EC onderzoekt economische impact van autonoom rijden
De Europese Commissie (EC) heeft een consortium van bedrijven ingehuurd om de economische impact van autonoom rijden te onderzoeken.
Autonome voertuigen kunnen zich voortbewegen zonder menselijke tussenkomst. Door gebruik te maken van opkomende technologieën, zoals Internet of Things, spatial tracking en AI, gaat autonoom rijden de laatste jaren met enorme sprongen vooruit. Zo zijn verschillende Europese autofabrikanten en grote technologiebedrijven, zoals Uber en Waymo (een dochteronderneming van Google-moeder Alphabet), al enige tijd in de weer met het testen van zelfrijdende personenauto’s en vrachtwagens.
De opkomst van autonoom rijden biedt vele kansen voor de maatschappij, het bedrijfsleven en de overheid. De technologie kan het mobiliteitssysteem veiliger (door het aantal verkeersdoden te verminderen), schoner (door de uitstoot van schadelijke stoffen te verminderen) en efficiënter maker (door wegennetwerken en reisplanningen te optimaliseren).
Naast dat zelfrijdende auto’s efficiënter rijden, waardoor ze milieuvriendelijker zijn en de ecologische voetafdruk verkleinen, kent de technologie ook een lichtvoetiger voordeel. In een onderzoek van Cordence Worldwide komt naar voren dat slapen en ontspannen in de auto de belangrijkste redenen zijn waarom consumenten bereid zijn hun taken over te laten aan een geautomatiseerde bestuurder.
Volgens een schatting van Strategy& zou in 2030 bijna de helft van alle gereden kilometers in de Europese Unie (EU) op het conto komen van zelfrijdende auto’s. Europese landen zijn over de hele linie genomen bovendien het best voorbereid op de snelle opkomst van autonome voertuigen. Dat blijkt uit een jaarlijkse studie van KPMG. Nederland behoudt volgens het Big Four-kantoor zijn plek als wereldwijde koploper op het gebied van zelfrijdende auto’s en vrachtwagens, gevolgd door Singapore en Noorwegen. Als Europa erin slaagt zijn koppositie vast te houden, kan autonoom rijden eveneens flink bijdragen aan het creëren van nieuwe banen en economische groei.
Gedetailleerde gegevens over dit soort economische impact zijn echter nauwelijks beschikbaar. Om een beter inzicht in deze kwestie te krijgen, heeft het directoraat-generaal Research & Innovation van de EC een onderzoeksgroep aangesteld om een onafhankelijke studie uit te voeren. De onderzoeksgroep bestaat uit Ecorys (hoofdadviseur), M-Five, VTT, SEURECO, TRT, ERTICO, UITP en IRU. Er zijn geen details naar buiten gebracht over de precieze kosten van het onderzoek. Wel is bekend dat de onderzoekers zestien maanden hebben om hun studie af te ronden. De bevindingen zullen dienen als input voor de Europese beleidsontwikkeling.
