Creëer één gemeenschappelijke taal voor datagedreven sturen
In het navigeren door het onstuimige bedrijfslandschap van de 21e eeuw is eenduidige stuurinformatie cruciaal. Deze blijkt in de praktijk helaas knap lastig te verkrijgen: gegevens spreken elkaar tegen of worden verschillend geïnterpreteerd. Er is echter een oplossing, zo stelt Bas Beuger van Hot ITem: het bedrijfsobjectenmodel.
Het is bij iedereen in bedrijvenland inmiddels al lang en breed bekend: wie op de lange termijn succesvol wil zijn baseert zijn beslissingen niet meer op vage onderbuikgevoelens maar op harde data. Toch zijn er nog talloze bedrijven die er niet of onvoldoende in slagen dit inzicht om te zetten in actie. Datagedreven sturen is makkelijker gezegd dan gedaan.
Als business architect herkent Bas Beuger de diverse uitdagingen maar al te goed. “Verschillende informatieproducten laten tegenstrijdige inzichten zien of medewerkers die naar dezelfde stuurinformatie kijken, kennen een andere betekenis toe aan wat ze zien”, omschrijft hij enkele van de meest voorkomende obstakels.
Het resultaat is dat overleggen vaak niet worden besteed aan het daadwerkelijk besturen van de organisatie, maar ontaarden in lange discussies over de totstandkoming van de rapportages en over waarom bepaalde conclusies al dan niet kloppen.
Babylonische spraakverwarring
Hoewel dit bij uitstek kan worden gezien als een probleem van het 21e-eeuwse digitale tijdperk, ligt er volgens Beuger vaak een eeuwenoud probleem aan ten grondslag – zó oud zelfs dat het al een rol speelt in de Bijbel: doordat we allemaal verschillende talen spreken lukt het ons niet goed samen te werken – er is sprake van een Babylonische spraakverwarring.
Anders dan in de Bijbel gaat het vandaag de dag niet zozeer om de talen van verschillende regio’s, maar vooral van verschillende functionele domeinen. In andere woorden: verschillende soorten vakjargon.
“Medewerkers of teams spreken ieder hun eigen taal, waarmee ze hun eigen referentiekader creëren”, legt Beuger uit. “Vaak wordt hun taal gevormd door het domein waarin ze werkzaam zijn. Denk bijvoorbeeld aan finance, sales of operations. Maar het kan ook gaan om het IT-systeem dat ze gebruiken of de vestiging waar ze werken.”
Omdat de talen niet zo duidelijk van elkaar verschillen als (bijvoorbeeld) Nederlands en Engels, zijn organisaties zich vaak niet bewust van de verschillende talen die worden gesproken – dezelfde woorden betekenen voor verschillende medewerkers iets anders.
“En zelfs als organisaties zich hier wel van bewust zijn, blijkt het lastig om grip te krijgen op de diversiteit aan referentiekaders”, stelt Beuger. “Mensen blijven hangen in hun eigen beschouwingstaal en creëren daarmee een eigen werkelijkheid ten aanzien van de business en zijn prestaties.”
Eenduidige definitie van wat we doen
Net als het probleem kunnen we de oplossing wederom vinden in de Bijbel: voordat God met de spraakverwarring zorgde dat bouwers aan de toren van Babel elkaar niet langer begrepen, spraken ze allen dezelfde taal en werkten daardoor effectief samen. Net als toen is er vandaag de dag simpelweg behoefte aan één gemeenschappelijke taal.
Dit is precies wat het bedrijfsobjectenmodel biedt. Beuger: “Het bedrijfsobjectenmodel is een model van de bedrijfsvoering waarmee de essentie van ‘wat we doen’ wordt gedefinieerd en gevisualiseerd. Het zorgt ervoor dat we bedrijfsobjecten en de relaties tussen die objecten eenduidig benoemen en beschrijven.”
“Het bedrijfsobjectenmodel is cruciaal voor de realisatie van gemeenschappelijke organisatiedoelen, die dikwijls de grenzen van specifieke organisatieonderdelen overstijgen.”
De bedrijfsobjecten zijn de verschillende ‘dingen’ die ertoe doen voor een organisatie. “Denk hierbij aan dingen in de echte wereld – zoals klanten, leveranciers en materialen –, maar ook aan abstractere concepten als overeenkomsten en verzoeken of gebeurtenissen zoals storingen of leveringen”, aldus Beuger.
Essentieel daarbij is dat het perspectief van de business leidend is in het bedrijfsobjectenmodel, benadrukt hij. “En dus níet de inrichting van specifieke bronsystemen waarin data over deze bedrijfsobjecten bestaat. Deze inrichting is immers veranderlijk én juist vaak specifiek voor bepaalde doelgroepen, afhankelijk van het specifieke proces of bronsysteem dat wordt gebruikt.”
Grensverleggende resultaten
Door via het bedrijfsobjectenmodel een referentiekader te creëren dat de grenzen van teams, systemen of informatieproducten overstijgt, leg je als organisatie volgens Beuger de basis voor de totstandkoming van eenduidige stuurinformatie én voor het juiste gebruik van die stuurinformatie.
“Het bedrijfsobjectenmodel is een krachtig middel in het hele proces van datagedreven sturen. Dat start bij het formuleren van de behoefte aan stuurinformatie, om vervolgens de databronnen conform de definities en logica van het bedrijfsobjectenmodel te ontsluiten en uiteindelijk de stuurinformatie op begrijpelijke wijze te presenteren in informatieproducten en te communiceren naar de organisatie.”
“Een bedrijfsobjectenmodel draagt bij aan de kwaliteit van stuurinformatie en daarmee de kwaliteit van besluitvorming”, legt hij uit. “Het is een middel om te komen tot eenduidige en betekenisvolle stuurinformatie die zich niet laat beperken tot de inrichting van bronsystemen of zich inconsistent laat interpreteren vanuit ‘the eye of the beholder’.”
En dat is van grote waarde, geeft hij tot slot mee. “Want ook organisatiedoelen laten zich niet beperken door de grenzen van bronsystemen of referentiekaders. Daarmee is het bedrijfsobjectenmodel van cruciaal belang voor de realisatie van gemeenschappelijke organisatiedoelen, die dikwijls de grenzen van specifieke organisatieonderdelen overstijgen.”
Wil je meer weten over het bedrijfsobjectenmodel én over een effectieve aanpak om het in te richten? Hot ITem schreef een whitepaper met praktische tips voor het succesvol realiseren en implementeren van een bedrijfsobjectenmodel.