Provincie Groningen zet erfgoedlab in de steigers
Hoe vind je bij aardbevingsschade aan monumentale panden de juiste balans tussen het herstellen van de schade en het in stand houden van de van cultuurhistorische waarde? Deze vraag onderzoeken diverse partijen in het Groningse erfgoedlab. APPM’er Anne-Marie Goudzwaard is als projectleider betrokken bij het programma.
In het gebied in Groningen dat het meest kwetsbaar is voor aardbevingen door gaswinning, staan honderden monumentale panden – van boerderijen tot scholen, woningen en kerken.
Binnen het Erfgoedprogramma werken de betrokken aardbevingsgemeenten, de provincie, de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed, het ministerie van OCW en de Nationaal Coördinator Groningen samen om dit cultureel erfgoed te behouden, te versterken en door te ontwikkelen.
Scheuren in gevels, funderingen die verzakken, plafonds die naar beneden komen, instortingsgevaar – het komt in het hele aardbevingsgebied voor. Maar bij erfgoed brengt het herstel van dergelijke schade specifieke vragen met zich mee.
“Het is voortdurend zoeken naar de optimale balans tussen behoud van cultuurhistorische waarde en veiligheid”, zegt Rick Brinks, programmamanager van het Erfgoedprogramma bij de provincie Groningen.
“Bij herstel en versterking geldt dit, maar bijvoorbeeld ook bij verduurzaming of herbestemming”, legt hij uit. “Dat vraagt om specialistische kennis, vakmanschap en innovatie.”
Dit komt allemaal samen in het erfgoedlab. “Hier brengen we alle partijen samen die hier een rol in spelen”, aldus Brinks: “De restauratiebranche die de uitvoering doet, onderwijsinstellingen en kennisinstituten die vakmensen opleiden en onderzoek doen, en overheden die dit allemaal coördineren, mede financieren en over vergunningen gaan.”
Antwoord op knelpunten
Het erfgoedlab moet een platform worden met een sterke netwerkfunctie voor de erfgoedsector in de regio. Een ontmoetingsplek waar ideeën, kennis en ervaring vanuit het hele speelveld worden uitgewisseld en die ruimte biedt aan experimenten. Om zo samen tot innovatieve oplossingen te komen die in de praktijk worden toegepast.
Hieraan is behoefte, blijkt ook uit verschillende onderzoeken in het kader van het Erfgoedprogramma waaraan partijen uit het hele speelveld hebben meegewerkt. “Wat daarin steeds terugkomt, is dat het speelveld erg versnipperd is”, zegt Anne-Marie Goudzwaard, die vanuit haar expertise op het gebied van erfgoed is aangehaakt als projectleider.
“Hoe het erfgoedlab er precies uit gaat zien, ontdekken we door te dóén.”
“De diverse marktpartijen, maar ook overheden, onderwijsinstellingen en onderzoekers gaan elk hun eigen weg”, legt ze uit. “Daardoor ontbreekt het aan een gezamenlijke visie en worden kennis en innovaties – die er echt wel zijn – onvoldoende benut.”
“Er zijn in de regio ook weinig opleidingen rondom behoud en restauratie van erfgoed”, vult Brinks aan. “En dat terwijl er al een tekort is aan mensen die het onderhoud aan monumenten uit kunnen voeren. Met het erfgoedlab willen we bijdragen aan een oplossing voor deze knelpunten.”
Ontdekken door te doen
Om het erfgoedlab vorm te geven, is Anne-Marie in januari aan boord gekomen, samen met haar APPM-collega Juliette van Baar. Ze gingen voortvarend van start met een werkplan, waarin de knelpunten zijn gekoppeld aan doelstellingen voor het erfgoedlab.
“Onze aanpak is pragmatisch en actiegericht”, zegt Goudzwaard. “We willen niet blijven hangen in planvorming, maar aan de slag. Hoe het erfgoedlab er precies uit gaat zien, ontdekken we door te dóén. We hebben dan ook meteen een ontwikkelagenda opgesteld voor het komende jaar.”
Daarbij gaat het projectteam elke twee maanden op locatie bij een voorbeeldproject met een aantal partijen aan de slag met één thema, vertelt ze. “Zoals verduurzaming: Wat gebeurt er op dit vlak? Tegen welke dilemma’s lopen we aan en hoe gaan we daarmee om? In dit proces betrekken we bijvoorbeeld ook kunstenaars of Willie Wortels die elders met vergelijkbare vraagstukken bezig zijn.”
“Actiepunten worden bij iemand belegd en daar komen we in een afsluitende werksessie op terug. Dan weet iedereen wat er speelt, zodat partijen elkaar kunnen voeden met nieuwe ideeën, inzichten en ervaringen. Om dat verder te bevorderen, werken we ook aan een kaart van de provincie waarop alle lopende initiatieven en innovatieve projecten – uit de markt, bij overheden, in onderzoek en onderwijs – een plek krijgen.”
Impuls aan leefbaarheid
Zo krijgt het erfgoedlab stap voor stap vorm. “We zien het als een organisch groeimodel”, zegt Rick. “Het kan een fysieke basislocatie worden, maar bijvoorbeeld ook een soort rondreizend circus of alleen een online platform. Waar maar behoefte aan is.”
“Het belangrijkste is dat kennis en ervaringen gedeeld worden in een breder netwerk, dat er kruisbestuiving plaatsvindt. Dit stelt de regio in staat zich te ontwikkelen tot koploper op gebied van gebouwd erfgoed. En om zich vervolgens daarmee te profileren. Zo kan erfgoed een grote rol vervullen voor de leefbaarheid in de regio.”
“Het is heel mooi om met elkaar te kijken hoe we ons erfgoed op Europees niveau in stand kunnen houden.”
Deze staat onder druk, zo legt hij uit, ook los van de aardbevingsproblematiek. “We zien jongeren en bedrijven wegtrekken. Door te investeren in kennisontwikkeling, innovatie en vakmanschap rondom behoud en bestendiging van erfgoed, kunnen we meer toekomstperspectief bieden. Bijvoorbeeld via gerichte opleidingen, waarmee het voor de restauratiebranche ook weer interessant is om hier gevestigd te zijn.”
Internationale uitwisseling
De kennisuitwisseling houdt niet op bij de provinciegrenzen en zelfs niet bij de landsgrenzen. In maart reisde Goudzwaard af naar Zaragoza om het erfgoedlab als voorbeeldproject te presenteren en te horen hoe (krimp)regio’s in andere landen omgaan met erfgoed.
Dit deed ze op een symposium van MOMAr, een internationaal project dat kennisuitwisseling rondom erfgoed in plattelandsregio’s op Europees niveau mogelijk maakt. De provincie Groningen participeert in het project.
“Daar heb ik veel geleerd en inspiratie opgedaan die ik meeneem naar Groningen”, aldus Goudzwaard. “Bijvoorbeeld over hoe je de jeugd bij erfgoedbehoud betrekt en ambachtelijke tradities levend houdt.”
“Het is heel mooi om met elkaar te kijken hoe we ons erfgoed op Europees niveau in stand kunnen houden. Maar vooral om te zien hoe ook in andere landen wordt gezien hoe waardevol erfgoed is. En hoe belangrijk het is om de verhalen die eraan verbonden zijn, te kunnen blijven vertellen.”