Private equity-fondsen worstelen met dry powder geldberg van $1,7 biljoen
Het geld klotst bij private equity-partijen tegen de plinten – wereldwijd zit de branche op een geldberg van maar liefst $1,7 biljoen. Investeerders worstelen echter met het vinden van een goede bestemming voor een deel van het kapitaal. Dit blijkt uit onderzoek van Bain & Company, dat verwacht dat 2018 weleens het jaar kan worden van grotere en onconventionelere deals.
Over de hele wereld zijn er volgens Bain & Company zo’n 7.700 private equity partijen. Dit zijn firma’s die geld ophalen bij investeerders en dit geld investeren in privaat vermogen, vaak bedrijven maar ook in bijvoorbeeld leningen, vastgoed en infrastructuur. Het model van private equity is waarde toevoegen aan deze ‘portfolio’ bedrijven, door strategische en operationele verbeteringen door te voeren.
Onder de spelers bevinden zich bekende internationaal opererende beleggers zoals Blackstone, KKR, Bain Capital – niet gelieerd aan Bain & Company – CVC Capital Partners, 3i en Bridgepoint. NPM, Gilde, Waterland, Bencis, Egeria zijn voorbeelden van private equity partijen met sterke positie in de Nederlandse markt. De laatste jaren is het aantal spelers binnen deze sector spectaculair gestegen, gedreven door het sterk winstgevende potentieel dat private equity firms hun investeerders bieden en de toenemende volwassenheid van de branche. Bedrijven waarin private equity-huizen investeren, worden doorgaans na zo’n vijf tot zeven jaar – en als alles goed gaat met winst – weer van de hand gedaan.
Bij elkaar opgeteld investeerde de private equity branche wereldwijd in 2017 circa $440 miljard aan overnamedeals. Terwijl dit een sterke stijging betekent ten opzichte van de $369 miljard in 2016, komt het bedrag niet in de buurt van de piek voor de crisis, toen werd er in 2007 $762 miljard geïnvesteerd. In Noord-Amerika, de grootste markt voor private equity, steeg de dealwaarde het afgelopen jaar met 10%, waarmee een bedrag van $190 miljard werd behaald. Deze stijging werd grotendeels gerealiseerd middels het van de beurs halen van ondernemingen en een aantal carve-outs.
In Europa kwam het totaalbedrag aan deals wat lager uit op $147 miljard, maar werd er met 14% wel meer groei gerealiseerd ten opzichte van 2016. Deze groei was mede het gevolg van enkele grote deals, zoals de leveraged buyout van het Deense betalingsbedrijf Nets. Met afstand de grootste stijging vond echter plaats in de Azië Pacific-regio, waar de dealwaarde 74% steeg ten opzichte het voorgaande jaar. Dit is grotendeels het gevolg van de grootste buyout van 2017: de $17,9 miljard carve-out van Toshiba Memory. In de rest van de wereld steeg het aantal deals met een veel bescheidenere 5%.
$700 miljard opgehaald
Uit het rapport blijkt dat de hoeveelheid ‘dry powder’ – een term die zijn oorsprong vindt in het leger, en binnen de private equity-sector duidt op opgehaald geld dat nog niet is geïnvesteerd – sinds 2012 al aan het stijgen is en eind vorig jaar met $1,7 biljoen een recordhoogte heeft bereikt. Aan de hoeveelheid dry powder is het verschil af te lezen tussen hoeveel private equity-fondsen hebben opgehaald en hoeveel ze investeren.
Momenteel loopt het geld dat private equity-partijen ontvangen van investeerders op, zowel wereldwijd als in Nederland, terwijl het laatste afneemt. In ons land behoren pensioenfondsen en verzekeraars tot de grootste institutionele beleggers. Zij proberen via private equity-fondsen een hoger rendement te behalen dan ze zouden behalen met andere beleggingen. Zo heeft pensioenuitvoerder PGGM, dat onder andere belegt voor het Pensioenfonds Zorg en Welzijn, wereldwijd zo'n €10 miljard uitstaan in private equity. Een van de grootste spelers van eigen bodem, Shell Asset Management, heeft bijna €70 miljard in private equity gepompt om rendement te behalen voor het pensioenfonds van het olie- en gasbedrijf.
Wereldwijd haalden private equity-fondsen in 2017 iets meer dan $700 miljard op – hiermee kwam het totaal aan opgehaald kapitaal van investeerders op meer dan $3 biljoen in de afgelopen vijf jaar. Deze enorme toestroom van geld is ten goede gekomen aan bijna elke geografische regio en elk private equity-segment, waarbij de buyout-fondsen duidelijk vooropliepen in het vergaren van kapitaal met 23% versus 2016 maar ook venture capitalists – die voornamelijk in start-ups investeren – groeiden met 12%. De enorme populariteit blijkt ook uit het feit dat de tien grootste fondsen op het gebied van kapitaalwerving allemaal hun funding targets voor 2017 wisten te overtreffen.
Al met al behaalde of overtrof twee derde van de private equity-fondsen in 2017 hun targetbedrag, en zelfs 39% had minder dan een jaar nodig om hun fonds target te halen. Zo werd in 2017 wereldwijd het grootste fonds ooit gesloten, waarbij Apollo – in Nederland eigenaar van onder meer Philips Lumileds – $24,6 miljard binnenhaalde. Daarnaast bracht het Britse CVC Capital Partners, eigenaar van musicalbedrijf Stage en trustkantoor TMF, met €15,5 miljard het hoogste eurobedrag allertijden binnen.“Investeerders zijn duidelijk nog steeds zeer enthousiast over private equity, en daarom is het makkelijk voor de industrie om fondsen te werven”, zegt Lennert Spek, partner bij het Amsterdamse consultancykantoor Bain & Company, die vele private equity firma’s ondersteunt in hun investeringskeuzes. Ook in Nederland bloeit de sector volop. Vorig jaar werd met bijna €10 miljard meer opgehaald dan ooit. Grote investeringsmaatschappijen als Waterland en Egeria haalden vorig jaar respectievelijk €2 miljard en €800 miljoen op bij beleggers, voor beide een record.
Wat te doen met al dat geld?
Aan de investeringskant hebben de fondsenmanagers het echter lastiger. Het vinden van aantrekkelijke overnametargets om extra waarde toe te voegen en voor hogere prijs te verkopen wordt bemoeilijkt door de momenteel hoge overnameprijzen. “Het succes in fondsen werven is een zegen, maar ook een vloek”, zeggen Spek en Lino, eveneens partner gespecialiseerd in private equity bij Bain & Company Nederland. “Private equity fondsen hebben meer dan genoeg kapitaal om deals mee te financieren, maar er is veel concurrentie op de markt. Dit zien we ook terug in steeds meer concurrentie uit andere hoek, corporates die de markt afspeuren naar bedrijven om in te lijven, om zo snelle(re) groei te kunnen realiseren.”
Deze concurrentie vanuit de corporate-wereld wordt verder geïntensiveerd doordat bestuurders met andere doelstellingen bedrijven opkopen, zoals het bevorderen van de productontwikkeling, het binnenhalen van talent of het versnellen van de distributie. Hierdoor richten zij zich steeds vaker ook op startups of andere kleinere bedrijven die open staan voor een kapitaalinjectie. Corporates vissen hierdoor steeds vaker in dezelfde vijver als private equity-fondsen – onder meer Unilever en Shell mengen zich binnen dit durf segment.Een andere relevante groep zijn de grote techspelers als Google, Intel en Dell die nog steeds zorgen voor de meeste durfkapitaalactiviteit – investeren in start-ups in hun startfase. Al met al is de wereldwijde waarde van durfkapitaaltransacties flink gestegen, om in 2017 uit te komen op $51 miljard. Daarbij is de gemiddelde grootte van de deals ook gestaag gegroeid. Terwijl het aantal durfkapitaalinvesteerders relatief klein blijft, is het in de afgelopen vier jaar wel verdubbeld tot 262.
De uitdaging wordt voor private equity-huizen extra vergroot doordat deze grote corporate kopers volgens Bain & Company over het algemeen vaker succesvol zijn in het binnenhalen van bedrijven. De grote corporaties profiteren van enkele ingebakken voordelen die hun kansen vergroten bij het doen van concurrerende biedingen. Zo hebben ze te maken met lagere kapitaalkosten en zijn ze bereid diep in de buidel te tasten voor de te behalen synergieën of strategische voordelen.
Al deze competitie, het toenemende bewustzijn onder verkopende partijen en onzekere macro-economische vooruitzichten leiden tot oplopende vraag en daardoor oplopende financiële waarderingen van ondernemingen. Lag bijvoorbeeld in de VS de gemiddelde multiple op 11,2 – oftewel kopers betaalden gemiddeld elfmaal het brutobedrijfsresultaat (EBITDA) voor een acquisitie – was de multiple in 2008 nog 9,1. “Deze factoren dwingen fondsen om selectief te zijn en enkel te investeren in bedrijven waar ze potentieel zien voor waardevermeerdering, als dit niet voldoende het geval is sporen we ze in sommige gevallen aan langs de zijlijn te blijven staan”, aldus Hugh MacArthur, partner binnen de Private Equity praktijk van Bain & Company.
Dezelfde factoren die het investeren compliceren, maken dit een goed moment voor een exit. De waarde van buy-out exits in 2017 was $366 miljard, het op twee na beste jaar ooit. Het aantal exits steeg met 3%. Alle gangbare exit routes – verkoop aan een strategische investeerder, sponsor-aan-sponsor transacties en IPO’s – stegen wereldwijd in waarde en aantal.
Grotere deals verwacht
Als gevolg van de marktontwikkelingen kampt de markt met een record aan dry powder. Het zijn met name de buyout-fondsen die op een enorme berg geld zitten: maar liefst $633 miljard, waarvan 45% in kas ligt bij de grotere buy-outfondsen (partijen met meer dan $5 miljard in beheer).
De enorme berg ongebruikt kapitaal (private equity huizen zijn niet verplicht te investeren), zowel voor buyouts als voor andere type private investeringen – zoals direct leningen, vastgoed, infrastructuur – maakt analisten ietwat onrustig. Een beetje dry powder is goed als fund managers het bewaren voor betere deals, maar grote hoeveelheden kunnen ertoe leiden dat hun handen gaan jeuken. Opgeteld met de groeiende druk vanuit hun investeerders en fondsenbeheerders om te investeren, wordt de discipline binnen de branche hiermee flink op de proef gesteld. De ontwikkelingen zorgen ervoor dat sommige experts zich afvragen of er een risico is op oververhitting.
MacArthur geeft aan te verwachten dat de dealwaarde zal stijgen in 2018: “Om de gigantische hoeveelheid niet-geïnvesteerd private equity-kapitaal terug te brengen, moeten meer en grotere deals worden gedaan.” Zijn voorspelling komt er mede voort dat hij het moeilijk vindt om te geloven dat de multiples kunnen blijven stijgen zonder dat grote investeerders zich terugtrekken. Lino denkt voor de komende tijd aan “onconventionele en brutalere deals van grotere schaal.” Spek voegt toe dat de hoge multiples er ook voor zorgen dat het voor private equity fondsen nog belangrijker is om precies te weten wat ze in huis halen: “De kwaliteit van de due diligence is belangrijker dan ooit.”
Lino geeft ten slotte aan dat de winst echter niet alleen te behalen zal zijn in grotere overnames, aangezien er over de hele linie nog voldoende overnametargets zijn. Zo werden in 2017 wereldwijd meer dan 38.000 bedrijven gekocht en verkocht, voor een totale geschatte waarde van $3,3 miljard. Lino: “Momenteel is het aandeel van private equity deals slechts 13% van de waarde en 8% van het aantal deals bedraagt. Er is dus een duidelijke kans voor private equity om grotere hoeveelheden kapitaal aan het werk te zetten, door een groter aandeel te nemen in deze enorme markt en meer deals te sluiten.”
Waardecreatie
De adviseurs van Bain & Company Amsterdam stellen dat het in deze tijden van hoge concurrentie en multiples des te belangrijker is voor private equity partijen om een duidelijk waardecreatie plan te hebben bij aankoop. “We hebben drie gebieden geïdentificeerd waarin de best presterende fondsen nieuwe vaardigheden opbouwen om ook in moeilijke omstandigheden te floreren”, aldus Lino en Spek.
“Ten eerste verbeteren voorlopers de beoordeling van het management, door het juiste management team vroeg te identificeren en rollen in te vullen met top talent, zowel in de boardroom als aan de frontlinie. Ten tweede erkennen zij het belang van omzetgroei, door bedrijven te helpen om de beste commerciële vaardigheden te ontwikkelen. De sales effectiviteit wordt verbeterd door het beter segmenteren van klanten en een betere prijsbepaling. En tot slot – zij leren om de op digitale hype in te spelen, om te ontdekken hoe nieuwe technologieën daadwerkelijk kunnen bijdragen aan het due diligence proces en waarde kunnen creëren voor bedrijven gedurende de investering.”
Gerelateerd: Durfinvesteerders steken wereldwijd $150 miljard in startups.