Kamervragen over duur prijskaartje van McKinsey
Er is in Luxemburg politieke ophef ontstaan over de inhuur van McKinsey door het ministerie van Financiën. Critici zijn verbolgen dat het strategisch advieskantoor werd ingehuurd voor een bedrag van €450,000 voor 6 weken werk, zonder gebruik te maken van een openbaar aanbestedingstraject. Tijdens een kamerdebat sloeg de Luxemburgse overheid hard terug door te onderstrepen dat het contract aan alle wettelijke richtlijnen voldoet. Bovendien vallen de kosten aan McKinsey in het niet bij de megabesparing die de publieke hervorming nastreeft, aldus de minister van Financiën.
In voorbereiding van de budgetten van 2015 besloot de overheid van Luxemburg eerder dit jaar om McKinsey & Company in te huren. Aanleiding: het ministerie van Financiën heeft hervormingen doorgevoerd voor de manier waarop wordt gebudgetteerd. Om het nieuwe proces vorm te geven en te operationaliseren binnen de top van het Rijk werd besloten om externe hulp in te schakelen. Onder leiding van de Minister van Financiën, Pierre Gramegna, viel de keuze op het gerenommeerde McKinsey. Hoewel een openbare aanbesteding niet werd uitgezet, gaf de aanbestedingscommissie van de overheid groen licht voor de inhuur.
Voor een periode van zes weken nam McKinsey het 2015 budgetteringsproces, dat een besparing van €1,5 miljard ten opzichte van 2014 moet realiseren, uitgebreid onder de loep. De belangrijkste opdracht: verbeter de wijze waarop budgetten worden gealloceerd, toegewezen en gecontroleerd. Bovendien betekenden veranderingen in de aanpak van het ministerie dat nieuwe definities en processen ontwikkeld moesten worden. Op dit gebied leverde McKinsey benchmarks en gedetailleerde lessons learned uit andere landen.
Kamervragen
Toen oppositiepartijen er achter kwamen dat de strategieconsultants een bedrag van €441,600 ontvingen voor hun diensten werden diverse kamervragen gesteld. Allereerst wezen kamerleden op belangenverstrengeling – ze wezen op het feit dat de dochter van Minister van Financiën (Gramegna) werkzaam was bij McKinsey was toen de organisatie werkte voor de overheid. Gramegna poeierde de aantijging af door aan te geven dat ze daar tussen 2012 en 2014 had gewerkt en niet in de periode dat de opdracht werd uitgevoerd.
Ten tweede ging het debat in op het feit dat McKinsey werd ingehuurd zonder het gebruik van een openbare aanbesteding, wat gebruikelijk is voor zulke grote projecten. “We hebben de diensten van McKinsey eerder gebruikt voor diverse onderzoeken” zei Gramegna, erop wijzend dat ze zeer tevreden waren en niet verder hoefden te kijken. “Bovendien heeft de overheid zich gehouden aan alle regels en werd de inhuur goedgekeurd door de aanbestedingscommissie”. Voor de volgende twee fases van het project – de initiatieven- en implementatie fases – zal het ministerie wel een openbare aanbesteding organiseren, voegde hij toe.
Op de vraag of 4,5 ton voor zes weken werk – wat neerkomt op €75.000 per week – niet een erg duur prijskaartje was voor een advies zei de minister het volgende: “McKinsey leverde conform onze verwachting en onder zeer strakke deadlines”. Bovendien benadrukte Gramegna dat de kosten die aan McKinsey worden betaald in het niet vallen bij de megabesparing die de publieke hervorming nastreeft, namelijk €1,5 miljard. Nadat Luxemburg’s premier Xavier Bettel minister Gramegna verdedigde werd de zaak gesloten.
Dure consultants
Ophef over de dure tarieven van consultants is een vaak terugkerend thema in de media en politiek. Zo was er onlangs ook ophef ontstaan in Ierland (zie ‘Ieren mopperen over torenhoge consultancy-uitgaven’) en in het Verenigd Koninkrijk (zie ‘ICT consultant vangt 55.000 per maand bij Defensie’). Ook Nederland kende een recent geval: in september vorig jaar werd Raimond Nicodem, een zorgconsultant die bijna een ton betaald kreeg voor een maand werk, voorpagina nieuws.