Zonder salderen loopt terugverdientijd zonnepanelen gigantisch op
De terugverdientijd van zonnepanelen loopt flink op als de salderingsregeling toch wordt afgeschaft. Dat blijkt uit onderzoek van Berenschot.
Met de salderingsregeling kunnen consumenten en kleine bedrijven de jaarlijks opgewekte elektriciteit wegstrepen tegen het jaarlijkse verbruik. “Als iemand meer opwekt dan verbruikt, ontvangt diegene voor het overschot een vergoeding, die redelijk moet zijn”, aldus de Rijksoverheid.
Rutte IV wilde de salderingsregeling tot 2031 stap voor stap afbouwen. De Eerste Kamer stemde begin dit jaar tegen dit wetsvoorstel, waardoor de regeling nog altijd bestaat. De vraag is echter voor hoe lang: het nieuwe kabinet van Dick Schoof wil de salderingsregeling namelijk per 2027 afschaffen.
Wat zijn de gevolgen?
In opdracht van belangenbehartiger Vereniging Eigen Huis onderzocht Berenschot wat de gevolgen zijn van het afschaffen van de salderingsregeling. De terugverdientijd van zonnepanelen blijkt met grote sprongen toe te nemen als de regeling op termijn wordt afgeschaft.
Als de plannen van kabinet-Schoof I géén meerderheid vinden in de Eerste en Tweede Kamer, en de salderingsregeling per 2027 niet wordt opgeheven, dan is de terugverdientijd van iemand die nu zonnepanelen koopt 4,8 tot 6,6 jaar.
Als de salderingsregeling per 2027 wel wordt afschaft, bedraagt de terugverdientijd voor consumenten die nu zonnepanelen kopen 7,2 tot 13,7 jaar (met een gemiddelde terugverdientijd van 9 jaar).
Voor consumenten die – indien de salderingsregeling wordt afschaft – pas in 2027 zonnepanelen kopen, ligt de terugverdientijd nog hoger: Berenschot gaat uit van 9,1 tot maar liefst 15,5 jaar. In vergelijking met de huidige situatie is dat meer dan een verdubbeling.
“We zien nu dat zonder een alternatief te bieden voor de salderingsregeling de terugverdientijd flink oploopt”, reageert Cindy Kremer, directeur van Vereniging Eigen Huis, op de resultaten. “Dat maakt het voor consumenten niet meer aantrekkelijk om nog te investeren in zonnepanelen.”
Voor consumenten met betrekkelijk weinig panelen die niet zoveel stroom verbruiken, is de terugverdientijd bijna verdrievoudigd (ten opzichte van de huidige situatie waarin de salderingsregeling blijft bestaan). Met name kleinere huishoudens zijn dus de pineut.
“Ook huishoudens die voorheen geen zonnepanelen konden betalen en die door de dalende prijzen nu wel de investering kunnen doen, vissen opnieuw achter het net met de sterk oplopende terugverdientijden”, aldus Kremer.
Er bestaan echter verschillende oplossingen voor het terugdringen van de terugverdientijd. Volgens Berenschot zou het kabinet bijvoorbeeld kunnen starten met subsidies voor thuisbatterijen. De Vereniging Eigen Huis pleit voor een maximale terugverdientijd van zeven jaar, omdat uit de praktijk blijkt dat consumenten anders afhaken.