Zowel medewerkers als werkgevers zien kansen voor eHealth
Als het aan Nederlanders ligt, dan neemt het gebruik van eHealth-oplossingen de komende jaren verder toe. Volgens een nieuw onderzoek van Mercer en Oliver Wyman is 89% van de Nederlanders bereid om zo’n digitale innovatie uit te proberen.
De twee onderzoeksbureaus ondervroegen in het kader van hun zogeheten ‘Health on Demand’-studie meer dan 1.000 werknemers en 100 werkgevers. Op basis van hun feedback komen de onderzoekers tot de conclusie dat het overgrote deel van het personeel in de startblokken staat om (meer) eHealth-oplossingen te gaan gebruiken.
Zorg-apps nemen vlucht
Oplossingen die het populairst zijn onder de respondenten zijn onder andere een app die hen helpt om, waar noodzakelijk, de juiste dokter of medische zorg te vinden; een app om overal ter wereld een specialistische dokter te vinden op basis van de gestelde diagnose; of bijvoorbeeld een app die digitaal de medische dossiers van een individu of de familie beheert.
Apps voor patiënten om hun eigen gezondheid te managen zijn ook steeds meer in trek. Te denken valt aan ‘wearable’ technologie, die persoonlijke gezondheidsdata bijhoudt, of een app die informatie geeft over hoe met bepaalde symptomen om te gaan. Verder is er ook steeds meer vraag naar de mogelijkheid om digitaal verbinding te maken met doctoren of verpleegkundigen. Bijvoorbeeld, door gebruik te maken van video-chat of door middel van tekst – bijvoorbeeld in het geval van lichte huidproblemen of een verkoudheid.
Een van de tien respondenten (11%) geeft aan niet bereid te zijn om welke van de 15 voorgestelde eHealth-oplossingen dan ook in overweging te nemen. De mensen met een negatieve houding ten aanzien van eHealth geven als de twee belangrijkste redenen voor hun terughoudendheid aan ofwel geen persoonlijke behoefte aan eHealth te hebben, dan wel onvoldoende vertrouwen te hebben in gecomputeriseerde algoritmes voor de zorg. Niet verrassend, vormen dataprivacy en beveiliging ook belangrijke punten van zorg.
Wie is verantwoordelijk voor eHealth?
Zowel werkgevers als werknemers (41% van de medewerkers, tegenover 39% van de werkgevers), zien het voorzien van van eHealth-oplossingen in eerste instantie als voornaamste taak van zorgverzekeraars. Dit sluit aan bij de resultaten van onderzoek door Nictiz en Nivel naar de stand van zaken van eHealth. Uit de meest recente eHealth-monitor kwam naar voren dat zorgverleners overwegend enthousiast zijn over eHealth, vanwege de mogelijkheid de zorg hiermee proactiever te maken en toepassingen af te stemmen op de eindgebruikers.
Daarnaast wordt eHealth gezien als belangrijke oplossingsrichting voor het omgaan met de toenemende werkdruk, schaarste aan personeel en hoge administratieve lasten. Als tweede verantwoordelijke wordt de overheid aangewezen (37% van de medewerkers en 29% van de werkgevers). Doktoren en zorgprofessionals volgen op de derde plek.
eHealth op de werkvloer
Hoewel het bedrijfsleven niet hoog scoort als het gaat om de verantwoordelijkheid, spelen bedrijven volgens Peter Abelskamp, Business Leader Corporate bij Mercer, wel degelijk een belangrijke rol in het faciliteren van de omarming van eHealth en de bijbehorende transitie naar een meer gedigitaliseerd zorgstelsel: “Dit ligt voor de hand, aangezien werknemers het grootste gedeelte van de dag op hun werk doorbrengen, waarbij veel van de zorgklachten die mensen kunnen hebben (stress, mentale klachten) teruggevoerd kunnen worden naar hun werkleven.”
“Werkgevers kunnen allerlei beleidslijnen volgen om eHealth te promoten, zoals het online aanbieden van diensten op maat en het beschikbaar stellen van apps”, licht Abelskamp toe. Opvallend genoeg, laat het rapport ook zien dat een aanzienlijk deel van de werknemers een proactieve benadering vanuit hun werkgever sterk zou waarderen. Sterker nog, het vertrouwen van werknemers in eHealth-oplossingen blijkt significant hoger te liggen – in verhouding tot wel 29% – wanneer ze worden aangeboden of ondersteund door de werkgever.
Om de door werkgevers geboden eHealth-oplossingen in de praktijk werkbaar te maken, benadrukt Abelskamp, “moeten werkgevers wel gesteund worden door de zorgverzekeraars en/of de overheid”. Omgekeerd, leveren eHealth-oplossingen voor werkgevers ook een groot voordeel op: ze houden hun werknemers gezond en fit. Uit eerder onderzoek van Mercer blijkt hoe waardevol dit kan zijn – werknemers die gezonder zijn en een beter mentaal welzijn ervaren, zijn productiever en hebben een lagere kans op ziekteverzuim en arbeidsongeschiktheid. “En dus lagere zorgkosten”, legt Abelskamp uit.
Volgens sommige respondenten kan een aantrekkelijk pakket aan eHealth-oplossingen ook bijdragen aan talentbehoud (40% geeft aan dat het bijdraagt aan het behouden van personeel), een voordeel dat in de concurrerende markt voor toptalent vandaag de dag steeds belangrijker wordt. eHealth-oplossingen die goed passen binnen een bedrijfsomgeving omvatten programma’s voor meer beweging, initiatieven om te stoppen met roken of gezonde voeding, sporten of yoga op kantoor, of videobellen met een psycholoog, mogelijk gemaakt door de werkgever.
Werkgevers lijken deze kansen goed op hun netvlies te hebben staan. Meer dan de helft van de Nederlandse werkgevers (52%) geeft aan de komende vijf jaar meer te zullen investeren in eHealth-oplossingen, omdat zij erop vertrouwen dat dit bijdraagt aan een duurzamere inzetbaarheid van hun personeel.
Privacy struikelblok?
Een van de struikelblokken voor eHealth is het feit dat werkgevers hiermee inzicht krijgen in persoonlijke zorggegevens van hun medewerkers. Al jaren woedt de discussie hoe ver de zorgketen mag gaan als het gaat om het delen van data – het gaat immers om zeer persoonlijke en gevoelige data van mensen, gegevens die men buiten vertrouwde doktoren of medici om, niet zomaar met anderen wil delen.
Het rapport van Mercer en Oliver Wyman concludeert dat deze zorgen de afgelopen jaren sterk zijn verminderd. Maar liefst 83% van medewerkers is bereid om zijn persoonlijke health-data te delen wanneer dit voordelen biedt. Meer dan de helft van de werknemers is bereid deze data te delen, wanneer dat bijvoorbeeld leidt tot een op maat gemaakt aanbod. Een uit vijf respondenten geeft aan meer bereid te zijn data te delen wanneer dit een korting in tarieven oplevert.
Terwijl de wet- en regelgeving rondom datadelen en privacy sinds de in 2019 ingevoerde GDPR (in Nederland de AVG) flink op de schop is gegaan, hebben werknemers er over het algemeen voldoende vertrouwen in dat werkgevers in staat zijn om data veilig op te slaan en te verwerken. In Nederland tonen zeven op de tien respondenten dit vertrouwen in hun werkgever.