De weg naar gemeentelijke hulp mag geen doolhof zijn

De weg naar gemeentelijke hulp mag geen doolhof zijn

30 september 2025 Consultancy.nl
De weg naar gemeentelijke hulp mag geen doolhof zijn

Het idee achter de Wmo en de Jeugdwet is helder: zorg en ondersteuning moeten dichtbij, toegankelijk en mensgericht zijn. In de praktijk worstelen gemeenten nog steeds met de uitvoering daarvan. Te vaak blijkt dat de beoogde plannen in de praktijk anders uitpakken, schrijven Gerard Nieuwe Weme en Julian Edens van B&A.

Veel gemeenten kiezen uit efficiency-overwegingen voor één centraal loket. Maar als dat loket kilometers verderop ligt, wordt hulp voor veel mensen juist minder bereikbaar. Inwoners moeten lang reizen, en eenmaal aangekomen treffen ze weer een nieuw gezicht.

Ze moeten telkens opnieuw hun verhaal doen en worden gevraagd documenten aan te leveren, zelfs als ze al jarenlang bekend zijn bij de gemeente. Dit geldt ook voor mensen met chronische problematiek, waarvan de hulpvraag allang helder is. 

In gesprekken die wij met inwoners voeren, horen we geregeld dat ze niet teruggebeld worden en dat terugkoppelingen uitblijven. Mensen wachten weken of zelfs maanden op een reactie, terwijl hun situatie thuis verder verslechtert.

Ons onlangs afgeronde rekenkameronderzoek in Zevenaar naar jeugd en Wmo bevestigt dit beeld. We zagen geen losse incidenten, maar structurele patronen: lange wachttijden, bureaucratisch ingerichte processen, veel wisselingen van consulenten en inwoners die zich niet gehoord voelen. Het is niet uniek voor Zevenaar: dit zien we in gemeenten door heel Nederland.

Het wrange is dat, zodra inwoners eenmaal hulp ontvangen, zij deze vaak als enorm waardevol ervaren. Soms verandert het zelfs hun leven. Maar de toegang tot die hulp is te ingewikkeld en de drempels zijn te hoog. Letterlijk en figuurlijk. En dat is schrijnend, zeker in een tijd waarin we eenzaamheid willen bestrijden.

“Toegang tot hulp moet een open deur zijn, juist voor wie zich nu al niet gezien of gehoord voelt.”

Want juist achter die drempels zitten mensen die zich al geïsoleerd voelen: ouderen die niet meer naar het gemeentehuis kunnen, ouders die met overprikkelde kinderen thuis zitten en hun werk niet meer volhouden, jongeren die zich afsluiten en verdwijnen in hun scherm. Als we hen niet weten te bereiken, missen we precies de mensen voor wie deze ondersteuning bedoeld is.

Ondertussen worden raadsleden overspoeld met rapporten vol cijfers, maar krijgen ze nauwelijks zicht op wat er werkelijk toe doet: helpt het beleid mensen echt? Heeft het impact op hun dagelijks leven? Zolang dat onduidelijk blijft, blijven raadsdiscussies steken op kosten en aantallen, in plaats van te gaan over de werkelijke effecten en resultaten.

Gemeenten zoeken naar een balans tussen betaalbaarheid en menselijkheid. Maar al te vaak weegt het eerste zwaarder. De vraag is: welk signaal geven we af aan inwoners als de route naar hulp zo ondoorzichtig en traag is dat ze afhaken of zelfs geen zorg meer aanvragen?

De oplossingen zijn niet ingewikkeld, maar wel essentieel. Geef als raad duidelijke kaders aan het college, gericht op wat inwoners nodig hebben. Denk aan meetbare uitgangspunten zoals: geen inwoner hoeft langer dan een half uur te reizen naar een loket.

Voer vaste aanspreekpunten in, schrap onnodige heraanvragen en geef bij structurele problematiek meerjarige beschikkingen. En bovenal: investeer in preventie. Daar begint het contact met inwoners en daar wordt isolement doorbroken.

Toegang tot hulp mag nooit een doolhof zijn. Het moet een open deur zijn, juist voor wie zich nu al niet gezien of gehoord voelt.

More on: B&A
Netherlands
Company profile
B&A
B&A is a Netherlands partner of Consultancy.org