Toezichthouden in de 21e eeuw: Van regels naar vertrouwen
De digitale transformatie raakt alle aspecten van een organisatie: van leiderschap en strategieontwikkeling tot het management en de professionals. Voor toezichthouders betekent dit dat er nieuwe inzichten en vaardigheden nodig zijn om hiermee om te gaan. Harry Woldendorp en Arjen Jeninga schreven er een boek over.
Met ieder meer dan 25 jaar bestuurlijke ervaring op zak en huidige toezichthoudende rollen, delen de twee auteurs in ‘Toezichthouden in de 21e eeuw – vertrouwen als basis voor goede governance’ hun visie op de toekomst van het vak.
Daarin zien ze dat bestuur gericht op controle door regels plaats gaat maken voor bestuur gericht op leiderschap. In het boek wordt vanuit dat leiderschap – oftewel de rol van de raad van toezicht en raad van bestuur – de interactie met strategie, management en professionals in beeld gebracht.
Het huidige bedrijfslandschap wordt gekenmerkt door verandering en – mede doordat die in dit digitale tijdperk raakt aan de hele organisatie – gaat die gepaard met grote complexiteit. Woldendorp en Jeninga constateren dat organisaties niet goed weten hoe ze met die complexiteit moeten omgaan.
De twee geven aan dat hier echter maar één strategie voor bestaat: “Maak gebruik van complexiteit. En dat kan alleen als je over systeemkennis beschikt. Dit is het eerste boek dat die systeembenadering centraal zet bij de inrichting van governance.”
Houdingsleren
Om koers te houden in deze complexiteit is volgens de auteurs vertrouwen nodig binnen de raad van toezicht en tussen de raad van toezicht en raad van bestuur. Dat maakt toezichthouden wel een steeds ingewikkelder spel, zo geven ze aan. Een deel van de oplossing zien ze in het expliciteren van ieders wereldbeeld, de visie op de eigen taak en de wederzijdse verwachtingen.
“Hierdoor ontstaat inzicht in houdingsleren: inzicht in elkaars houding, gedrag en handelingen waardoor wederzijds respect, vertrouwen en openheid ontstaat”, aldus Woldendorp. “Uiteindelijk gaat het in toezicht en bestuur om de vraagstukken die op de tafel liggen van de raad van toezicht en de raad van bestuur. Zonder kennis van de systeempatronen in de eigen organisatie is dat echter niet haalbaar.”
Transformatieve dialoog
Woldendorp legt uit dat voor hem en Jeninga centraal stond dat de relatie tussen toezichthouder en bestuur in de vorm van een dialoog moet plaatsvinden: de transformatieve dialoog.
“Naast de formele bevoegdheden die een raad van toezicht heeft is het heel belangrijk een gezamenlijke toekomstverkenning uit te voeren, met als uitkomst de transformatie van de organisatie”, geeft hij aan. “Gelet op het hoge tempo van veranderingen en de snelheid van (digitale) transformatie kiezen we daarom voor een dialoog die gericht is op die transformatie.”
Met het boek willen de twee auteurs organisaties ondersteunen bij de ontwikkeling van een transformatieve dialoog. “Belangrijk daarin is het faciliteren van de gezamenlijke vormgeving van nieuwe werkelijkheden. In de dialoog zijn momenten nodig waarop deelnemers samen nieuwe visies op een werkelijkheid ontwikkelen. Door dit in gezamenlijkheid te doen ontstaat overigens ook weer een nieuwe werkelijkheid die vooral gericht is op coöperatie.”
“Dit is het eerste boek dat die systeembenadering centraal zet bij de inrichting van governance.”
Daarbij is het cruciaal dat “ieders stem ook nadrukkelijk wordt gehoord”, geeft hij mee. “Een hulpmiddel is verhalen te vertellen over de eigen betrokkenheid. Verbinding ontstaat door niet alleen te luisteren, maar ook de eigen reflectie op het verhaal van de ander te geven.”
De transformatieve uitdaging is om te komen tot zelfreflectie. “Zelfreflectie is het vermogen om de eigen, vaak beperkende, interne logica tijdelijk opzij te schuiven en een andere positie aan te nemen, waarbij we het vermogen demonstreren om meerdere, gelijktijdig optredende systemen of werkelijkheden te herkennen”, legt Woldendorp uit.
De transformatieve dialoog kan vervolgens worden gebruikt om een nieuwe realiteit te creëren, die op zijn beurt de basis legt voor alternatieve vormen van actie.
Vruchtbaar klimaat
Binnen deze dialoog vormen de kernwaarden van de deelnemers een belangrijk uitgangspunt. Woldendorp: “Door te starten met kernwaarden ontstaat een vruchtbaar klimaat voor zowel samenwerken als beoordelen. Het gaat er daarbij steeds om de eigen kernwaarden in de dialoog in te brengen: Wat is je persoonlijke relatie of persoonlijke geschiedenis met dit onderwerp? Hoe bepaal je de kern? Is er sprake van waardeconflicten?”
“Na het beantwoorden van deze vragen is er ruimte om vragen te stellen aan elkaar. Hierdoor ontstaat ruimte voor de co-creatie van gezamenlijke nieuwe werelden of werkelijkheden, van waaruit toezicht en besturing kunnen worden ingevuld. We hebben verschillende randvoorwaarden voor de transformatieve dialoog beschreven.”
Woldendorp hoopt dat het boek kan bijdragen aan een toezichthoudende rol waarin leiderschap centraal staat. Hierbij gaat het om de thema’s ‘verhelderen van doelen en waarden’, ‘begrenzen, verbreden en verbinden’ en ‘besluitvorming’.
“Hiermee is de agenda van modern toezichthouden bepaald. Naast de eigen rol is inzicht in de (systemische) samenhang met strategie, management en professionals bepalend voor de eigen effectiviteit”, besluit hij.
‘Toezichthouden in de 21e eeuw – Vertrouwen als basis voor goede governance’ (Uitgeverij SWP) werd begin dit jaar uitgebracht en is verkrijgbaar in de boekhandel.