De tien rijkste voetbalclubs van Europa
Uit een nieuw onderzoek blijkt dat dit jaar niet Manchester United maar Real Madrid de rijkste Europese voetbalclub is. Toch gaat het in financiële termen niet slecht met de teams uit het Verenigd Koninkrijk: zes van de tien rijkste Europese clubs zijn actief in de Britse Premier League.
In sportief opzicht gaat het al langere tijd niet zo goed met Manchester United. Zo dateert het laatste landskampioenschap van de club uit 2013, toen Robin van Persie nog zijn thuiswedstrijden speelde op Old Trafford: vrij lang geleden dus. Desondanks is Manchester United nog altijd een bijzonder grote voetbalclub, die niet alleen in het Verenigd Koninkrijk maar ook in Azië al jaren lang zeer veel supporters heeft. Niet voor niets was ManU in 2016, 2017 en 2018 volgens onderzoek van KPMG in financiële termen de rijkste voetbalclub van ons continent (en officieus dus van de wereld).
In het nieuwste Europese voetbalonderzoek van het accountants- en adviesbureau komt echter naar voren dat Real Madrid dit jaar Manchester United van de financiële troon heeft gestoten. De onderzoekers van het Big Four-kantoor beoordeelden Europese topclubs aan de hand van zes factoren – (1) omzet, (2) stafkosten, (3) EBIT*, (4) de marktwaarde van het team, (5) het aantal sociale media volgers en (6) het gebruik van het stadion. Daaruit blijkt dat Real Madrid gemiddeld het hoogste scoort en over de linie genomen dus de rijkste Europese voetbalclub is. Deze wisseling van de wacht wordt mede veroorzaakt door de drie Champions League eindoverwinningen van de Madrilenen in 2016, 2017 en 2018, die voor een aanzienlijk deel op het conto komen van ex-werknemer Cristiano Ronaldo.
Op de derde plek in deze top tien staat FC Bayern München, dat in vergelijking met de andere clubs uit de top tien beschikt over een team met de op één na kleinste marktwaarde. Het is wat dat betreft redelijk indrukwekkend dat de Zuid-Duitse voetbalploeg de afgelopen acht seizoenen van de Champions League twee maal in de finale stond (waarvan eenmaal winst) en vier keer de halve finale bereikte van het toernooi, terwijl het slechts eenmaal strandde in de kwartfinale en eenmaal in de achtste finale.
FC Barcelona, dat de op een na de duurste selectie heeft uit deze top tien, staat dit jaar op plek vier en wisselde zogezegd van positie met Bayern München, dat een plek steeg. Het team met de grootse marktwaarde in deze ranglijst – Manchester City – is de op vier na rijkste club van Europa en heeft als enige in de top vijf nog nooit de CL of de Europa Cup I gewonnen. City is bovendien het enige team in deze top tien dat nog nooit een Champions League finale heeft gespeeld: wél rijk, géén geschiedenis.
Maar liefst vier van de vijf onderste plekken in de top tien worden bezet door Britse voetbalploegen. Zo staat eenvoudig CL-winnaar Chelsea, met een operationele omzet van €506 miljoen en een selectie ter waarde van €842 miljoen, op de zesde plek. De zevende plek wordt bezet door een club met een rijke geschiedenis: Liverpool (operationele omzet: €514 miljoen), dat sinds 1 juni dit jaar in het bezit is van zes CL-titels, maar desondanks al 29 jaar geen kampioen van Engeland meer is geweest.
Arsenal, dat in deze rankschikking achtste staat, heeft in deze lijst de beschikking over een team met de kleinste marktwaarde (€624 miljoen). Naast Arsenal en Manchester City is Tottenham Hotspur FC de derde club in de top tien die nog nooit de Champions League of de Europa Cup I heeft gewonnen. In tegenstelling tot Manchester City, speelde zowel Arsenal als Tottenham wel minimaal één keer de CL-finale. De Spurs staan in deze ranglijst op de negende plek en stijgen daarmee één positie in vergelijking met vorig jaar. Juventus, de enige Italiaanse club in deze ranking, is de hekkensluiter en scoort met name slecht op de factor EBIT. De Oude Dame is daarentegen wel tweevoudig CL-winnaar, terwijl de club maar liefst zeven keer de finale verloor, een record.
* De EBIT (Engels: earnings before interest and tax) is een maatstaf voor de operationele inkomsten van een onderneming voor aftrek van rente (interest) en belasting (tax). Het wordt gedefinieerd als de omzet minus de kosten van gewone bedrijfsuitoefening, exclusief financiële baten en lasten en belastingen.