In 2031 is een kwart van de werknemers in G7 ouder dan 55 jaar
Leidende economieën zullen de komende jaren snel vergrijzen. Volgens onderzoek van Bain & Company is in 2031 25% van de beroepsbevolking in de G7 ouder dan 55 jaar.
De beroepsbevolking in de G7-landen (Canada, Duitsland, Frankrijk, Italië, Japan, het VK en de VS) zal sneller vergrijzen dan dat er jonge werknemers kunnen worden aangetrokken, zo voorspelt het strategiekantoor in het rapport, waarin wordt gekeken naar de ontwikkeling van de beroepsbevolking en hun drijfveren.
Bedrijven zullen meer en meer functies moeten creëren voor oudere werknemers, niet alleen omdat dit ethisch gezien het juiste is, maar ook omdat het zakelijk gezien simpelweg noodzakelijk is, aldus de onderzoekers.
De vergrijzing is deels het gevolg van een algemene trend in de G7-landen, waar de geboortecijfers al jaren gestaag dalen. Ook doen jongeren er langer over om hun opleiding af te maken.
Daarnaast is de gemiddelde pensioenleeftijd in de landen die tot de G7 behoren de laatste jaren verhoogd, niet zelden met de nodige controverse. Uitschieter op dat vlak was Frankrijk, waar de bevolking in tal van steden wekenlang massaal protesteerde tegen het nieuwe beleid.
President Emmanuel Macron wilde de pensioenleeftijd in het land stapsgewijs verhogen van 62 naar 64 jaar. Ondanks de felle protesten werd de wetswijziging afgelopen april definitief doorgevoerd door Macron. Hij omzeilde daarbij wel het parlement en maakte gebruik van een speciale grondwettelijke procedure.
Van de G7-landen heeft Japan de oudste beroepsbevolking. Al in 2011 was 28% van de Japanse werknemers 55 jaar of ouder, tegen 2031 is dat naar verwachting al 38%. Italië zal de komende jaren waarschijnlijk het snelst vergrijzen. In 2011 was 14% van de Italiaanse beroepsbevolking 55+’er, voor 2031 houden de onderzoekers rekening met 32%.
Het probleem van een verouderende beroepsbevolking beperkt zich niet enkel tot de meest ontwikkelde economieën. Vergelijkbare demografische ontwikkelingen worden voorspeld in onder meer China en Brazilië. Wereldwijd zal de hoeveelheid oudere werknemers tot 2030 naar verwachting stijgen met maar liefst 150 miljoen.
Ondanks deze enorme aantallen, constateert Bain & Company dat HR-afdelingen nog nauwelijks inspelen op deze verschuiving. “We zien zelden dat organisaties programma’s opzetten om oudere werknemers te integreren in hun talentensysteem.”
Bijkomend probleem
Naast dat de beroepsbevolking vergrijst, hebben bedrijven in de G7-landen ook moeite om voldoende nieuwe jonge werknemers (Millennials en Gen Z’ers) aan te trekken. Een bijkomend probleem is dat deze professionals ook nog een minder loyaal aan hun werkgever zijn dan oudere werknemers. “Dit versterkt de ontwikkelingen”, schrijft Bain & Company.
Van de medewerkers tussen de 18 en de 34 jaar oud voelt 50% zich loyaal ten aanzien van zijn werkgever. Bij werknemers ouder dan 62 jaar gaat het hier om 71% – een fors verschil dus. Bij medewerkers tussen 35 en de 61 jaar oud ligt het percentage tussen de 53% en 61%.
Nederland
Dit verband tussen leeftijd en loyaliteit kwam recent ook naar voren in een onderzoek van PwC naar de Nederlandse arbeidsmarkt. Daaruit blijkt onder andere dat Millennials en Gen Z’ers gemiddeld genomen sneller geneigd zijn om van werkgever te wisselen dan oudere medewerkers (leden van generatie X en babyboomers).
Don van der Steeg van PwC denkt dat het noodzakelijk is voor bedrijven om jongere medewerkers aan zich te binden. Volgens hem moeten organisaties zich niet alleen bezighouden met het nu, maar ook in het oog houden wie ze in de toekomst nodig hebben. Het aantrekken van voldoende jonge werknemers sluit hierbij aan, meent hij.