PwC’er eist 2 ton vanwege hersenletsel na teamuitje ‘pubgolf’
De Britse tak van PwC wordt voor de rechter gesleept door een van zijn eigen medewerkers. De accountant zegt ernstig hoofdletsel te hebben opgelopen na een “buitensporig” drankspelletje dat werd georganiseerd door een manager van zijn afdeling.
Work hard, play hard: het is een veelgehoord credo in de zakelijke dienstverlening. Volgens de 28-jarige Michael Brockie is dit motto bij PwC enkele jaren geleden echter flink uit de hand gelopen.
Toen in april 2019 het “drukke seizoen” van de accountantsafdeling van het PwC-kantoor in Reading erop zat, organiseerde manager Simon Fradgley een teamactiviteit om dit te vieren: een gezamenlijk potje ‘pubgolf’.
Zoals de naam al doet vermoeden, kan het spel worden gezien als een kruising tussen de sport golf en het bezoeken van de pub. Of beter gezegd: negen pubs. Deze kun je zien als de holes van het potje golf.
In elke pub dient een ander alcoholisch drankje te worden genuttigd. En net zoals je bij golf probeert in zo min mogelijk slagen een hole te voltooien, is het bij pubgolf de bedoeling om de drankjes in zo min mogelijk slokken naar binnen te werken.
In hoog tempo veel alcohol achteroverslaan kan echter tot meer leiden dan een hoge klassering in pubgolf. Brockie, destijds een senior associate binnen de auditafdeling, beweert dat hij door het spel “zo dronken” raakte dat hij zich vanaf 22:00 niets meer kan herinneren van de avond. Hij zou later bewusteloos op straat zijn gevonden, nadat hij ten val was gekomen.
Hersenletsel
Daarbij liep hij hersenletsel op. Op een foto is te zien dat Brockie een aanzienlijk deel van zijn schedel moest missen vanwege het ongeval. Hij werd geopereerd in het John Radcliffe-ziekenhuis in Oxford.
“Dokters en de politie kwamen tot de conclusie dat ik voorover viel en mijn handen niet gebruikte om de val te breken, zodat ik uiteindelijk met mijn hoofd op de grond terechtkwam”, vertelde Brockie vorig jaar aan de Britse zender ITV. “Het volgende dat ik me herinner was vier weken later.”
Na zijn herstel zouden artsen Brockie hebben omschreven als een “wandelend wonder”. Zes maanden na het voorval ging de accountant weer aan het werk, aanvankelijk parttime. Hij zou vandaag de dag – ruim drie jaar na de kroegentocht – echter nog altijd kampen met “aanhoudende cognitieve symptomen”.
‘Onder grote druk’
In zijn letselschadeclaim eist Brockie een voorlopige schadevergoeding van meer dan £200,000 en aanvullende betalingen in de toekomst. Hij houdt PwC indirect aansprakelijk voor de vermeende nalatigheid van Fradgley, zelf overigens geen gedaagde in de rechtszaak.
De manager – die volgens Brockie in 2018 een soortgelijk uitje had georganiseerd – zou zijn werkmail hebben gebruikt om PwC-medewerkers uit te nodigen. Hoewel aanwezigheid niet verplicht was, stelt Brockie dat er sprake was van grote druk om mee te doen.
“Ik verwacht absolute aanwezigheid van iedereen die vorig jaar aanwezig was. Niets minder dan een gecertificeerde en medeondertekende brief van een erkende arts zal volstaan als excuus”, stond volgens de ingediende rechtsbankdocumenten in de uitnodiging.
Brockie meent dat “duidelijk te voorzien was” dat iemand zich zou kunnen verwonden, waarbij hij refereert aan een andere PwC-medewerker die volgens hem in 2016 een ernstige verwonding opliep en later ziek werd.
PwC – dat nog in verweer moet komen – geeft aan geen commentaar te kunnen geven “op de details van een zaak die onderwerp is van een lopende juridische procedure”. Wel laat het kantoor weten “toegewijd” te zijn “aan het bieden van een veilige, gezonde en inclusieve cultuur voor al onze mensen”.
Onder die mensen bevinden zich ook nog altijd Brockie en Fradgley – beiden zijn nog in dienst bij PwC.
