Het effect van hybride werken op de duurzaamheid van een bedrijf
Een van de belangrijkste trends voortgekomen uit de coronapandemie is ongetwijfeld hybride werken. En waar het thuiswerkadvies inmiddels is vervallen, lijkt iedereen het erover eens dat (deels) thuiswerken een blijvertje is. Nu organisaties hun HR-beleid aanpassen aan deze nieuwe werkelijkheid is het van belang dat ze ook inventariseren welke impact hybride werken heeft op hun ecologische voetafdruk.
Volgens de meest recente schatting van het CBS werkt vandaag de dag meer dan twee derde van alle beroepsgroepen die daartoe in staat zijn daadwerkelijk hybride. Als gevolg hiervan zijn organisaties hun beleid voor onder meer technologie, thuiswerken, arbeidsvoorwaarden en de manier van samenwerken aan het herzien.
Ook duurzaamheid verdient een plekje op deze lijst. Duurzaam ondernemen staat volop in de belangstelling – volgens recent onderzoek van PwC is meer dan driekwart van de CEO’s wereldwijd actief bezig met duurzaamheid.
Hybride werken heeft verschillende effecten op de CO2-footprint van organisaties. Het meest voor de hand liggende effect is dat het zorgt voor minder woon-werkverkeer, en daarmee ook minder CO2-uitstoot. Om een beeld te geven van de mogelijke CO2-besparing: het CBS becijferde onlangs dat meer dan de helft van de werknemers forens is.
Andere mogelijke duurzaamheidseffecten lijken lastiger in kaart te brengen, met name omdat het verbruik zich simpelweg verplaatst. Zo verstookt het kantoor wellicht minder gas, maar neemt het energieverbruik bij medewerkers thuis waarschijnlijk weer toe. Hetzelfde geldt voor voedselverspilling: mensen lunchen minder op kantoor, maar vaker thuis.
De verschuiving naar hybride werken vraagt echter ook om maatregelen die duidelijk zorgen voor nadelige duurzaamheidseffecten. Om te zorgen dat medewerkers ook buiten het kantoor optimaal kunnen werken moeten bedrijven vaak flinke investeringen doen.
Denk bijvoorbeeld aan de aanschaf van nieuwe apparaten zoals laptops en printers, extra kantoormeubilair om thuiswerkplekken goed in te richten en de benodigde upgrades van de IT-omgeving en applicaties om hybride werken te faciliteren. Al deze investeringen hebben een belastend effect op de ecologische voetafdruk van bedrijven.
Effecten in kaart brengen
Volgens experts is het van belang dat organisaties de voor- en nadelige effecten van hybride werken op duurzaamheid in kaart brengen. Vervolgens kunnen ze kijken naar hun beleid en dit waar nodig herzien. Ook pleiten ze voor een meer vooruitstrevende aanpak in het verkleinen van de ecologische voetafdruk, zoals het omarmen van circulaire principes.
In een circulaire economie worden grondstoffen en materialen zoveel mogelijk hergebruikt. Organisaties die circulair werken willen omarmen moeten dus kijken naar de manier waarop grondstoffen worden gebruikt voor hun producten en processen, en op zoek gaan naar manieren om deze grondstoffen zoveel mogelijk te recyclen.
Zo kan een grote organisatie apparaten die zijn afgeschreven doorverkopen aan een betrouwbare partner om de producten of onderdelen te recyclen. Andersom kun je als organisatie ook zelf overstappen van nieuwe producten op tweedehands, door bijvoorbeeld refurbished kantoormeubilair aan te schaffen in plaats van nieuwe producten.
Voor een integrale aanpak van duurzaamheid is het ook vereist om voorbij de muren van de eigen organisatie te kijken: hoe duurzaam werken bijvoorbeeld de leveranciers waar je als bedrijf inkoopt, en hoe zit het met andere partners in de keten?
Al met al is er nog genoeg werk aan de winkel. Volgens onderzoek van McKinsey & Company loopt de wereld behoorlijk achter op de 2050-ambities uit het Parijse klimaatakkoord. Willen overheden en bedrijfsleven de doelstelling nog halen, dan zullen ze jaarlijks nog $3.500 miljard meer investeren dan ze momenteel doen.
Het is dan ook van groot belang dat organisaties in kaart brengen wat de impact is van hybride werken op de opgave die ze te wachten staat.