4 miljoen slimme meters ongeschikt voor energietransitie
Meer dan 4 miljoen ‘slimme energiemeters’ zijn ongeschikt voor de transitie naar een duurzame energievoorziening, zo blijkt uit onderzoek dat Dialogic heeft uitgevoerd in opdracht van het ministerie van Economische Zaken (EZ). De meters kunnen niet doorlopend gegevens over het energieverbruik versturen, wat wel nodig wordt nu steeds meer Nederlanders elektrische auto’s opladen of via zonnepanelen stroom aan het netwerk leveren.
De zogeheten slimme energiemeters – digitale meters die de meterstanden automatisch naar de energieleverancier sturen – zijn in particuliere woningen geïnstalleerd door de netbeheerders Liander en Stedin. De ruim 4 miljoen meters versturen hun data via CDMA-communicatietechnologie. De twee netbeheerders hebben hiervoor een eigen telecomnetwerk.
Waar ‘slim’ doorgaans wordt geassocieerd met de nieuwste technologie, loopt CDMA echter op zijn laatste benen, zo concludeert onderzoeksbureau Dialogic. De technologie wordt onder meer toegepast in het voor 3G gebruikte UMTS. Inmiddels is 4G de norm en worden de 5G-netwerken alweer worden uitgerold. Daarom worden de 3G-netwerken – en daarmee ook de laatste CDMA-netwerken – overal uitgeschakeld. Fabrikanten en telecombedrijven zijn vrijwel allemaal al van CDMA afgestapt.
De verouderde technologie is niet in staat de voor de energietransitie benodigde hoeveelheden data te versturen. Daarin wordt steeds meer gevraagd van het stroomnetwerk. Zo laden steeds meer mensen hun elektrische auto op en wordt het daarnaast steeds gebruikelijker om als particulier zelf met zonnepanelen opgewekte stroom te leveren.
Om te midden van dergelijke ontwikkelingen een betrouwbaar energienetwerk in stand te houden, moet er 24-7 een actueel inzicht zijn in de schommelingen in het energiegebruik. Dit is ook nodig in het kader van de wens van het kabinet dat consumenten straks continu de actuele energieprijzen zelf kunnen volgen, en op basis daarvan een goed moment kunnen kiezen om stroom te (ver)kopen.
Al met al vraagt dit om meters die continu data over het stroomgebruik verzenden. Het zou uiteindelijk zelf nodig zijn de secondewaarden van de meters te weten. De slimme meters van Liander en Stedin worden nu maar één keer per dag uitgelezen, tussen 1 en 7 uur ’s nachts. Dat kan wel vaker, maar volgens Dialogic “zijn de grenzen al in zicht” met één keer per kwartier. Vanaf daar is het nog een hele sprong naar de benodigde één keer per seconde. Gevraagd naar een reactie geven de twee netbeheerders aan dat bij aankoop van het netwerk “geen realtime eisen” werden gesteld.
Bovenop deze problemen wordt dit jaar ook nog eens de radiofrequentie van het systeem van Liander en Stedin opnieuw geveild. Daarom heeft Dialogic ook gekeken naar manieren waarop de meters kunnen blijven werken als de twee netbeheerders de frequentie kwijtraken. Er zijn mogelijkheden, maar die zijn niet goedkoop. Denk aan het leggen van ouderwetse kabels naar iedere meterkast of het simpelweg vervangen van alle meters.
Veruit de goedkoopste oplossing is om de bestaande zendmachtiging te verlengen, maar het lijkt onwaarschijnlijk dat dit gaat gebeuren. Dit voorjaar verloren de netbeheerders namelijk hun rechtszaak tegen EZ, waarin ze een tienjarige verlenging van hun frequentie eisten. Terwijl de netbeheerders stelden dat de kosten van het verdwijnen van het netwerk zouden oplopen tot €1 miljard, waarschuwde EZ in de rechtszaak voor hoge maatschappelijke kosten indien de frequentie wel wordt verlengd.