Nederlandse professionals ervaren barrières in adoptie Gen AI: ‘Onbekend maakt onbemind’

18 december 2024 Consultancy.nl 3 min. leestijd

Nederland blijft ver achter in de adoptie van generatieve AI (Gen AI), zo blijkt uit onderzoek van &samhoud. Om het tij te keren lijkt het vooral belangrijk om medewerkers de eerste drempel over te helpen. Want hoe meer ze AI gebruiken, hoe positiever ze zijn.

Managementadviesbureau &samhoud ondervroeg 1.000 hoogopgeleide Nederlandse professionals. Slechts 42% van hen gebruikt Gen AI-tools zoals ChatGPT.

Dat percentage staat in schril contrast met het Europese gemiddelde van 75% dat eerder dit jaar door Microsoft werd vastgesteld in de 2024-editie van het jaarlijkse Work Trend Index Annual Report.

Bron: &samhoud

Met name in de zorg en het onderwijs worden Gen AI-tools maar zelden gebruikt. Zo heeft in de zorg 79% van de werknemers nog nooit Gen AI gebruikt. In het onderwijs ligt het percentage gebruikers weliswaar ongeveer op het gemiddelde over alle sectoren heen, maar slechts 2% gebruikt dagelijks AI.

In de sectoren informatie en communicatie, financiële dienstverlening en zakelijke dienstverlening zetten juist relatief veel medewerkers Gen AI-tools in. Toch blijft het gebruik ook hier steken rond de 50%.

Bron: &samhoud

Zoekend naar oorzaken achter de lage adoptie, stelt &samhoud vast dat respondenten AI associëren met uiteenlopende emoties als nieuwsgierigheid, onzekerheid, uitdaging en enthousiasme. Daarbij onderscheiden de onderzoekers drie duidelijke groepen: mensen met voornamelijk positieve emoties (43%), met negatieve emoties (22%) en met gemengde emoties (29%).

Wat met name opvalt, is dat mensen positiever worden over AI naarmate ze er meer ervaring mee opdoen. “Vooral na de eerste kennismaking met AI zien we een aanzienlijke toename van 19% in positieve emoties, wat het belang benadrukt van een kennismaking met AI – onbekend maakt immers onbemind”, aldus de onderzoekers.

Heldere kaders stellen

Daarmee lijkt het voor organisaties vooral zaak om medewerkers over de eerste drempel te helpen. Die drempel zit volgens &samhoud met name in onduidelijkheid over wat wel en niet mag: ruim een derde (36%) van de respondenten weet niet of het gebruik van AI is toegestaan op hun werk. Binnen deze groep hebben bijna 9 op de 10 mensen nog nooit met AI gewerkt.

Bron: &samhoud

Een vergelijkbare correlatie is zichtbaar binnen de achterblijvende zorgsector, waar meer dan de helft van de medewerkers aangeeft niet te weten of AI op het werk is toegestaan. En leidinggevenden, die veel minder onzeker zijn over het gebruik van AI dan werknemers (21% tegenover 40%), gebruiken ook veel vaker AI (60% tegenover 37%).

&samhoud pleit dan ook voor duidelijk beleid. “Een belangrijke aanbeveling voor het verhogen van de AI-adoptie is om een helder kader op te stellen en te communiceren over hoe mensen AI mogen gebruiken in de organisatie.”

Over de streep trekken

Ook adviseert het bureau om de aanpak af te stemmen op de verschillende houdingen die medewerkers hebben tegenover AI. De twee belangrijkste drijfveren om medewerkers over de streep te trekken zijn verwachte voordelen en sociale invloed.

Verwachte voordelen – bijvoorbeeld het vooruitzicht dat AI het werk efficiënter, gemakkelijker of beter maakt – zijn volgens &samhoud belangrijk voor alle twijfelaars. Sociale invloed – denk aan positieve verhalen en voorbeeldgedrag van leidinggevenden – blijkt vooral belangrijk voor medewerkers met minder ervaring of gemengde emoties.