Actief grondbeleid van gemeenten stimuleert nieuwbouw
Binnen Nederlandse gemeenten die veel grond aankopen is doorgaans sprake van een hogere woningbouwproductie. Dat stelt Deloitte in een nieuw onderzoeksrapport.
Wanneer hebben gemeenten een actief grondbeleid? Als ze geregeld een stuk grond aankopen, het bouwrijp maken en het vervolgens verkopen aan vastgoedontwikkelaars, die er huizen op bouwen. En dat werpt zijn vruchten af, zo blijkt uit de studie van het accountants- en adviesbureau.
Gemiddeld genomen ligt de woningbouwproductie in gemeenten die een actief grondbeleid hebben namelijk zo’n 15% hoger dan in gemeenten zonder zo’n beleid. “Het verband dat we hebben aangetoond is significant”, zegt Lennert Middelkoop van Deloitte tegen nieuwsradiozender BNR.
Niettemin benadrukt Middelkoop dat de extra woningen in gemeenten met een actief grondbeleid niet allemaal kunnen worden toegeschreven aan dit beleid. De woningbouwproductie is immers afhankelijk van tal van factoren – waarvan een actief grondbeleid er één is.
Aanleiding
Onbetaalbare koophuizen en ellenlange wachtlijsten voor huurwoningen. Het zijn al lange tijd geen uitzonderingen meer in Nederland, dat kampt met een enorm woningtekort. Derhalve liggen er plannen op tafel om tot 2030 circa 900.000 nieuwe woningen te bouwen in ons land.
Een aanzienlijk deel van deze huizen zal waarschijnlijk worden gebouwd in Drenthe, Friesland, Flevoland en Groningen. Maar ook elders in het land moeten honderdduizenden nieuwe woningen worden gerealiseerd. Of dat allemaal gaat lukken is echter de grote vraag. “Het tempo van woningbouw is te laag om deze doelstelling te halen en zal omhoog moeten”, stelt Deloitte in zijn rapport.
Overheden en gemeenten in het bijzonder kunnen hier echter de helpende hand bieden. Van oudsher spelen zij een belangrijke rol binnen de grondmarkt. Door het verwerven, ontwikkelen en het verkopen van grond kunnen ze invloed uitoefenen op de woningbouwproductie. Maar hoe groot is die impact precies?
Om antwoord te krijgen op die vraag schakelde het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijkrelaties (BZK) enkele maanden geleden de experts van het Big Four-kantoor in. Volgens Deloitte draagt een actiever grondbeleid van overheden bij aan het verhogen van de woningbouwproductie, maar is deze aanpak niet risicoloos.
Gevaren op de loer
Als marktpartijen een stuk grond links hebben laten liggen, kan dat verschillende redenen hebben. Bijvoorbeeld omdat de kosten om de grond bouwrijp te maken buitenproportioneel hoog zijn. In dat geval helpt het om als gemeente een actief grondbeleid te hebben. De woningbouw wordt dan indirect gesubsidieerd doordat de ontwikkelkosten van de grond door de gemeente worden betaald.
Het grote nadeel hiervan: een behoorlijk prijskaartje, zonder evenredige baten. En dat terwijl zeer veel Nederlandse gemeenten momenteel in financieel zwaar weer verkeren. Volgens Deloitte bestaat hier een oplossing voor: als de Rijksoverheid de komende jaren de grondaankopen voor zijn rekening neemt, komen gemeenten niet nog verder in de problemen, terwijl de woningbouwproductie stijgt.
Ten slotte kan een gebrek aan interesse in een stuk grond ook een nijpendere oorzaak kennen. “Als marktpartijen de grond nog niet gekocht hebben, dan is er misschien wel iets aan de hand met die locatie”, vertelt Erwin van der Krabben, professor in de planologie aan de Radboud Universiteit, tegen BNR.