Arthur D Little analyseert stiptheid van spoorwegen

Uit een analyse van het Belgische spoor door strategy en management consultancy Arthur D. Little blijkt dat er zeven zwarte punten zijn op het spoornet van België zijn. Het adviesbureau werd ingeschakeld door spoorwegmaatschappij NMBS en infrastructuurbeheerder Infrabel omdat de stiptheid van het Belgische spoor onder de doelstelling is uit het beheerscontract met de overheid.

Best practices en 38 adviezen voor betere stiptheid

In de buurlanden hebben de consultants 38 "goede praktijken" geïdentificeerd waarvan men de haalbaarheid in België zou moeten nagaan. Ook beter onderhoud en snellere detectie van problemen worden aanbevolen. Het personeel zou ook meer discipline, waakzaamheid en proactiviteit aan de dag moeten leggen. De stiptheid zou ook kunnen verbeteren als NMBS en Infrabel een gezamenlijk actieplan zouden opstellen en als er een stiptheidsverantwoordelijke aangeduid zou worden.

De zwarte punten:

De zogenaamde 'zwarte punten' vertegenwoordigen 41 procent van de vertragingen in Brussel en 22,8 procent van de geaccumuleerde vertragingen op het hele net. De zwarte punten zijn:

- lijn 36 (Brussel-Luik)
- lijn 50/53 (kust-Brugge-Gent-Brussel)
- lijn 59 (Antwerpen-Gent)
- lijn 94 (Moeskroen-Doornik-Brussel)
- lijn 96 (Brussel-Quévy)
- lijn 124 (Brussel-Charleroi)
- lijn: dorsale wallonne

Rapport voorgesteld aan RvB van NMBS en Infrabel

Het (tussentijdse) rapport van Arthur D. Little over de stiptheidsproblemen bij het spoor is voorgesteld aan het raad van bestuur van spoorwegmaatschappij NMBS en het bestuur van infrastructuurbeheerder Infrabel.