt rekening met meer concurrentie vanuit de grote techbedrijven, zoals Amazon, Apple en Google. En zelfs consumentengiganten als Samsung en social media-bedrijven als ByteDance staan op de risico-radar van bestuurders.
Volgens De Groen moeten Europese spelers dan ook goed nadenken over hoe ze concurrerend blijven. ”Het is de vraag hoe de traditionele autofabrikanten en toeleveranciers kunnen concurreren met de dreigende verstoring door nieuwe autofabrikanten en nieuwe markttoetreders.”
“Mogelijk zullen ze niet-strategische bedrijfsonderdelen afstoten, fusies en overnames doen, samenwerken met technologiebedrijven en kijken naar verregaande samenwerkingen voor de productie van elektrische voertuigen.”
Inspelen op nieuwe wensen
Ook van belang is het inspelen op de veranderende wensen van de autorijder. Volgens het KPMG-onderzoek verandert de manier waarop kopers hun aankopen doen (steeds meer online en rechtstreeks bij fabrikanten) en kijken ze ook anders naar de auto zelf. Zo worden bijvoorbeeld dataveiligheid en ‘experience’ over de jaren heen belangrijker in het aankoopproces.