Aon trekt stekker uit megaovername van Willis Towers Watson
De megaovername van Willis Towers Watson door Aon – goed voor $30 miljard – is van de baan.
Was de overname doorgegaan, dan zou de combinatie Aon en Willis Towers Watson – nu nog de nummers twee en drie in de markt achter Marsh McLennan – de nieuwe leider zijn geworden in de markt voor verzekeringen en risicoadvies.
Samen hebben de twee bedrijven 95.000 professionals in dienst en zijn ze goed voor een (gecombineerde) jaaromzet van $20,3 miljard. Daarmee zouden ze Marsh McLennan (het moederbedrijf van Marsh, Mercer, Guy Carpenter en Oliver Wyman) – goed voor een jaarlijkse omzet van $17,3 miljard – voorbijgestreefd zijn.
De deal vindt nu echter definitief geen doorgang en dat komt door bezwaren van de Amerikaanse toezichthouder. Die stelde ongeveer een jaar geleden een onderzoek in naar de mogelijke gevolgen van de deal voor de concentratie binnen de markt. Op basis van zijn bevindingen spande het Amerikaanse ministerie van Justitie vorige maand een rechtszaak aan om de geplande deal te blokkeren.
Belangrijkste beweegreden? De krachtenbundeling zou leiden tot een monopoliescenario. Voor klanten zouden te weinig alternatieve aanbieders overblijven, wat ook zou kunnen resulteren in forse prijsverhogingen van de nieuwe organisatie.
In een persbericht van Aon geeft CEO Greg Case aan dat de bereikte impasse met het ministerie van Justitie heeft geleid tot “onaanvaardbare vertraging en onzekerheid”, met als gevolg dat het bedrijf heeft besloten de stekker uit de deal te trekken. Aon zal Willis Towers Watson een beëindigingsvergoeding van $1 miljard betalen – een boete voor de terugtrekking uit de deal alvorens deze geclosed is.
In een reactie op de persverklaring van Aon noemde de Amerikaanse procureur-generaal Merrick Garland dat besluit “een overwinning voor de concurrentie en voor Amerikaanse bedrijven en uiteindelijk voor hun klanten, werknemers en gepensioneerden in het hele land”.
Eerder in het dealproces had Aon nog groen licht gekregen van de Europese antitrusttoezichthouder, onder de voorwaarde dat Aon verschillende activa zou verkopen aan kleinere concurrenten. Zo zou het onder meer activa verkopen aan het concurrerende Gallagher, voor een bedrag van $3,6 miljard.
Beide antitrustzaken hadden vooral betrekking op de verzekering- en herverzekering-bedrijfsonderdelen van Aon en Willis Towers Watson. Deze units (goed voor het leeuwendeel van de omzet) helpen bedrijven bij het afsluiten van verzekeringen en bieden risk management-advies. Ze werken in opdracht van hun zakelijke klanten en verdienen een fee door te onderhandelen over verzekeringspakketten bij een groot aantal verzekeraars.
Aon en Willis Towers Watson leveren ook diverse overige diensten, waaronder adviesdiensten op het gebied van compensation & benefits, human capital, health & workplace safety en mergers & acquisitions. Deze bedrijfsonderdelen lagen vanuit toezichthouders minder onder het vergrootglas, omdat er binnen deze segmenten sprake is van gezonde concurrentie.
Ondertussen lijkt vooral Marsh McLennan te profiteren van alle ontwikkelingen rondom de afgeketste deal van zijn grote concurrenten. Bij de presentatie van zijn kwartaalresultaten vorige week gaf de marktleider aan dat “afleiding en onzekerheid” rondom de deal ervoor hebben gezorgd dat “een aanzienlijk aantal werknemers van Aon en Willis Towers Watson” het bedrijf heeft benaderd om te informeren naar carrièremogelijkheden.