McKinsey: Invloed familiebedrijven groeit wereldwijd
Familiebedrijven zijn meer aanwezig en sterker dan ooit, concludeert consultancybureau McKinsey & Company in een recent onderzoek. Aangezien deze bedrijven voornamelijk van vitaal belang zijn in opkomende landen en deze landen hun wereldwijde marktaandeel vergroten, verwacht het bureau dat familiebedrijven hun aanwezigheid verder zullen vergroten. Familiebedrijven ervaren diverse voordelen ten opzichte van andere bedrijven, maar hebben ook hun eigen specifieke uitdagingen die overwonnen moeten worden om in de toekomst te kunnen bloeien.
Familiebedrijven over de hele wereld
Management consultancybureau McKinsey & Company bracht onlangs de eerste editie uit van zijn nieuwe rapport over familiebedrijven. In het rapport stellen de onderzoekers dat familiebedrijven tegenwoordig sterker zijn, vitaler, en belangrijker dan ooit tevoren, en naar schatting goed voor 70% tot 90% van het wereldwijde Bruto binnenlands product. Ongeveer een derde van de Fortune Global 500 bedrijven zijn in familie-eigendom en zo’n 40% van alle beursgenoteerde bedrijven in Europa.
Familiebedrijven zijn voornamelijk belangrijk in opkomende landen, waar 60% van de bedrijven uit de private sector, met omzetten van $1 miljard of meer, familiebedrijven zijn. In Zuidoost-Azië komt dit percentage uit op 85%, in Latijns-Amerika is dit 75%, en in het Midden-Oosten wordt 67% van de bedrijven gerund door families. Indien opkomende regio’s en landen door blijven groeien, verwacht McKinsey dat de invloed van familiebedrijven ook verder zal groeien, en dat steeds meer familiebedrijven leidende bedrijven zullen worden de komende 15 jaar. Het onderzoek stelt dat in deze periode naar verwachting meer dan 7.000 grote bedrijven in opkomende markten gevestigd worden, waarvan 80% in familiebezit.
In zijn onderzoek identificeert McKinsey wat er achter het succes van familiebedrijven schuilt. Het rapport legt uit dat familiebedrijven ernaar neigen dikwijls naar de lange termijn te kijken en stelt verder dat deze bedrijven een krachtige visie hebben die door de hele organisatie stroomt en deze stimuleert. Deze bedrijven kunnen een sterk concurrentievoordeel halen uit de nadruk op identiteit, waardoor een gevoel van erbij horen onder werknemers gecreëerd kan worden.
Een tweede voordeel van familiebedrijven is het feit dat eigenaren/managers zaken snel gedaan kunnen krijgen, aangezien zij beslissingen niet langs een keten van leidinggevenden of een onwillig bestuur hoeven te krijgen. Een derde voordeel is het dominante thuisvoordeel, dat voornamelijk aanwezig is in opkomende markten, aangezien deze bedrijven een diep begrip hebben van hun landen en sectoren.
Ook al hebben familiebedrijven veel voordelen; toch hebben deze bedrijven ook hun eigen specifieke uitdagingen. Een van deze uitdagingen is groei. McKinsey’s onderzoekt toont dat conglomeraten in China, India en Zuid-Korea nieuwe bedrijven opzetten in een opzienbarend tempo, momenteel gemiddeld één per 18 maanden. Van deze veranderende conglomeraten is ongeveer 70% eigendom van families. Met hun groei en diversificatie zullen oude businessmodellen niet langer geschikt zijn. Een nog grotere uitdaging is succes. Het rapport stelt dat veel familiebedrijven wankelen na de eerste transitie, van de oprichter naar de tweede generatie. Van de bedrijven die wel succes behalen tot de tweede generatie overleeft slechts 13% de derde generatie.
Governance structuur
Om de laatste uitdaging tegen te gaan zou een uitgebreide governance structuur de spanningen, die kunnen voorkomen binnen familiebedrijven met meerdere generaties, kunnen helpen oplossen. Belangrijke elementen van deze governance structuur zijn de ‘Aandeelhoudersbijeenkomst’ en de ‘Familiebijeenkomst’. De eerste heeft te maken met klassieke wettelijke functies van het bedrijf en de tweede, welke meestal echtgenoten en de volgende generatie beslaat, zal de eenheid van de familie bevorderen.
De ‘Aandeelhoudersraad’ heeft de taak de relaties tussen familieaandeelhouders en ook tussen aandeelhouders en het bedrijf te reguleren, waarmee het de belangrijkste schakel vormt voor het bedrijf met de eigenaar van het familiebedrijf. Via de opzet van dergelijke raden en besturen zijn deze bedrijven in staat om ook de zorgen van de derde generatie mee te wegen. Volgens het rapport is dit cruciaal voor familiebedrijven die een bepaalde grootte bereikt hebben om de korte termijn uitdagingen het hoofd te bieden en het bedrijf voor te bereiden voor volgende generaties.