Marloes Kool en Puck Otten over het WIN Talent Program
Marloes Kool en Puck Otten doorlopen al acht maanden het WIN Talent Program. De twee young professionals vertellen over hun ervaringen met het traineeship van het adviesbureau uit Doorn.
Het tweejarige Talent Program van WIN is een opleidingstraject waarbinnen de combinatie van leren en werken centraal staat. Na het volgen van de nodige trainingen en opleidingen gaan deelnemers aan de slag bij diverse opdrachtgevers van WIN. “Ze worden op uitdagende projecten geplaatst en helpen projectorganisaties efficiënter en effectiever te werken. Uiteindelijk wordt er samen met deelnemers gekeken binnen welke ‘practice’ – PMO, Agile of Projectbeheersing – van WIN ze het beste passen”, zegt een woordvoerder van WIN.
Goede herinneringen
In mei 2019 startten Marloes Kool en Puck Otten met het WIN Talent Program. Otten, in het bezit van een mastergraad Economie & Bedrijfseconomie (RUG), kijkt met veel plezier terug op de eerste acht maanden van het opleidingstraject. “Ik leer veel in korte tijd en doe enorm veel kennis op. Hierbij ervaar ik niet gelijk een enorme druk van presteren. Ik kan rustig kennismaken met de verschillende werkgebieden. De practice leads waarmee ik heb gesproken hebben mij een goede uitleg gegeven van deze verschillende werkgebieden.”
Ook Kool zegt zich thuis te voelen bij haar werkgever en herinnert zich haar eerste dagen bij het bedrijf nog goed: “Het was een hele fijne binnenkomst bij WIN. Ik word als trainee echt serieus genomen en mijn ideeën worden gewaardeerd. Ook wordt er gekeken naar wat ikzelf wil. Je kunt veel kanten op, waarbij je zelf kunt kijken wat jij leuk en interessant vindt. Ook los van de pratices kun je aan aangeven welke skills je verder wilt ontwikkelen. Ik zit nu 32 uur op een opdracht en 8 uur werk ik aan interne projecten bij WIN. Een mooie combinatie van kennis en theorie ophalen bij WIN en deze in de praktijk uitvoeren bij de klant.”
Otten vult haar collega aan: “Er wordt bij WIN niets opgelegd, maar altijd gekeken naar wat een trainee met zijn professionele carrière wil. Momenteel zit ik op opdracht bij Louwman én ik werk aan interne projecten bij WIN zelf. Nu ervaar ik pas echt hoe het is om fulltime te werken. Dat was in het begin wel even wennen. Maar omdat ik me thuis voel bij WIN, kon ik me gemakkelijk aanpassen. Dat komt ook doordat mijn collega’s me altijd graag helpen. Omdat ik de stempel ‘trainee’ heb, is het naar mijn mening ook makkelijker om vragen te stellen.”
Kool, die afgelopen jaar aan de Erasmus Universiteit de masteropleiding International Public Management & Policy afrondde, onderschrijft de woorden van Otten en voegt toe: “Binnen WIN is er veel kennis en ervaring waarop je een beroep kunt doen. Je kunt bij WIN informatie halen en zo weer bij de klant brengen. Je moet wel proactief informatie en hulp zoeken: dan gaan de deuren echt voor je open. Op deze manier leer je ook netwerken. Dat kan allemaal omdat WIN een platte organisatie is. En die cultuur wordt versterkt door de vele en leuke uitjes die gedaan worden met alle collega’s.”
Blik op de toekomst
In een blik op de toekomst laat Otten weten dat ze graag binnen transitietrajecten de begeleidende rol zou willen pakken: “Nu bij Louwman doe ik dit vanuit een centrale rol op portfoliomanagementniveau. Dus meer op strategisch en tactisch niveau. Door die rol weet ik dat ik mijzelf hierin meer zou willen ontwikkelen en dit enorm leuk en interessant vind. Ook zou ik ervaring willen opdoen in verschillende sectoren en binnen meerdere volwassenheidsniveaus binnen organisaties. En binnen WIN zou ik uiteindelijk ook projecten willen initiëren.”
Kool geeft aan dat ze zich de komende tijd met name wil bezighouden met het zo goed mogelijk leren kennen van zoveel mogelijk WIN-collega’s: “Het maakt mij verder niet echt uit in welke practice ik na het Talent Program precies terecht zal komen. Daarnaast zou ik graag willen groeien op het gebied van change management en daar uiteindelijk een adviserende rol in vervullen. Hierin heb ik mijn eerste stappen gezet binnen mijn opdracht bij Bilthoven Biologicals.”
