Adjust helpt Noord-Holland met duurzamer inkoopbeleid
Noord-Holland gaat duurzamer inkopen. In het nieuwe inkoopbeleid voor 2021-2024 staat dat de provincie haar inkopen zoveel mogelijk circulair, klimaatneutraal, sociaal en ethisch wil doen. Inkoopadviseur Adjust hielp bij het opstellen van het beleid.
Duurzaamheidsthema’s staan bij veel organisaties steeds hoger op de bestuursagenda. Publieke en private instellingen spannen zich meer en meer in om in hun bedrijfsvoering rekening te houden met de impact die ze hebben op de wereld. Daarbij speelt de interne bedrijfsvoering een belangrijke rol, maar via het inkoopbeleid kan ook buiten de eigen muren resultaat worden geboekt.
Met name organisaties met een grote financiële slagkracht kunnen zo een flinke stappen zetten. Neem de provincie Noord-Holland, die jaarlijks maar voor meer dan €350 miljoen aan diensten en producten inkoopt. Denk aan uitbestedingen voor het openbaar vervoer, het onderhouden en aanleggen van de infrastructuur en het groen en de faciliteiten voor de eigen bedrijfsvoering – samen goed voor een groot deel van de jaarlijkse begroting.
Noord-Holland heeft zichzelf ten doel gesteld in 2050 volledig circulair en klimaatneutraal te zijn, en gooit ten behoeve van die ambitie nu haar niet geringe inkoopkracht in de strijd: door duurzaamheidseisen te stellen aan opdrachtnemers kunnen zij ook tot actie worden bewogen. “Met het inkoopvolume van de provincie kunnen en moeten we echt een verschil maken”, stelt gedeputeerde Zita Pels.
Om impact te maken binnen verschillende maatschappelijke dimensies is het nieuwe inkoopbeleid opgebouwd rond vier thema’s: circulair, klimaatneutraal, sociaal en ethisch.
“Door deze vier thema’s als leidraad te gebruiken bij onze inkopen, nemen we in de eerste plaats zelf onze verantwoordelijkheid om onze klimaatdoelen te behalen en geen verdere schade toe te brengen”, aldus Pels. “Daarnaast willen we op deze manier actief het ontwikkelen en toepassen van innovatieve oplossingen stimuleren. Door dat ook uit te dragen en te delen met anderen ontstaat er hopelijk een sneeuwbaleffect.”
Circulair, klimaatneutraal, sociaal en ethisch
Met behulp van de inkoopspecialisten van Adjust werd het duurzame inkoopbeleid scherpgesteld rond de vier kernthema’s.
Circulair inkopen moet het gebruik van nieuwe materialen en niet-hernieuwbare grondstoffen minimaliseren, “bijvoorbeeld door het gebruik van gerecycled beton of strooizout gemaakt van bermgras”. Ook moet de levensduur van producten moet zo lang mogelijk zijn, waarbij de producten of losse materialen aan het einde van hun levensduur herbruikbaar zijn.
“Met het inkoopvolume van de provincie kunnen en moeten we echt een verschil maken.”
Klimaatneutraal inkopen moet de uitstoot van CO2, stikstof en overige broeikasgassen terugbrengen. Dit zal onder meer gestalte krijgen door het eigen wagenpark over te laten gaan op elektrische voertuigen.
Met sociaal inkopen wil de provincie mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt aan werk(ervaring) helpen. “‘Social Return’ wordt daarom als voorwaarde zoveel als mogelijk meegenomen in de contracten met leveranciers. Ook is er extra aandacht voor het inkopen bij sociale ondernemingen die arbeidsparticipatie stimuleren.”
Ten behoeve van ethisch inkopen, tot slot, zal de provincie zich inspannen om er zeker van te zijn dat een product of dienst onder goede arbeidsomstandigheden is gemaakt, de rechten van werknemers worden nageleefd, een product milieu- en diervriendelijk is gemaakt en er geen kinderarbeid aan te pas is gekomen.
Verder kijken dan de prijs
Al met al “flinke doelstellingen”, erkent ook Pels, die tevens oog heeft voor het spanningsveld tussen die ambities en het altijd belangrijke kostenaspect. In het bespreken van dat spanningsveld in de Provinciale Staten de komende jaren is het volgens de gedeputeerde van belang om een brede definitie van kosten te hanteren, waarin niet uitsluitend wordt gekeken naar de prijs van een opdracht of product.
“Dat doen we door eventuele negatieve effecten op bijvoorbeeld het klimaat, mee te nemen in de waarde van de opdracht. Zo zorgen we ervoor dat de rekening van die negatieve effecten zo min mogelijk worden doorgeschoven naar toekomstige generaties.”