Richtlijn zorgt voor betere voorselectie van architectenbureaus

26 februari 2020 Consultancy.nl 4 min. leestijd

De BNA, Architectuur Lokaal, ZRi en TwynstraGudde hebben een nieuwe richtlijn opgesteld waarmee opdrachtgevers op een betere manier tot een voorselectie van architectenbureaus kunnen komen.

Volgens de initiatiefnemers is het hoog tijd om de manier waarop architecten worden aanbesteed en beoordeeld te verbeteren. Volgens Fred Schoorl, directeur van de Branchevereniging Nederlandse Architectenbureaus (BNA), blijft in de huidige situatie “te veel marktpotentieel” onderbenut. “Dat is slecht nieuws voor alle betrokkenen.”

De gunning van projecten aan architecten verloopt doorgaans via drie routes. De meest voorkomende is een onderhandse selectie – een opdrachtgever selecteert het gewenste architectenbureau, vaak aan de hand van eerdere ervaringen, referenties of een kort selectietraject. De tweede route – aanbesteding – wordt gevolgd in het geval van grotere klussen. Als het gaat om een opdracht in de publieke sector en het budget boven een zekere drempel uitstijgt, is het verplicht om voor de derde route te gaan: een openbare aanbesteding.

Schoorl ziet dat er bij deze derde route in de praktijk tegen verschillende praktische obstakels wordt aangelopen. Zo missen architectenbureaus bij openbare aanbestedingen soms inzicht in het offertetraject of in de volledige scope van de opdracht. Op dit vlak wordt meer verwacht van opdrachtgevers, maar, “veel opdrachtgevers hebben nou eenmaal weinig ervaring met architectenselecties”, zegt Schoorl. 

Richtlijn zorgt voor betere voorselectie van architectenbureaus

Voorsorteren op de offertefase

Eén belangrijke bottleneck is dat opdrachtgevers het voorselectieproces – de stap vóór de offertefase – (te) ingewikkeld maken. Of juist niet inclusief genoeg. Neem referentievoorwaarden als voorbeeld. Die zijn soms zo veeleisend, of uitgebreid, dat “veel architecten niet kunnen of willen deelnemen onder deze condities”. Of opdrachtgevers hechten zoveel waarde aan eerdere ervaringen dat ze slechts shoppen bij het kleine groepje partijen dat ze al kennen, terwijl concurrentie juist goed is voor de markt. 

Arnold Groeneveld van ingenieursbureau ZRi is hier glashelder over: “Het gebruik van onevenwichtige referentievoorwaarden is naast contraproductief ook niet toegestaan. Volgens de Gids Proportionaliteit moet je de geschiktheid van architecten beoordelen met kerncompetenties. Om dat doelmatig en proportioneel te doen moet je je verdiepen in de opdracht én de architectenbranche. Welke competenties zijn noodzakelijk en welke onderscheidend en hoe vertaal je dat naar respectievelijk evenwichtige eisen en selectiecriteria die de mededinging niet onredelijk beperken?” 

Een evenwichtigere voorselectie

Met de nieuwe ‘Richtlijn Evenwichtige Architectenselecties’ bieden de initiatiefnemers opdrachtgevers als gemeenten, het Rijk en aannemers een aanpak om bij openbare aanbestedingen tot een “doelmatigere en meer faire manier van voorselecties” te komen. Hiermee willen ze de dialoog tussen opdrachtgevers en opdrachtnemers optimaliseren.

“Voorselecties van architecten zijn een gezamenlijke verantwoordelijkheid.”

Cilly Jansen, directeur van kenniscentrum Architectuur Lokaal, legt uit. “Een nota van inlichtingen [die wordt gebruik tijdens de eerste stappen van een architectenselectie, red.] is er niet voor niets. Dat is het moment om te praten over onvolkomenheden in de selectieleidraad. Dan kunnen partijen daarnaar handelen en elkaar hierop aanspreken. Dat komt ook het wederzijds vertrouwen en het eindresultaat ten goede.” 

De richtlijn biedt architectenbureaus ook handvatten voor het opstellen van hun businesscase. Zo kunnen ze ook afwegen of meepitchen voor een bepaalde opdracht zin heeft. “De richtlijn maakt inzichtelijk welke informatie verstrekt moet worden in de selectieleidraad om zo’n businesscase-afweging te kunnen maken”, legt Iljan van Hardevelt van organisatieadviesbureau TwynstraGudde uit. “De architecten kunnen dan de gevraagde inspanning en kosten afwegen tegen de kans van winnen en het verdienpotentieel en waarde van de opdracht.” 

Hiermee kunnen zowel opdrachtgevers als architecten voorkomen dat er alsnog wordt afgehaakt in de offertefase, want dat is in niemands belang. “Voorselecties van architecten zijn een gezamenlijke verantwoordelijkheid”, sluit Schoorl af.

De richtlijn is tot stand gekomen met input van gemeenten, het Rijk, architecten, adviseurs en aannemers. BNA vertegenwoordigt de belangen van bijna 1.100 architectenbureaus in Nederland.