Europese leiders anticiperen op grote transformatie-agenda
Geconfronteerd met een zeer uitdagend landschap en afnemende marges, erkennen leiders in heel Europa de noodzaak om hun bedrijven te transformeren. Dat concludeert een nieuwe studie van Oliver Wyman.
Voor het onderzoek peilde het strategy consultancykantoor de meningen van meer dan 200 Europese bestuurders in negen Europese landen, waaronder Nederland, Duitsland, Frankrijk, Italië, Spanje en het Verenigd Koninkrijk.
Volgens de onderzoekers staan deze leiders in 2023 voor enorme uitdagingen, waaronder de torenhoge inflatie (vooral de prijzen van energie en grondstoffen), de aanhoudende verstoringen van de supply chains, talentschaarste, een algemene economische neergang en de stijgende rente.
“Deze relatief nieuwe zorgen leggen extra druk op leidinggevenden boven op hun reeds uitdagende agenda’s”, schrijven de onderzoekers. Zo staan bestuurders voor de opgave om hun organisaties door tal van ontwikkelingen te loodsen, die zorgen voor structurele verschuivingen op de lange termijn.
De onderzoekers noemen onder meer “technologische disruptie, duurzaamheid en klimaatverandering, globalisering, het moeten aanpassen aan nieuwe manieren van werken (waaronder werken op afstand) en veranderingen in het talent- en vaardighedenlandschap”.
Kosten blijven stijgen
De huidige disruptie en de verschuivingen op lange termijn zullen er naar verwachting voor zorgen dat de kosten zullen blijven stijgen. Meer dan 80% van de leidinggevenden verwacht kostenstijgingen in 2023, waarbij de meerderheid een kostenstijging van 5% tot 10% verwacht.
Al met al verwachten de bestuurders niet dat ze alle kosten kunnen doorberekenen aan de consument, en voorspellen daarom een gemiddelde margedaling van ongeveer 2 procentpunten.
Transformatie-agenda
Conclusie: er is een enorme behoefte aan bedrijfstransformaties. Bijna negen op de tien door Oliver Wyman ondervraagde bestuurders zijn van plan hun bedrijf in de komende drie jaar te transformeren.
In de Benelux ligt dit percentage nog hoger: 94% van de respondenten in Nederland, België en Luxemburg zegt dat ze een fundamenteel transformatieplan nodig hebben om deze uitdagingen te kunnen aangaan, tegenover 88% van de Europese respondenten.
Meer dan één op de vijf is ervan overtuigd dat dit fundamentele veranderingen vergt voor hun organisatie: denk aan een nieuwe strategie, een volledig nieuw bedrijfsmodel, een aanpassing van de huidige productportefeuille of een wijziging in de algehele bedrijfsstructuur.
De top 5 strategische prioriteiten die door de leiders worden genoemd zijn kostenverlaging, het verbeteren van de financieringspositie, het aantrekken van talent, de bevordering van duurzaamheid en het managen van verstoringen in de supply chain.
“Gezien de verwachte margedaling en de economische vertraging is het niet verrassend dat de kosten- en financiële agenda’s het belangrijkst zijn”, stellen de onderzoekers, die toevoegen dat de bestuurders ook hun strategische langetermijnprioriteiten “niet uit het oog hebben verloren”.
Hoewel leidinggevenden duidelijk en ambitieus zijn ten aanzien van wat zij willen bereiken, blijkt uit het onderzoek ook dat ze minder zeker zijn van hun zaak als het gaat om het succesvol doorvoeren van deze noodzakelijke transformaties. Een groot deel van de ondervraagde leiders geeft aan moeite te hebben om de beoogde doelstellingen van de transformatie te realiseren.
Dat sommige implementaties mislukken komt volgens de onderzoekers door verschillende factoren. Zo geeft 34% van de respondenten aan dat dit komt door een gebrek aan leiderschap. 28% zag transformaties mislukken door een gebrek aan flexibiliteit als gevolg van een te rigide aanpak. Maar ook onvoldoende budget of financiering en een te grote complexiteit van de verandering zijn factoren die door de bestuurders worden genoemd.
“Meer dan ooit dient sterk leiderschap vanuit de top te worden gecombineerd met een soepele programma-aanpak”, schrijven de onderzoekers. “In de huidige zeer uitdagende omgeving is het essentieel dat lessen uit het verleden worden verwerkt in de ambitieuze transformatieplannen die door leidinggevenden worden geschetst. Gebeurt dit niet, dan zijn de beoogde transformaties gedoemd te mislukken.”
Oliver Wyman ondervroeg voor zijn onderzoek leiders van grote organisaties (bedrijven met een omzet van meer dan $1 miljard) afkomstig uit uiteenlopende sectoren, waaronder de retail, de automobielsector, de maakindustrie, de financiële dienstverlening en de telecomsector.