Gemeente Uithoorn plukt de vruchten van zorgsamenwerking

03 januari 2018 Consultancy.nl

Na de aankondiging dat, als onderdeel van drie grote decentralisaties, de nieuwe jeugdwet en de wet maatschappelijke ondersteuning eraan zouden komen, werd duidelijk dat gemeente Uithoorn haar eerstelijnszorg anders zou moeten gaan inrichten. Een van de voortvloeisels van de herinrichting is de samenwerking tussen de gemeente en Stichting Samenwerking Eerstelijns Zorg Uithoorn (SEZU), die de krachten bundelen in een gezamenlijke aanpak van gezondheidszorgvraagstukken.

In 2015 traden de nieuwe jeugdwet en wet maatschappelijke ondersteuning (WMO) in werking, waarbij de verantwoordelijkheid voor de uitvoering van de wet werd verlegd van het Rijk naar gemeenten. Dit verliep niet zonder slag of stoot. In de eerste twee jaar ontving Nationale ombudsman Reinier van Zutphen ruim 3.100 klachten. In een kritisch rapport geeft Van Zutphen onder meer aan dat burgers onvoldoende op de hoogte zijn waar, wanneer en hoe zij hun problemen kunnen melden. Moeilijke gevallen blijken door instanties op elkaar afgeschoven, wet- en regelgeving is ingewikkeld, vragen blijven onbeantwoord, privacy wordt geschonden, informatieverstrekking is onjuist en/of onvolledig en mensen worden van het kastje naar de muur gestuurd.

Gemeente Uithoorn | Reos

Ook voor Gemeente Uithoorn, met een kleine 30.000 inwoners een relatief kleine Noord-Hollandse gemeente, bleek de transitie een flinke uitdaging. Toen bekend werd dat er nieuwe regelgeving in aantocht was, gericht op het verbeteren van de kwaliteit en efficiëntie in de zorg door taken over te hevelen van het Rijk naar decentraal niveau, benaderde de Stichting Samenwerking Eerstelijns Zorg Uithoorn (SEZU) adviesbureau Reos. Het bureau kreeg het verzoek als onafhankelijk voorzitter verkennende gesprekken met ambtenaren van de gemeentewet te begeleiden. Onlangs nog onderzocht het adviesbureau in Zuid-Holland de afstemming tussen de eerstelijnszorg, de verschillende GGZ zorgaanbieders en gemeenten.

Gemeente Uithoorn plukt de vruchten van zorgsamenwerking

“Beide partijen vonden het erg wenselijk om een onafhankelijke voorzitter te hebben – los van de partijen, maar met kennis van zaken. Dat maakte dat beide partijen zich gelijkwaardig voelden in de gesprekken en in de voorbereiding van de overleggen,” vertelt Reos-Projectadviseur Judith Ruijs, die de rol van voorzitter vervulde. Ruijs heeft vier ontmoetingen voorgezeten, waarbij het overleg zich ontwikkelde van een verkenning op hoog niveau – ook van de consequenties die de nieuwe jeugdwet en de WMO voor de verschillende stakeholders zouden hebben – tot meer gedetailleerde discussies over hoe zij zich samen konden voorbereiden op de nieuwe wetgeving. Vervolgens werden gezamenlijke werkgroepen opgericht om de uitwerking van plannen en acties voort te zetten.

Het is niet de eerste keer dat Gemeente Uithoorn en SEZU elkaar vinden in een zorgsamenwerking. Al reeds een aantal jaar terug werkten ze samen aan een gezamenlijke aanpak van gezondheidszorgvraagstukken. Ook bij die samenwerking was Reos betrokken. Het bureau faciliteerde toen de eerste bijeenkomsten tussen gemeenteambtenaren en eerstelijnszorgverleners. Een mooi voorbeeld van een partnership binnen dit overkoepelende samenwerkingsverband dat zijn vruchten al heeft afgeworpen, is het partnership dat in het kader van Jongeren op Gezond Gewicht is gesloten tussen Kinderfysiotherapie Uithoorn en de lokale sport- en welzijnsorganisatie Videt.

Jongeren op gezond gewicht

Corien Baijens is naast bestuurslid van de SEZU tevens kinderfysiotherapeute. Vanuit die rol heeft ze uitgebreid ervaring met kinderen die kampen met motorische of sociaal-emotionele problematiek of een specifieke behoefte hebben. Wanneer hun behandeltraject ten einde komt, is het de bedoeling dat deze kinderen zich aansluiten bij een geschikte activiteit in de wijk. Dit is wanneer Videt wordt ingeschakeld. De sport- en welzijnsorganisatie kan deze kinderen enkele laagdrempelige activiteiten aanbieden. Indien hier niets tussen zit wat bij het kind past, gaat Videt samen met andere sport- en cultuuraanbieders in Uithoorn op zoek naar een passende oplossing.

Fenke van Rossum, sportcoach bij Videt: “Mensen in Uithoorn worden op deze manier gehoord en eerder geholpen. In plaats van dat ze van het kastje naar de muur worden gestuurd, bieden we samen direct een helpende hand. Niet alle wensen zijn meteen in te vullen, maar we doen ons best.” Baijens laat weten erg blij te zijn met de bijdrage van Videt: “Lang niet alle signalen die we in de eerste lijn opvangen, kunnen we zelf oppakken. Vaak heeft de jonge patiënt een steuntje in de rug nodig in de vorm van een betaalbare activiteit in Uithoorn. Dat is waar de kracht en expertise van Videt ligt.”

Elkaar aanvullen

Hierbij wijst Van Rossem erop hoe goed de organisaties elkaar aanvullen: “Het mooie is dat we elkaar en alle andere instanties niet zien als concurrenten, maar als meerwaarde voor elkaar. De één is medisch goed onderlegd, de ander is goed met mensen en weer een ander kan goed organiseren. Maak gebruik van elkaars kwaliteiten en bereik wat je wil; dat de inwoner geholpen is! Kijk over je eigen professionele schutting heen, zie elkaars kracht, zie elkaar niet als concurrent. Sta open voor elkaar, want ieder zijn werkwijze is anders. ”

De waardevolle samenwerking kent bovendien een hoge mate van wederzijdsheid zodat het geen eenrichtingsverkeer betreft, zoals Van Rossum vertelt: “Andersom gebeurt natuurlijk ook. Soms zijn er kinderen die extra medische hulp nodig hebben en verwezen worden naar een programma van de kinderfysiotherapeut of een andere zorgverlener”. Ze legt uit dat de expertise van de fysiotherapeut en de rest van de eerste lijn op deze manier goed kan worden benut “zonder al te veel aftakkingen”.

Quote Corien Baijens

Wat goed helpt bij de samenwerking is de helderheid over de gedeelde missie van de instellingen. Baijens legt uit: “Het geheim voor succesvolle samenwerking is, ongemerkt, ons gemeenschappelijke doel en de gedeelde passie en motivatie om dat doel te bereiken. We werken ontzettend prettig samen.” Ze geeft aan dat de inbreng van Reos hierbij ook een belangrijke rol speelt: “Om die samenwerking met anderen uit te breiden, helpt het enorm als Reos ons adviseert over de te ondernemen stappen, zoals in welk stadium het zinvol is om contact leggen met de kinderarts in het ziekenhuis en hoe je dat gesprek aangaat.” 

Kinderen in beweging

Over de missie die Kinderfysiotherapie Uithoorn en SEZU delen, is Baijer helder: “Ons gezamenlijke doel is kinderen aan het bewegen te krijgen en te houden. Volgens mij is er geen kind op deze wereld dat niet graag beweegt, als het maar past bij zijn/haar mogelijkheden en op maat wordt aangeboden. Dan komen het enthousiasme en de motivatie vanzelf!” Dit is echter niet de enige doelstelling: “Daarnaast willen we kinderen graag bewust maken dat naast het plezier in bewegen, dit ook gezond is en leren dat ze zelf verantwoordelijk zijn voor een groot deel van de eigen gezondheid.” 

Van Rossum en Baijer tonen zich enthousiast over de positieve respons op het partnership vanuit de inwoners van Uithoorn. Baijer: “Het wordt ook enorm gewaardeerd door de inwoners in Uithoorn als zij merken dat zorg en welzijn samenwerken. Patiënten in onze praktijk zijn vaak niet bekend met Videt en zijn vaak verbaasd over de mogelijkheden die er zijn in Uithoorn op het gebied van sportactiviteiten voor de kinderen." Van Rossum voegt toe: “Dat de mensen eerder geholpen worden, is wel echt een concreet resultaat. Dat wij zelf efficiënter en meer in onze kracht werken, is alleen maar mooi meegenomen." 

Gert-Jan Smit, projectadviseur bij Reos, geeft toelichting op het idee van samenwerking waar Reos op inzet: “De gemeente Uithoorn is een gemeenschap, kleinschalig en laagdrempelig. Zodra zorgverleners en instanties vanuit dat gemeenschapsgevoel met elkaar aan de slag gaan, kan je met elkaar slagen maken. Dat werkt enorm inspirerend naar elkaar. Het kan niet anders dan dat gevoel doorwerkt op de burgers. Voor succesvolle samenwerking is het essentieel dat je elkaar kent. In grotere gemeenten creëer je laagdrempeligheid en kleinschaligheid met een wijkgerichte aanpak.” 

De samenwerking tussen de twee instellingen is overigens niet uitsluitend gericht op jongeren. Ook voor andere kwetsbare groepen worden de krachten gebundeld, zoals met het project ‘Elke Stap Telt’, een wandelprogramma gericht op ouderen en chronisch zieken.