Externe partners helpen UMC Utrecht met data analytics-programma
Het Universitair Medisch Centrum (UMC) Utrecht heeft in samenwerking met verschillende data- en IT-specialisten ADAM gelanceerd. Dit nieuwe programma zet data-analyse in om sneller duidelijkheid te verkrijgen over welke behandeling het beste werkt voor welke patiënt.
De grootschalige vergaring en verwerking van data is al een aantal jaren een zeer belangrijk onderdeel van de activiteiten van veel (grote) bedrijven, en dat is te merken. Wie ook maar even googelt naar een spijkerbroek ziet vervolgens overal op internet spijkerbroekenadvertenties verschijnen en Netflix-abonnees zijn gewend dat ze op basis van de reeds gekeken programma’s nieuwe suggesties aangeboden krijgen.
Aan de hand van gebruikersgegevens wordt met algoritmes een inschatting gemaakt van de voorkeur en interesses van consumenten. Op één belangrijk terrein bleven dergelijke ontwikkelingen in ons land tot op heden nog achter: de gezondheidszorg.
ADAM-programma
Het begin 2017 door de Raad van Bestuur van het UMC geïnitieerde Applied Data Analytics in Medicine (ADAM)-programma moet hier verandering in brengen. Met ADAM zet het UMC de bekende aanpak van grootschalige data-analyse in om ervoor te zorgen dat zo snel mogelijk de behandeling wordt gevonden waar een specifieke patiënt het meeste bij gebaat is. Het project richt zich op vier deelgebieden: NICU (intensive care voor pasgeborenen), cardiovasculair risicomanagement, reumatoïde artritis en psychose.
Om de technische kant van het project goed te laten verlopen, schakelde het UMC verschillende data- en IT-specialisten in. Accenture overzag het gehele programma, waarbij de zakelijk dienstverlener verantwoordelijk was voor het projectmanagement en de impact assessment.
Voor elk van de vier categorieën binnen het project werden daarnaast verschillende organisaties in de arm genomen. Aan het NICU-onderdeel werd een bijdrage geleverd door SAS, Finaps en Philips, op het gebied van cardiovasculair risicomanagement werd ondersteuning gegeven door ORTEC en Siemens droeg bij aan het onderdeel reumatoïde artritis.
Medicatie psychose
Bij de vierde van de deelprojecten – gericht op het vinden van de passende medicatie voor mensen die lijden onder psychoses – wordt het UMC geholpen door adviseurs van Ynformed, een Utrechts adviesbureau gespecialiseerd in digitale datatoepassingen.
Tim Paauw, Data Scientist bij Ynformed, geeft toelichting: “Elk jaar worden er honderden mensen met een psychose opgenomen in het UMC in Utrecht. Voor deze mensen moet de juiste medicatie gevonden worden om de klachten te verhelpen. Maar welke van de tientallen mogelijke medicijnen schrijf je voor?”
Hoewel de medicijnen natuurlijk uitvoerig zijn getest alvorens ze op de markt worden gebracht, betekent dit niet dat volledig duidelijk is wat het effect zal zijn voor allerlei verschillende patiënten. Paauw wijst erop dat het medicijnonderzoek hoofdzakelijk is uitgevoerd op standaard testgroepen, “lees: gezonde jongvolwassen, westerse mannen.”
Terwijl de medicijnen niet eens op iedere westerse witte man dezelfde uitwerking hebben, zijn er natuurlijk ook talloze mensen die niet man, westers en/of wit zijn. Voor hen zullen de afwijkingen gemiddeld gezien nog veel groter zijn.
Paauw: “Gesteld, Kim wordt opgenomen, een niet-westerse vrouw van zestig jaar oud. Wat nu? Het is bekend dat verschillende patiënten verschillend reageren op medicatie. Volgen we nog steeds dezelfde medicatierichtlijnen, terwijl die misschien niet werken voor deze patiënt? Op dit moment wel.” Hij legt uit dat het vinden van het passende medicijn best lang kan duren: “Dat is vervelend, want Kim is nu een langere tijd van huis en blijft last houden van de psychose. Om nog maar te zwijgen van heftige bijwerkingen die kunnen optreden.”
Sneller resultaat
Op basis van data-analyse gaan het UMC en Ynformed nu individuele patiënten aanbevelen welk medicijn in hun situatie naar verwachting het beste werkt. “Patiënten hoeven dan minder verschillende medicatie te proberen, zijn hopelijk eerder van hun psychose af en hebben minder last van bijwerkingen. Kim kan eerder naar huis en de kosten van de opname nemen af”, somt Paauw de vele voordelen van de nieuwe aanpak op. “We gebruiken grote hoeveelheden historische data om te leren welk medicijn werkt voor wie. En welke bijwerkingen er kunnen optreden als iemand als Kim een bepaald medicijn gebruikt. Het doel: artsen voorzien van de beste informatie bij het maken van keuzes omtrent medicatie.”
Jaring Hiemstra, Directeur van het in 2014 als ‘Big Fellows’ opgerichte Ynformed, legt uit dat de gebruikte gegevens bestaan uit een combinatie van informatie van het UMC en van de patiënt: “Het UMC Utrecht beschikt over veel data uit tal van verschillende bronnen. Niet alleen radiologiebeelden, laboratoriumgegevens, medicatie of DNA, maar ook informatie over vitale functies, karakteristieken van de patiënt.”
Paauw voegt tot slot nog toe dat we pas net aan de start van de ontwikkeling staan: “Dit is pas het begin. Personalised medicine, behandelingen die precies op jou afgestemd zijn, gaat een vogelvlucht nemen. Dat gebeurt al in het buitenland, in Nederland helaas nog te weinig. Maar de win-win valt niet te ontkennen, de zorgkosten kunnen gedrukt worden en belangrijker nog: de patiënt kan beter geholpen worden.”