‘AI vervangt taken, niet per definitie mensen’
![](/illustrations/news/detail/2024-12-20-095334829-Paul_Hoffman_en_Boudijn_Driesen_.jpg)
Bijna één op de vijf Nederlandse topbestuurders verwacht dat AI banen zal vervangen, zo blijkt uit het CEO-onderzoek van ING dat deze week verscheen. Bureau Tromp ziet het anders: AI is geen bedreiging, maar juist een kans om slimmer, efficiënter én menselijker te werken. En dat is zeker in deze tijd van arbeidsmarktkrapte van enorme waarde. We spraken erover met Paul Hoffman en Boudijn Driesen.
Geheel verrassend zijn de uitkomsten van het onderzoek van ING niet: het idee dat robots onze banen gaan afpakken lijkt inmiddels te bestaan sinds mensenheugenis. Nu kunstmatige intelligentie (AI) er daadwerkelijk is en zich razendsnel ontwikkelt, worden dergelijke zorgen ineens erg actueel.
Zeker begrijpelijk, erkennen ze ook bij Bureau Tromp. Het bureau voor operational excellence wijst er echter op dat het belangrijk is om scherp te zien dat AI vooral taken automatiseert, niet complete functies.
“AI neemt vooral routinematige en administratieve werkzaamheden over”, legt Paul Hoffman uit, Associate-Partner bij Bureau Tromp en AI-expert. “Dat is goed nieuws, want het geeft medewerkers de ruimte om zich te richten op taken waar creativiteit, probleemoplossend vermogen en menselijk inzicht onmisbaar zijn. AI fungeert daarbij als sparringpartner en biedt ondersteuning bij complexe vraagstukken.”
“We moeten af van het idee dat AI banen ‘wegneemt’”, voegt Boudijn Driesen toe, Managing Partner bij Bureau Tromp. “In plaats daarvan kunnen we kijken naar hoe AI banen transformeert.”
“Medewerkers krijgen meer tijd en ruimte voor waardevol en uitdagend werk, in plaats van hun energie te verliezen aan repetitieve processen”, legt hij uit. “Denk bijvoorbeeld aan klantenservice, waar AI herhaalvragen afvangt, zodat medewerkers meer tijd en aandacht kunnen besteden aan complexe vraagstukken die een human touch nodig hebben.”
Kansen in een krappe arbeidsmarkt
Driesen en Hoffman wijzen er ook op dat de angst voor het verlies van banen haaks staat op de aanhoudende schaarste op de arbeidsmarkt, die extra druk legt op organisaties. AI kan hier juist uitkomst bieden door de efficiëntie van bestaande teams te vergroten.
“De bedrijven die vandaag kiezen voor samenwerking tussen mens en AI, lopen morgen voorop.”
Maar de waarde van AI gaat verder dan alleen het opvangen van tekorten, geeft Driesen aan. “Door AI slim te implementeren, kunnen bedrijven processen verbeteren, klantinteracties versterken en hun medewerkers meer voldoening geven in hun werk.”
“AI stelt bedrijven in staat om meer te bereiken met hun bestaande team, zonder dat dit ten koste gaat van werkplezier”, vult Hoffman aan. “Medewerkers krijgen juist de ruimte om meer waarde toe te voegen en zich verder te ontwikkelen.”
FTE multiplier
Daarmee is het idee dat AI banen volledig vervangt vooral “een hardnekkig stigma”, aldus de AI-expert. “Het tegendeel is waar: de kracht van de mens als ‘human in the loop’ en subject matter expert wordt juist benadrukt. Kennis, ervaring en contextueel inzicht van mensen blijven onmisbaar.”
“AI zorgt er simpelweg voor dat één persoon meer kan doen dan voorheen, ondersteund door slimme technologie”, geeft hij aan. “Bij Bureau Tromp noemen we dit de ‘FTE multiplier’.”
AI vraagt om leiderschap
Daadwerkelijk profiteren van de inzet van AI vraagt wel om visie en leiderschap. Bureau Tromp ondersteunt organisaties bij de vraagstukken die hierbij komen kijken.
“We helpen bedrijven om AI niet alleen technologisch, maar ook mensgericht in te zetten”, licht Driesen toe. “Want juist de balans tussen technologie en menselijke kracht is waar AI zijn grootste waarde laat zien.”
Hij geeft aan dat leiders nu aan zet zijn. “Het is aan hen om een duidelijke koers te bepalen. Hoe kan AI je mensen ondersteunen? Hoe blijf je aantrekkelijk als werkgever? En hoe zorg je ervoor dat technologie en menselijke vaardigheden elkaar versterken?”
Zoals Hoffman treffend samenvat: “De bedrijven die vandaag kiezen voor samenwerking tussen mens en AI, lopen morgen voorop. Zeker in een krappe arbeidsmarkt is dat geen luxe, maar noodzaak.”