SiRM: Nederlandse ziekenhuiszorg relatief zuinig
Vergeleken met andere Europese landen is de Nederlandse ziekenhuiszorg relatief zuinig. Zo heeft Nederland het minst aantal artsen per inwoner, het minst aantal ziekenhuisbedden en worden de meeste chirurgische en cardiologische verrichtingen minder vaak gedaan in ons land. En als patiënten al worden opgenomen, is de opnameduur laag.
Dat blijkt uit een internationaal vergelijkende studie door het adviesbureau SiRM, uitgevoerd in opdracht van de Vereniging van Ziekenhuizen (NVZ). De consultants vergeleken de Nederlandse ziekenhuiszorg met die van België, Denemarken, Duitsland, Groot-Brittannië, Frankrijk, Oostenrijk, Spanje en Zwitserland.
Van deze landen heeft Nederland het minst aantal artsen per inwoner, en ook relatief het minst aantal ziekenhuisbedden.
Nederlanders gaan relatief weinig naar de dokter (gemiddeld 6 keer per jaar) en de gemiddelde opnameduur van 5,8 dagen is relatief laag.
Van twaalf chirurgische en cardiologische ingrepen worden er tien minder vaak uitgevoerd dan elders, waaronder het plaatsen van pacemakers (34% minder dan gemiddeld), hartkatheterisatie (-27%) en dotteren (-22%). Alleen het knippen van amandelen (+72%) en staaroperaties (+8%) komen vaker voor dan gemiddeld. Van de vier behandelingen waarvan gegevens hierover bekend zijn (staar, spataderen, liesbreuk en galblaasverwijdering) worden er relatief veel in dagbehandeling uitgevoerd.