DSP onderzoekt crisissteun aan Caribische delen van Koninkrijk
Adviesbureau DSP is in opdracht van het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijkrelaties (BZK) aangesteld voor een onderzoek naar de recente crisissteun aan de Caribische delen van ons Koninkrijk.
Aan de andere van de Atlantische oceaan zijn zes eilanden die een nauwe band hebben met Nederland. Zo zijn Aruba, Curaçao en Sint-Maarten zelfstandige landen binnen het Koninkrijk der Nederlanden. Bonaire, Sint-Eustatius en Saba zijn bijzondere Nederlandse gemeenten die samen het Caribisch deel van Nederland vormen.
In dit deel van de wereld waren de afgelopen jaren vrij roerig. De Benedenwindse eilanden Aruba, Curaçao en Bonaire liggen op slechts tientallen kilometers van de kust van Venezuela. Dat land verkeert al lang in een grote politieke en sociaaleconomische crisis. Hierdoor hebben de drie eilanden te maken met veel Venezolaanse migranten.
Verder werden Saba, Sint-Eustatius en Sint-Maarten – de Bovenwindse eilanden – in 2017 getroffen door orkaan Irma. Op 6 september dat jaar trok het oog van de orkaan over Sint-Maarten en verwoestte het eiland in grote mate. Irma raasde ook over Sint-Eustatius en Saba maar richtte daar minder schade aan.
Saba, Sint-Eustatius en Sint-Maarten werden net zoals Aruba, Curaçao en Bonaire ook flink getroffen door de coronapandemie. De zes eilanden zijn stuk voor stuk sterk afhankelijk van toerisme. Door de covidcrisis imploderen hun economieën, wat leidde tot grootschalige armoede en werkloosheid.
Steunpakketten
Omdat Bonaire, Saba en Sint-Eustatius integraal deel uitmaken van Nederland, konden zij rekenen op ongeveer zelfde steunmaatregelen als hier. Voor Curaçao, Sint-Maarten en Aruba lag dat echter anders: als autonome landen waren zij in grotere mate zelf verantwoordelijk voor de gevolgen van de coronacrisis.
Omdat de situatie op alle zes de eilanden destijds zo nijpend was, verleende het ministerie van BZK sinds het begin van de Covid-19 pandemie zowel financiële steun aan de drie Caribische, Nederlandse gemeenten als aan de drie zelfstandige, Caribische landen binnen ons Koninkrijk.
In totaal werd via drie steunpakketten ruim €200 miljoen euro beschikbaar gesteld aan de eilanden. Met Curaçao, Sint-Maarten en Aruba zijn vanaf de tweede steunronde per land aanvullende afspraken gemaakt. Ze werden bijvoorbeeld verplicht gesteld om hun economie en bestuur te hervormen.
Aruba is daar reeds druk mee in de weer en wordt daarbij ondersteund door PwC. Het accountants- en adviesbureau onderzoekt op dit moment op welke manier Aruba zijn overheidsapparaat kan verbeteren. Volgens de huidige planning zal PwC zijn resultaten deze lente overhandigen aan de Arubaanse regering.
Evaluatie
Of Aruba met zijn hervormingsinspanningen zal voldoen aan de aanvullende voorwaarden van coranasteunpakketten, moet nog blijken. Dat geldt ook voor de andere twee Caribische landen van ons Koninkrijk.
Om daarachter te komen, schakelde het ministerie van BZK recent DSP in. De komende tijd zal het adviesbureau gaan onderzoeken of de verleende middelen aan Aruba, Curaçao en Sint-Maarten doelmatig en doeltreffend zijn besteed. De steun aan Bonaire, Saba en Sint-Eustatius wordt ook onderzocht.
Evenzeer gaat DSP voor zijn studie op zoek naar verbetermogelijkheden (bij het verlenen van crisissteun). Die worden omgezet naar aanbevelingen en kunnen in de toekomst eventueel worden gebruikt bij nieuwe crisissen.
Caribische ervaring
Dat het ministerie van BZK voor deze klus DSP heeft ingeschakeld, is niet opmerkelijk. Het adviesbureau is regelmatig te vinden in de Caribische delen van het Koninkrijk. Vorig jaar onderzocht het bijvoorbeeld de bestedingen die Nederland doet om de rechtstaat in Aruba, Curaçao en Sint-Maarten te versterken.
“Ook beoordeelden we dat jaar het functioneren van de flexibele pool Koninklijke Marechaussee die in het Caribisch deel van het Koninkrijk wordt ingezet op grens gerelateerde politietaken te versterken”, aldus Oberon Nauta van DSP. “Dit jaar ronden we een onderzoek af naar ambtelijke corruptie in Caribisch Nederland.”
