Hoe kijken ouders aan tegen het gamegedrag van hun kinderen?
De ruime meerderheid van de Nederlandse ouders ziet voordelen in het feit dat hun kinderen videogames spelen. Dat blijkt uit onderzoek van DVJ Insights.
Voor hun studie spraken de experts van het onderzoeksbureau met ruim duizend ouders van kinderen tussen de vier en zeventien jaar oud. Uit die gesprekken komt onder andere naar voren dat maar liefst 87% van de ondervraagden gelooft dat videospelletjes een positieve invloed hebben op hun kroost.
De meeste ouders (60%) laten weten dat ze positief staan tegenover het gamegedrag van hun kinderen omdat deze tijdens het spelen hun Engelse taalvaardigheid kunnen verbeteren. Verder zegt 57% dat gamen goed is voor de creativiteit van kinderen, terwijl 31% gelooft dat het de intelligentie verhoogt.
Dat betekent echter niet dat Nederlandse kinderen onbeperkt achter de spelcomputer mogen zitten. Zo mag ruim de helft (53%) van de kinderen iedere week maximaal zeven uur videogames spelen, oftewel gemiddeld één uur per dag.
Ook leggen ouders hun nageslacht andere gamerestricties op. Zo mag bijvoorbeeld maar 28% van de kinderen altijd bepalen welke game hij of zij wil spelen, terwijl maar 37% te allen tijde mag beslissen waar hij of zij gamet.
Verder stellen veel Nederlandse ouders ook voorwaarden waaraan hun kinderen moeten voldoen als ze willen videogamen. De meest genoemde daarvan is dat ze hun huiswerk afhebben, aldus 63% van de ouders. Goede rapportcijfers (35%) en een opgeruimde kamer (36%) zijn ook vaak genoemde voorwaarden.
Nederlandse ouders zijn eveneens strikt als het gaat om het uitgegeven van geld. Zo verbiedt driekwart (74%) van de ouders hun kinderen om geld uit te geven in videospelletjes, iets waarop het verdienmodel van steeds meer spellen is gebaseerd.
Van de ouders die het wel in orde vinden dat hun kinderen in-game aankopen doen geeft 40% aan dat dit maximaal om tien euro per maand gaat, terwijl 42% laat weten dat het maximaal om vijftig euro per maand mag gaan.
Verder zegt 8% van de ouders niet te weten hoeveel geld hun kinderen uitgeven binnen games. Wellicht is dat percentage zo laag omdat 66% van de opvoeders een zogenaamde parental control tool (PCT) gebruikt. Dat is een applicatie waarmee ouders het digitale gedrag van hun grut kunnen volgen en begrenzen.