Farmaceutische industrie schroeft uitgaven aan zorgpartijen fors op
De farmaceutische industrie heeft in 2015 zijn sponsoruitgaven aan artsen en instellingen fors opgeschroefd. Vorig jaar gaven fabrikanten hieraan €51,6 miljoen uit, 36% meer dan in 2014. Verschillende partijen hebben hun zorgen geuit over de hoogte van het bedrag, dat er mogelijk voor kan zorgen dat artsen doelbewust duurdere medicijnen voorschrijven omdat zij door deze fabrikanten gesponsord worden.
Betaalde samenwerkingsverbanden tussen de farmaceutische industrie en zorgpartijen komen veelvuldig voor in de markt. De farmaceutische industrie betaalt artsen en zorginstellingen regelmatig voor het verrichten van consultancydiensten, om zitting te nemen in een adviesraad, om op te treden als spreker tijdens een evenement, of om een wetenschappelijk artikel te schrijven. Andere voorbeelden zijn zorgprofessionals die gevraagd worden om deel te nemen aan medische of verpleegkundige nascholing en dan een financiële bijdrage voor de scholingskosten ontvangen, of bijvoorbeeld artsen die werken aan door bedrijven gesponsorde projecten.
Uit data van ‘Transparantieregister Zorg’* blijkt dat farmaceutische bedrijven in 2015 op deze manier €51,6 miljoen hebben betaald aan zelfstandige artsen en zorginstellingen. Dat is een flinke toename ten opzichte van 2014 en 2013 toen nog respectievelijk €38 miljoen en €33,7 miljoen werd uitgegeven. In totaal was er het afgelopen jaar sprake van meer dan 14.000 ‘relaties’ tussen de farmaceutische industrie en partijen in de zorgmarkt – ruim 70% meer dan in 2014. De betalingen gingen naar 4.943 verschillende partijen, onder wie 3.814 artsen en 1.129 zorginstellingen. Ten opzichte van 2014 steeg het aantal ontvangende partijen met zo’n 68%.Circa 80% van de €51,6 miljoen betreft financiële relaties tussen bedrijven en zorginstellingen en samenwerkingsverbanden van zorgaanbieders. Van de ongeveer €43 miljoen die naar zorginstellingen is gegaan ging ruim €2,2 miljoen naar circa vijftig patiëntenorganisaties. €8,6 miljoen had betrekking op relaties tussen bedrijven en individuele zorgaanbieders en artsen. De best betaalde arts kreeg in totaal €127.000 aan sponsorgeld, en de best betaalde instelling ontving in 2015 €1,7 miljoen. Bijna 55% van zowel de artsen als de zorginstellingen kende slechts één betaalde samenwerking met een farmaceutische speler in 2015, maar de koplopers van beide groepen hadden respectievelijk 46 en 148 betaalde klussen op hun naam staan.
Een belangrijke verklaring voor de stijging in zowel het aantal relaties, het aantal geregistreerde ontvangende partijen, evenals het totale bedrag, ligt in de uitbreiding van de verplichting tot melden van bepaalde relaties, zijnde de onkostenvergoedingen bij dienstverlening en de bijdragen aan zorgaanbieders voor deelname aan een nascholing. Ook is het aantal typen financiële relaties in het register sinds vorig jaar uitgebreid.
Financiële relaties
Als ingezoomd wordt op de verschillende financiële relaties tussen farmaceutische bedrijven en individuele zorgaanbieders, blijkt dat het grootste gedeelte van het totaalbedrag wordt uitgegeven aan nascholing, onkosten en sprekers. Van de €8,6 miljoen aan sponsoring voor artsen wordt 30% gestoken in de nascholing van deze artsen, terwijl met 20% van het bedrag artsen zijn ingehuurd als spreker. Nog eens 15% gaat naar artsen die een rol nemen in de adviesraad van farmaceutische bedrijven en 6% wordt uitgegeven aan adviesdiensten van ZZP-zorgaanbieders.
Bij de relaties met zorginstellingen bestaat echter een compleet ander beeld. Een grote 90% van de €43 miljoen wordt aan de instellingen betaald in de vorm van sponsoring. 2% wordt betaald voor consultancy en 2% voor sprekers, terwijl naar adviesraadsleden en onkosten elk 1% van het bedrag gaan.
Zorgen om beïnvloeding
Nadat de enorme stijgingen in het Transparantieregister van 2015 kenbaar werden gemaakt, ontstonden er verontwaardigde geluiden vanuit de politiek en belangenorganisaties uit de zorgsector. Men is bang dat instellingen en artsen die gesponsord worden door farmaceutische bedrijven hierdoor beïnvloed raken, wat hen er bijvoorbeeld toe zou aanzetten de geneesmiddelen of implantaten van de sponsor hoger aan te prijzen dan die van andere bedrijven – ook als dat een onnodig duurdere optie is.
Farmaceutische brancheorganisatie Nefarma stelt dat van beïnvloeding geen sprake is. De farmaceutische bedrijven die zij vertegenwoordigt betalen instellingen en artsen voornamelijk voor informatie over hoe patiënten hun producten ervaren. Aan de hand van die informatie willen zij hun producten verbeteren, aldus de instelling.
* Het Transparantieregister Zorg geeft inzicht in betaalde samenwerkingen tussen enerzijds zorgaanbieders, samenwerkingsverbanden van zorgaanbieders (zoals wetenschappelijke verenigingen die nascholingen organiseren) en patiëntenorganisaties en anderzijds met leveranciers van geneesmiddelen en implantaten in de cardiologie en orthopedie. Het register, dat bestaat sinds 2012, bevat ook financiële relaties tussen dierenartsen en leveranciers van diergeneesmiddelen.