Hospitality Group: Gemeenten houden zwembaden boven water
Zwembaden kunnen amper overleven zonder de hulp van gemeenten. Uit nieuw onderzoek van Hospitality Consultants blijkt dat zwembaden zonder de financiële hulp van gemeenten veelal een negatief exploitatieresultaat hebben.
De zwembadbranche heeft het de afgelopen jaren steeds zwaarder. Kinderen sporten minder, en als ze al sporten kiezen ze in toenemende mate voor populairdere sporten als voetbal of hockey. Daarnaast wordt er vanuit het onderwijs ook beknibbeld op uitgaven aan zwembaden.
In 1991 bood bijvoorbeeld nog 90% van de basisscholen schoolzwemmen aan; in 2005 was dit nog 57% en in 2013 liep het schoolzwemmen terug naar slechts 34%.
Minder bezoekers
Als gevolg van de afnemende bezoekersaantallen wordt het voor zwembaden steeds uitdagender om het huishoudboekje sluitend te krijgen. Dat blijkt in de praktijk ook bij diverse gemeentelijke exploitatievraagstukken. Zo loopt de omzet terug, terwijl de kosten toenemen of gelijk blijven.
Bovendien kampen zwembaden met hoge vaste kosten; alleen al de personeels- en energiekosten zijn samen gemiddeld voor bijna twee derde verantwoordelijk van de totale kosten. Daarnaast hebben veel zwembaden moeite met de hoge kapitaallasten – kosten waarvan het amper mogelijk is om ze te beïnvloeden – welke een grote invloed hebben op de exploitatieresultaten.
Zwembaden krijgen hulp
De vraag is: hoe houden zwembaden hun hoofd boven water? Een ding is duidelijk: sommige gaan ook kopje onder. Recent nog gingen bijvoorbeeld zwembad Vitaland uit Mechelen failliet, en ook het zwemcentrum op Buitenplaats Gerner redde het niet.
Een blik op het aantal faillissementen in de branche – in 2012 telde Nederland 1.537 zwembaden, in 2002 waren dit er nog 1.593 – doet echter vermoeden dat er nog geen sprake is van grote branchebrede problemen, terwijl die er wel duidelijk zijn, signaleert Hospitality Consultants. Uit een nieuw onderzoek van het bureau blijkt dat ze worden geholpen.
“De meeste zwembaden hebben nauwe financiële banden met de gemeente,” schrijft het bureau. In de meeste gevallen ligt eigendom van de opstallen en grond bij de gemeente. En in het geval beheer en exploitatie door een externe partij wordt gedaan, verleent de gemeente een exploitatiebijdrage of subsidie aan het zwembad. “Zonder deze exploitatiebijdrage of subsidie hebben zwembaden veelal een negatief exploitatieresultaat en kunnen ze moeilijk voortbestaan,” aldus het adviesbureau.
Nationale Zwembadexploitatie Benchmark
Om zwembaden te helpen bij het op orde krijgen van de financiële huishouding heeft Hospitality Consultants, onderdeel van Hospitality Group, een speciale benchmark gelanceerd, ‘Nationale Zwembadexploitatie Benchmark’ geheten.
De benchmark geeft inzicht in de exploitatie en het beheer van een zwembad en zet deze af tegen andere vergelijkbare zwembaden in Nederland. Ook kan een belevingswaardescan uitgevoerd worden, die de attractiviteit en uitstraling van een zwembad beoordeelt en deze in de conclusies van de benchmark meeneemt.
De uitkomst van de scan kan exploitanten vervolgens helpen de resultaten in perspectief te plaatsen, waardoor volgens het bureau de “juiste keuzes gemaakt kunnen worden.”