Omvang van mondiale micromobiliteitsmarkt: €90 miljard
De wereldwijde markt voor micromobiliteit heeft een omvang van zo’n €90 miljard. Dat is een van de conclusies van een onderzoek van adviesbureau Boston Consulting Group (BCG).
Het begrip micromobiliteit verwijst naar vervoersmiddelen voor de korte afstand, doorgaans bestemd voor één persoon. Denk hierbij onder meer aan fietsen, elektrische steps en e-scooters. Deze transportmiddelen zijn in het bezit van consumenten of kunnen via een deelplatform (tijdelijk) worden gebruikt.
Voor hun studie gingen de onderzoekers van BCG – samen met wetenschappers van de Universiteit van St. Gallen uit Zwitserland – in gesprek over micromobiliteit met meer dan 11.000 consumenten uit 23 landen (waaronder Nederland). Daarnaast voerden ze een desktopstudie uit.
Naar voren komt dat de wereldwijde micromobiliteitsmarkt een omvang heeft van €87 miljard tot €94 miljard. Daarbinnen is de de markt voor fietsen met een omzet van een slordige €40 miljard de grootste, gevolgd door de markt voor elektrische fietsen met €30 miljard à €32 miljard.
De markt voor elektrische scooters kent een omvang van €15 miljard tot €17 miljard. Die voor elektrische steps is met een omvang van €2 miljard tot circa €4 miljard de kleinste.
“Terwijl eigendom van micromobiliteitsvormen qua volume het grootste segment is, zijn abonnementen de snelst groeiende categorie, met een samengestelde jaarlijkse groei die naar verwachting de komende tien jaar meer dan 30% zal gaan bedragen”, geven de onderzoekers aan.
In Nederland spraken de onderzoekers met meer dan 1.000 consumenten. Daaruit blijkt – niet geheel verrassend – dat de fiets in ons land de meest populaire vorm is van micromobiliteit: maar liefst 54% van onze landgenoten maakt hiervan geregeld gebruik.
Verder zegt bijna 75% van de Nederlandse consumenten dat ze het openbaar vervoer meerdere keren per maand vervangen voor een e-scooter, e-bike of fietsreis. “Meestal gaat het dan om ritjes naar de winkel of voor vrijetijdsbesteding”, zo is te lezen in het rapport.
Naast dat de fiets verreweg de populairste micromobiliteitsvorm is in ons land, geldt dat ook voor Duitsland, Denemarken en Japan: 39% van zowel de Duitsers als van de Denen en 35% van de Japanners maken volgens de onderzoekers geregeld een ritje op de fiets.
De onderzoekers vroegen de respondenten ook naar hun beweegredenen om al dan niet gebruik te maken van één van de micromobiliteitsvormen.
De belangrijkste reden die wereldwijd wordt genoemd om gebruik te maken van micromobiliteit is de flexibiliteit van deze transportvorm (68%), gevolgd door de betrouwbaarheid (67%) en de (relatief) lage bijkomende kosten (66%).
Weersomstandigheden vormen wereldwijd de belangrijkste reden om géén gebruik te maken van microtransportmiddelen (44%), gevolgd door de (relatief) te hoge kosten ervan (36%) en een gebrekkig infrastructuurnetwerk in hun land (35%), zoals onveilige fietspaden.
“Naast het weer (41%) vormen vooral de hoge kosten (36%) een barrière voor Nederlandse consumenten om meer gebruik te gaan maken van micromobiliteitsvormen”, aldus de adviseurs en wetenschappers in hun onderzoeksrapport.