Belgische krijgsmacht kiest externe partners voor F-35-complexen
Een consortium van externe partijen gaat de Belgische krijgsmacht ondersteunen bij het aanleggen van infrastructuur voor nieuwe gevechtsvliegtuigen.
Een tiental jaar geleden besloot het Belgische ministerie van defensie om zijn gevechtsvliegtuigen te vervangen. In 2018 werden de in totaal 34 nieuwe straaljagers definitief aangeschaft. Het gaat om de F-35 Lightning II – in Nederland beter bekend als de Joint Strike Fighter. Het bedrag op het bijbehorende bonnetje: een slordige €3,6 miljard.
Volgens de planning zullen de eerste toestellen in 2025 worden geleverd. Deze zullen worden gestationeerd op het militair vliegveld van Florennes in de Waalse provincie Namen. De overige straaljagers staan op de planning voor 2027 en krijgen vliegveld Kleine-Brogel in de Vlaamse provincie Limburg als thuisbasis.
Om de nieuwe F-35-straaljagers straks te kunnen stallen moeten beide vliegvelden eerst wel flink onder handen worden genomen, laat een persvoorlichter van het Belgische ministerie van defensie weten.
“De huidige infrastructuur op de twee vliegvelden dateert uit de jaren vijftig en zestig van de vorig eeuw. Deze voldoet logischerwijs niet aan de eisen om een modern jachtvliegtuig te kunnen stationeren en onderhouden.”
Belgisch-Nederlands-Amerikaans consortium
Om wel te kunnen voldoen aan de vereisten heeft het Belgische ministerie van defensie ervoor gekozen om een nieuw complex te bouwen op zowel Florennes als Kleine-Brogel. Voor de realisatie hiervan werd een aanbestedingsprocedure opgestart, waar verschillende partijen zich voor inschreven.
Inmiddels is bekend wie de opdracht heeft binnengehaald: het gaat om een Belgisch-Nederlands-Amerikaans consortium, bestaande uit het Belgische bouwbedrijf Jan de Nul, het Nederlandse ingenieurs- en adviesbureau Arcadis en het Amerikaanse ontwerpbureau Burns & McDonnell.
Het consortium is verantwoordelijk voor het ontwerp en de aanleg van de infrastructuur op de twee vliegvelden. Daarnaast zullen de partijen na oplevering ook voor een periode van tien jaar zorgdragen voor het technische onderhoud van beide complexen.
Dubbel zoveel
Volgens dagblad Het Laatste Nieuws (HLN) is het Belgische ministerie van defensie alles bij elkaar opgeteld zo’n €600 miljoen kwijt aan het project. Dat is “dubbel zoveel als de eerder geschatte kosten”, aldus een journalist van HLN.
Een woordvoerder van het ministerie van defensie in België laat in een persbericht weten dat het eerste deel van het complex op vliegveld Florennes naar verwachting in de zomer van 2024 zal worden opgeleverd.